De roman Haar naam was Sarah (negen miljoen verkochte exemplaren) maakte Tatiana de Rosnay wereldberoemd. In Parijs draagt ze zelfs een pruik als ze niet herkend wil worden. Dat ze kampte met anorexia hield ze jarenlang geheim.
[bol_product_links block_id=”bol_592be29ab4765_selected-products” products=”9200000075700087,1001004010207707,9200000077515228,9200000011255053″ name=”a4m” sub_id=”de rosnay” link_color=”003399″ subtitle_color=”000000″ pricetype_color=”000000″ price_color=”CC3300″ deliverytime_color=”009900″ background_color=”FFFFFF” border_color=”D2D2D2″ width=”549″ cols=”2″ show_bol_logo=”0″ show_price=”1″ show_rating=”1″ show_deliverytime=”1″ link_target=”1″ image_size=”1″ admin_preview=”1″]Acht levensvragen aan schrijfster Tatiana de Rosnay. ‘Als ik later een dikke dame word, kan me dat niets schelen.’
Lijnen
1: Wat is het ergste wat u uzelf hebt aangedaan?
‘Op mijn veertien begon ik met diëten. Mijn ouders waren obsessief bezig met gezondheid, voedsel en calorieën. Ze waren een wandelende advertentie voor het perfecte stel: lang, slank, gebruind. Ik was een plompe tiener. Dus ik sloeg aan het lijnen en verloor vijftien tot twintig kilo. Bij 1,75 meter woog ik nog 49 kilo. Later kon ik juist niet meer stoppen met eten, en zette ik mezelf aan tot overgeven. Dat ging jaren zo door. Het was een verschrikkelijk, duister geheim dat ik elke keer na het eten naar de badkamer ging om te spugen. Mijn ouders merkten het niet, zij vonden het juist geweldig dat ik zo dun was – in de jaren zeventig was dun de mode en uiterlijke verschijning was heel belangrijk voor hen. Maar verder zijn ze heel goede ouders geweest, en ik heb ze daarvoor vergeven.’
Betrapt
‘Twintig haar heb ik geworsteld met anorexia en boulimia. Mijn man ontdekte het toen hij me betrapte in de badkamer. Hij heeft me uiteindelijk geholpen te stoppen met overgeven. Dankzij Nicholas heb ik mezelf uiteindelijk kunnen accepteren zoals ik ben, maar dat heeft jaren gekost. Zo heb ik nog heel lang geen kleding met korte mouwen gedragen, omdat ik mijn armen te dik vond. Pas sinds mijn veertigste voel ik me gemakkelijk in mijn lijf. Toen ben ik ook gestopt met mijn haar te verven. Ik bekeek mezelf in de spiegel en dacht: Mijn god, Tatiana, dit is jouw lichaam. Het is krachtig en heeft met veel moeite twee kinderen op de wereld gezet. Je hebt geen perfect lichaam, maar wie heeft dat nou wel? Je bent geen model, je bent een schrijver. Wees niet zo egocentrisch.’
Gevangenis
‘Anorexia is een gevangenis die je voor jezelf bouwt. Vooral de jaren voordat ik Nicholas ontmoette, waren een hel. Dus ik ben heel blij dat ik eruit ontsnapt ben. Als ik later een dikke oude dame word, kan me dat niets schelen.’
2: Wat was de beste beslissing van uw leven?
‘Zes jaar geleden besloten mijn man Nicholas en ik een huis te kopen in het zuiden van Frankrijk. Op een dag bezochten we een woning die al min of meer verkocht was. Ik was niet erg onder de indruk van het huis, totdat we op het terras kwamen. Het uitzicht was fenomenaal. Twee valleien in V-vorm, een strakblauwe lucht, vijgenbomen, olijfbomen, cipressen. Ik werd er volledig door overweldigd. Mijn man niet; in korte tijd had hij zijn beide ouders verloren en hij was niet bepaald in een positieve stemming. Maar ik slaagde erin hem ervan te overtuigen dat we het moesten doen.’
‘Het is een paradijs; we zitten midden in de natuur, mobieltjes en internet werken er nauwelijks. Er leven vossen, stinkdieren, dassen, arenden, schorpioenen, noem maar op. Ik kan er de zon zien opkomen én ondergaan – hoe zeldzaam is dat. Voor het huis staat een prachtige linde waar ik helemaal verliefd op ben en uren onder kan zitten. Die boom is zo’n vierhonderd jaar oud en straalt een bepaalde wijsheid uit. Ik wist niet hoe belangrijk het is om een boom te hebben.’
