Una giornata particolare (1977) was de bekendste film van de dinsdag in een ziekenhuis in Rome overleden Italiaanse regisseur Ettore Scola. Een film met Marcello Mastroianni en Sophia Loren in een ontroerend en tegelijk scherp politiek drama dat door een groot publiek in het hart gesloten werd. Mastroianni is daarin een om zijn homoseksualiteit ontslagen radiomedewerker die zijn buurvrouw (Loren) ontmoet op de dag waarop Adolf Hitler een bezoek brengt aan zijn collega Benito Mussolini.
Scola was toen zelf acht jaar. Na de oorlog groeide hij op als communist en humanist, en zorgde er later in de jaren zeventig persoonlijk voor dat de cinematografische erfenis van de Neorealisten en Frederico Fellini niet verwaterde. Uit die tijd stammen zijn grote successen, zoals C’eravamo tanto amati (1974, over de desillusies van drie verzetsvrienden), de ruige, zwart-humoristische sloppenwijkkomedie Brutti, sporchi e cattivi (1976) en het venijnig ironische groepsportret van de zelfingenomen intellectuele klasse La terrazza (1980).
Met die laatste trapte hij op heel wat lange tenen, iets waar hij zich nog steeds over verkneukelde, zo vertelde hij vorig jaar in een masterclass die ik tot mijn grote genoegen in het Italiaanse Bari mocht bijwonen. Ik heb er elders al eens verslag van gedaan hoe hij bij die gelegenheid duidelijk liet blijken nog weinig van zijn bevlogenheid, scherpte en engagement verloren te hebben. Geen Berlusconi-vriend, dat was duidelijk, en hij vertelde ook dat hij het, gezien de Italiaanse politiek, moeilijk vond om van Italië te houden. Toch liet hij niet na de jonge generatie een hart onder de riem te steken. Verlies de moed niet, hield hij hen voor.
Na afloop sprak ik nog een aantal van die jonge Italianen, en allemaal lieten ze weten dat Scola hun held en inspirator was. Het vuur dat hij ontstak met films die altijd een groot feest waren is blijven branden. Bedankt Ettore!