In 1 strip of 1000 woorden sprak blogger en columnist Peter Breedveld met drie invloedrijke tekenaars, Barbara Stok, Peter van Dongen en Thé Tjong-Khing aan de hand van geprojecteerde afbeeldingen uit hun prachtige werk. Het ontspannen gesprek was een verademing tussen het overige woest-geëngageerde debatgeweld op het festival.
Strips blijven altijd een vreemde eend in de bijt op een literair festival als Writers Unlimited, zegt Breedveld. Maar ook in de buitenwereld, waar het medium nog te vaak wordt afgedaan als kinderachtig pretentieloos vermaak. Breedveld – bekend, bewonderd en gehaat vanwege zijn schuimbekkende, vlijmscherpe tirades op zijn blog Frontaal Naakt – toont zich een sympathieke gespreksleider, die op een hele prettige manier het werk van de drie tekenaars met elkaar verbindt.
Peter van Dongen maakte furore met zijn serie Rampokang over de brute Nederlandse politionele acties – of, zo u wilt, de koloniale, militaire agressie – in Indonesië. Met zijn heldere Kuifjeachtige stijl toont hij de misdaden van zowel de Nederlanders als de Indonesiërs. Er ging drie jaar onderzoek aan vooraf.
Breedveld projecteert een pagina van Van Dongen over een Javaans zuiveringsritueel, aan het einde van de Ramadan. Een panter wordt door de dorpsbewoners gevangen, omsingeld en opgedreven, totdat het beest zich te pletter loopt op een muur van spiesen. Van Dongen stuitte bij zijn onderzoek per toeval op dit ritueel. “Het past niet tussen de Indonesische clichébeelden van nasi rames of de pasar malam. In mijn werk zoek ik altijd naar dat soort onbekende invalshoeken.”
Een aantal prachtige, maar gruwelijke tekeningen van Thé Tjong-Khing, uit zijn boek De Griekse Mythen, komen voorbij. Breedveld: “Wat gebeurt hier?!” Thé: “Oh, die wordt een beetje uit elkaar gerukt. Maar da’s niet zo erg, toch? Er is maar weinig bloed. Zo gebeurt er tenminste nog eens wat. Ik hou niet zo van dat zoetsappige gedoe.”
Barbara Stok maakte een prachtige strip over de laatste jaren in het leven van Vincent van Gogh. “Ik besloot me te concentreren op die laatste levensfase, omdat toen de meest heftige dingen gebeurden.”
Thé is onder de indruk. “Jij beheerst de kunst van het weglaten. Kijk eens naar dat tweede plaatje, bijna helemaal leeg. Die schrijnende eenzaamheid van Vincent is prachtig gesuggereerd.” Thé bagatelliseert zijn eigen succes. “Ach, ik heb het geluk gehad dat ik altijd werd gekoppeld aan bestsellerschrijvers. Ik denk nog steeds dat mensen geloven dat je van plaatjes kijken dom wordt, en dat letters je slim maken.”
Moeten strips graphic novels gaan heten om serieus te worden genomen?” vraagt Breedveld. “Onzin,” roept Van Dongen. “Dat is een marketingtruc. Het zijn gewoon strips, en die krijgen tegenwoordig echt wel genoeg serieuze aandacht. Zelf lees ik trouwens bijna geen strips meer. Alleen nog maar echte boeken.”
Breedveld: “In deze 50 minuten hebben we zorgvuldig laten zien dat de strip een serieuze kunstvorm is. Fijn dat je nu even het tapijt onder ons betoog wegsleurt.” Stok grijnst: “Ik denk eerder dat die ‘echte boeken’ niet veel meer dan abstracte tekeningen zijn.”