Gemoedsrust
‘Het gaat misschien te ver om te zeggen dat dit huis ons leven heeft gered, maar het heeft ons wel een grote mate van gemoedsrust en vredigheid geboden, wat ik hard nodig had na jaren van reizen, boektournees en interviews. In Parijs draag ik een blonde pruik als ik niet herkend wil worden. Vreselijk – als ik ‘m draag zie ik eruit als een opgetutte Amerikaanse en mijn man noemt me dan altijd Sharon. Het is geweldig om ook een plek te hebben waar ik niet de beroemde schrijfster ben, maar een doodgewone vrouw.’
3: Wat was het gelukkigste moment in uw leven?
‘De ontmoeting met Nicholas. Het was op 6 december 1986, op Saint Nicholas-dag. Ik was door iemand naar een feest gesleurd waar ik helemaal geen zin in had, want ik was niet erg happy op dat moment. In die tijd nam ik mezelf nog heel serieus: ik was net aangenomen als redacteur bij het tijdschrift Vanity Fair, een mooie baan voor iemand van vierentwintig. Ik droeg een leren minirok en een leren jack, en ik dacht wel even indruk te maken op deze man. Maar Nicholas maakte me op een vriendelijke manier een beetje belachelijk. Toen ik hem voor het eerst aankeek, dacht ik: wat een knap en interessant gezicht. Hij maakte me enorm aan het lachen. Na een paar weken zagen we elkaar weer, en zijn we bij elkaar gebleven. We besloten vrijwel meteen te gaan trouwen.’
Clown
‘Naast het feit dat hij geweldig kan luisteren en goede adviezen geeft, is Nicholas een van de grappigste mensen die ik ooit heb ontmoet. Als ik te serieus ben of iets me dwarszit, komt hij met een grap of imitatie waar ik om in een deuk lig. Ik vind humor belangrijk, want de wereld is al zo vol tragiek en lachen werkt helend. Ik vind het zelf ook fijn om mensen aan het lachen te maken. Mensen die me voor het eerst ontmoeten zijn daar vaak verrast over; op grond van mijn boeken denken ze dat ik heel serieus ben. Maar eigenlijk ben ik gewoon een clown.’
4: Waar heeft u het meeste spijt van?
‘De grootmoeder van mijn man was een heel lieve vrouw, met wie Nicholas en ik uitstekend konden opschieten. De kinderen waren dol op haar. We woonden vijf jaar in hetzelfde gebouw, dus we zagen haar regelmatig. Om een of andere reden konden zij en mijn schoonouders niet goed met elkaar overweg. Op een dag – wij woonden toen net ergens anders – zeiden mijn schoonouders tegen Nicholas dat we geen contact meer met haar mochten hebben vanwege de familieproblemen. En stom genoeg accepteerden wij dat. We hebben haar nooit meer gezien. Ik zie nog mijn dochtertje van vijf voor me, met de pop in haar handen die ze van haar overgrootoma had gekregen: waarom kunnen we niet naar haar toe?’
Spijt
‘Ik kan niet begrijpen dat we erin meegegaan zijn. Ook Nicholas heeft er veel spijt van. Wij waren nog jong en de invloed van zijn ouders was te groot, denk ik. Of zij nog geprobeerd heeft ons te benaderen, kan ik me niet meer herinneren. Maar ik denk dat ze begreep dat het kwam door de moeilijke situatie met haar dochter en schoonzoon, en besloot haar waardigheid te behouden. Toen ze stierf – ze is heel oud geworden – voelde ik me er ongelooflijk akelig en schuldig over, en nog steeds. Ik zou willen dat we dat ongedaan konden maken. Het is te laat, iedereen is dood. Maar ik voel nog altijd het gewicht ervan.’
5: Wat zou uw grootste criticus terecht over u kunnen zeggen?
‘Als het mijn schrijven betreft: dat mijn werk niet te definiëren is. Sommige thema’s komen wel terug, maar verder zijn alle vijftien boeken die ik heb gepubliceerd heel verschillend. Dat maakt het voor critici moeilijk me in een hokje te plaatsen. Ik daag mezelf graag uit, anders zou ik me snel vervelen. Misschien begin ik binnenkort wel aan mijn eerste toneelstuk of filmscript. Over wat mijn lezers daarvan vinden, maak ik me niet druk. Je kunt geen schrijver zijn als je wordt gestuurd door angst om lezers kwijt te raken.’
