Een gezamenlijke persconferentie van twee gezelschappen. In het post-Zijlstra-tijdperk belooft dat vaak weinig goeds. Een fusie ligt dan voor de hand, zeker als het de twee grootste operagezelschappen van ons land betreft: De Nederlandse Opera en de Nationale Reisopera. Alleen moeten we dat nu omdraaien: De Nederlandse Opera wordt de Nationale Opera. En het gebouw gaat Nationale Opera en Ballet heten.
Een logische naamsverandering gezien de bestuurlijke fusie van het Muziektheater, Het Nationale Ballet en De Nederlandse Opera twee jaar geleden. Maar wacht eens… Nationale Opera, dat lijkt wel erg op Nationale Reisopera. En hoewel beide gezelschappen intensief samenwerken, zijn en blijven ze volkomen zelfstandig.
Dat zonder duidelijke afspraken je naam veranderen tot verhitte toestanden kan leiden, weet het voormalig Orkest van het Oosten, dat zich omdoopte tot het Nederlands Symfonieorkest. Die naam mag het orkest vanaf volgend seizoen op last van het Nederlands Philharmonisch Orkest niet meer voeren. Het argument dat het Enschedese orkest in het buitenland als Netherlands Symphony Orchestra toerde, mocht niet baten, zo besloot de rechter na veel gedoe waarvan alleen advocaten en juridisch adviseurs beter zijn geworden.
Een dergelijk oneigenlijk gebruik van cultuurgelden zag De Nederlandse Opera niet zitten, en dus werd meteen open kaart gespeeld. En hoewel de Nationale Reisopera net een nieuwe huisstijl had gepresenteerd, viel daar best te praten. En omdat de Nationale Reisopera afgelopen zomer zichzelf in Engeland had gepresenteerd als The Dutch National Touring Opera lag de oplossing voor de hand: we ruilen de N om. De Nederlandse Opera betaalt voor de te maken onkosten bij de nieuwe Nederlandse Reisopera. Om de goodwill tussen beide gezelschappen te onderstrepen wordt samengewerkt in een nieuw project voor jonge talenten.
Kijk, zo kan het dus ook. Geen geruzie, geen naamverandering op naamverandering, en vooral geen cultuurgeld over de balk.
Blijft de vraag wat het Nationaal Muziekkwartier in Enschede hier nou eigenlijk van vindt. Nog niet eens zo lang geleden wilde Enschede zich immers onder die naam als dé Nederlandse muziekstad op de kaart zetten. Maar waarschijnlijk vindt dat bestuur het wel prima. Die naam wordt namelijk door niemand nog gebruikt. Het Enschedese theater, ook in de toekomst thuisbasis van de Nederlandse Reisopera heet inmiddels veel smaakvoller Wilminktheater, en de thuisbasis van het binnenkort voormalig Nederlands Symfonieorkest heet gewoon Muziekcentrum Enschede.
Of het Nationale Toneel, vaste bespeler van de Koninklijke Schouwburg in Den Haag, in deze verandering is gekend, is niet bekend.