Acht jaar lang heeft het Mauritshuis zijn schilderij ‘Saul en David’ onderzocht en gerestaureerd. Daardoor kan het nu definitief aan Rembrandt worden toegeschreven. Maar de kleine tentoonstelling ‘Rembrandt? De zaak Saul en David’ laat vooral zien hoe het museum samenwerkte met allerlei verschillende wetenschappers en laboratoria om de talrijke mysteries rond het doek te ontrafelen. Als bezoeker word je door het kijken zelf een beetje expert. Je mag zelfs met je vingers aftasten hoe de verflaag voelt!
Het schilderij van de Bijbelse koning Saul, neerslachtig luisterend naar de harpspelende jonge David, was in raadselen gehuld. Al sinds de aankoop in 1898 door Abraham Bredius waren er vragen: is het nu wel of niet van Rembrandt? Wat is er aan het doek gerestaureerd en verknipt door de eeuwen heen? In hoeveel fasen is het geschilderd? En waarom zien we nergens anders in de kunstgeschiedenis Saul zijn tranen aan een gordijn afdrogen, alsof het een zakdoek is?
Als Mauritshuis kun je je niet permitteren een echte Rembrandt te claimen als je dat niet heel zeker weet. ‘We hebben ons best gedaan het niet aan Rembrandt toe te schrijven,’ zegt directeur Emilie Gordenker dan ook, ‘maar we konden er niet omheen.’
Het museum is sinds 2007 met het schilderij bezig geweest. Onder veel dikke, vuile vernislagen bleek het uit verschillende stukken te bestaan, die losgeknipt en met kartelnaden weer aan elkaar gezet zijn. Een vreemde puzzel, waarbij het deel rechtsboven ook nog eens uit een heel ander schilderij geknipt blijkt – een kopie naar Anthony van Dyck.
Gelukkig kon moderne technologie meer licht in de zaak brengen. Het Mauritshuis werkte al vaker samen met natuurwetenschappelijke experts. Ook het bedrijfsleven liet zich niet onbetuigd. Shell hielp bijvoorbeeld tijdens de renovatie van het museum met verfanalyses.
Herboren
De tentoonstelling ‘Rembrandt? De zaak Saul en David’ draait eigenlijk om twee zaken. Natuurlijk om het gerestaureerde doek en een aantal werken van tijdgenoten, die kunsthistorische context bieden. ‘Saul en David’ ziet er als herboren uit, vol details die eerder niet te zien waren. Het schilderij is niet op een nieuw doek gezet, maar intact gelaten zoals het was. Over het niet-authentieke deel is een een (zonodig weer verwijderbare) grondlaag aangebracht. Het is zichtbaar welke delen oorspronkelijk zijn, maar dat verstoort de beleving van het schilderij niet.
CSI
Maar zeker even belangrijk in de expositie zijn de gebruikte technieken. Via multimediapresentaties neemt de toeschouwer een kijkje in de ateliers en laboratoria. In een CSI-achtige sfeer voel je je zelf een beetje kenner worden naarmate je steeds meer inzicht krijgt in de onderzoeksmethodes – en hun vaak verstrekkende conclusies.
Een paar voorbeelden. Aan de randen waar een schildersdoek met touwtjes of spijkers is opgespannen, ontstaan kleine vervormingen (‘spanguirlandes’ in jargon). Door röntgenfoto’s en het meten van de draaddichtheid is precies te achterhalen waar de randen van het originele doek gelopen hebben. Dat was bij ‘Saul en David’ niet altijd op de plaats van de huidige rand. Er zijn stukken weggesneden en er is onder andere rechts een strook aangeplakt die er niet hoorde. Door de lijst daar dieper uit te frezen en het doek een stukje ‘de lijst in te schuiven’ zien we die rechterrand nu weer zoals hij bedoeld was.
Gordijn als zakdoek
Een ander voorbeeld. Verfdoorsnedes van het gordijn wezen al op de hand van de meester, maar adviserend Rembrandtkenner Volker Manuth vond het onwaarschijnlijk dat Rembrandt Saul zijn tranen had laten afvegen aan het gordijn, alsof het een zakdoek was. Het gordijn was bovendien zwaar overschilderd en zou later kunnen zijn toegevoegd. Uitkomst bood de XRF-scan, een speciaal soort röntgenfoto van TU Delft en Universiteit Antwerpen.
Rembrandt en tijdgenoten gebruikten smalt als blauwe kleurstof, gemaakt uit fijngemalen kobalthoudend glas. Later werd het vervangen door goedkopere verfstoffen. Joris Dik, professor aan de TU Delft, kan met de XRF-scan ieder gewenst scheikundig element isoleren. Dat is in dit geval met kobalt gebeurd. Op die scan is uitstekend zien dat het gordijn met smalt geschilderd is en er dus al al vanaf het begin was. Dik: ‘Voor de meer subjectieve kunsthistorische interpretatie hebben we een objectief bewijs geleverd.’
Alle onderzoeksresultaten bij elkaar, gecombineerd met de betere zichtbaarheid van details na de restauratie, hebben geleid tot de conclusie: ja, het is een Rembrandt. Ook de datering is iets aangepast: de eerste fase begin jaren 50, tweede fase midden jaren 50 van de 17de eeuw.
Voelen!
Voor wie niet alleen wil kijken maakte Océ Technologies in samenwerking met de TU Delft een wel heel bijzonder stuk: een 3D-print van de originele delen van het doek, op het formaat dat het schilderij oorspronkelijk gehad heeft. De verflaag is precies nagebootst met al zijn craquelé en reliëf. En daar mag je aan voelen.
Rembrandts kwaststreken voelen overigens niet zo dik aan als je zou verwachten in zijn late periode. Volgens Susan Smelt, die als restaurator meewerkte aan het project, heeft dat te maken met het opnieuw bedoeken in de 19e eeuw: ‘Daar komt veel warmte en druk bij kijken, waardoor de verf platter is geworden.’ Desondanks herkennen we de ruigere schilderstijl van de oudere Rembrandt. Smelt: ‘Ik zie Rembrandt voor me als een soort Karel Appel, die met zijn paletmes of de achterkant van zijn penseel echt het doek te lijf ging.’ Ze laat zien hoe Rembrandts leerling Arent de Gelder die technieken op een schilderij met dezelfde voorstelling ook toepaste, maar bij De Gelder doet het meer als een trucje aan dan bij de meester. Smelt: ‘Toch verkochten Rembrandts leerlingen in zijn latere jaren veel meer portretten dan hijzelf.’
Om de hoek gluren
Dat schilderijtje van De Gelder, een bruikleen uit de Kunsthalle in Bremen, biedt overigens ook een aanknopingspunt over wat er op de verdwenen hoek van het schilderij kan hebben gestaan. Om het gordijn bij De Gelder gluurt namelijk een hoofd met een kapje op. We weten het niet zeker, maar het is denkbaar dat dat ook op Rembrandts schilderij een derde persoon (Davids vrouw?) het tafereeltje heeft gadegeslagen.
Wat we wel zeker weten, is dat we weer kunnen genieten van een prachtige Rembrandt, in heel veel betere conditie, rijk aan details. Alsof we zelf even bij Saul en David om de hoek van het gordijn kijken.
Rembrandt? De zaak Saul en David, Mauritshuis Den Haag, 11 juni tot en met 13 september 2015
Omslagfoto: Voelen aan de 3d-scan (foto auteur)