Gevoelig
‘Wat mijn persoonlijkheid betreft, zou je kunnen zeggen dat ik te gevoelig ben. Gevoeligheid is belangrijk voor een schrijver, maar wordt in het dagelijks leven soms beoordeeld als een teken van zwakte. Ik moet geregeld vechten tegen mijn emoties, bijvoorbeeld als ik iets onrechtvaardig vind. Dat heb ik van mijn Russische grootmoeder Natacha; zij zat bij het minste of geringste tegen het plafond of barstte in tranen uit. Toen ik jonger was, was ik nog veel lichtgeraakter, maar ik heb ermee leren omgaan en kan mijn emoties ook beter verbergen. Maar in mijn werk komt het er allemaal uit.’
6: Welke terugkerende nachtmerrie heeft u?
‘Ik heb er al jaren twee! In de eerste ben ik terug op de universiteit in Engeland en moet ik examens doen, tussen allemaal twintigers. Volstrekt onvoorbereid zit ik in de tentamenzaal achter een leeg vel te zweten, terwijl iedereen me aanstaart. Ik word zo zenuwachtig dat ik geen woord kan uitbrengen. De nachtmerrie eindigt altijd voordat ik weet hoe het afloopt.’
‘Ik heb erover nagedacht wat het betekent. Ben ik bang om oud te worden? Voel ik me schuldig omdat ik niet hard genoeg heb gewerkt toen ik studeerde? Want ik was een party girl, drukker met de genoegens van het studentenleven dan met studeren: concerten, wilde feesten, elke avond heel laat naar bed. Je zou het niet zeggen als je me nu ziet, maar vroeger was ik behoorlijk punk. Ik had zwartgeverfd spikey haar, droeg waanzinnige make-up en had vijf gaatjes in mijn oor.’
Diefstal
‘Mijn tweede nachtmerrie is nog vreemder. In mijn droom heb ik net een schilderij gestolen uit een groot museum. Ik zit in een auto, op de vlucht voor de politie. Maar de versnellingspook is helemaal slap en ik moet beide handen gebruiken om te kunnen schakelen. Dat schiet niet op en de politie komt naderbij, terwijl ik wanhopig probeer sneller te rijden – en dan word ik wakker.
Deze droom heb ik sinds ik mijn rijbewijs heb gehaald. Ik ben een nerveuze chauffeur en ik háát autorijden, dus ik doe het zelden. Maar daardoor kan ik niet in mijn eentje in Zuid-Frankrijk verblijven. Met een automaat zou het misschien beter gaan. Hoe dan ook zal ik op een dag de koe bij de hoorns moeten vatten.’
7: Wie of wat zou u nooit willen zijn?
‘Iemand die plastische chirurgie of botox laat doen om er jonger uit te blijven zien. Zoals die vrouwen die in een soort niemandsland verkeren, omdat je niet meer kunt zien hoe oud ze zijn of hoe ze er eigenlijk uitzien. Veel vrienden hebben iets laten doen, een facelift of een andere vorm van plastische chirurgie. Een vriendin van mij heeft inmiddels zoveel laten doen dat ik haar nauwelijks nog herken. Ik ben een tolerant mens, dus ik zou nóóit tegen iemand zeggen: “Wat heb jij nou met je gezicht gedaan?” Maar ik vind het wel verschrikkelijk dat we in deze wereld niet waardig oud mogen worden.’
Botox
‘Natuurlijk, het is niet leuk om steeds meer rimpels in de spiegel te zien. Maar ik vind het verdrietig dat zo veel vrouwen naar botox grijpen. Dus godzijdank zijn er ook mensen als Patti Smith, Virginia Woolf en Daphne du Maurier, die gewoon grijs en rimpelig zijn geworden. Als een fotograaf tegen me zegt dat hij mijn gezicht wel een beetje jonger zal laten lijken, bedankt ik daarvoor. Ik ben geen filmster, ik ben schrijfster. En dit is hoe ik er uitzie.’
8: Waar hoopt u op?
‘Dat ik mijn leven lang zal kunnen blijven schrijven. Bij Daphne du Maurier, mijn grote voorbeeld, droogde de bron van creativiteit op na haar zestigste. Ze schreef nog wel, maar die geweldige inspiratie die ze als jongere vrouw had, was verdwenen. Ik hoop dat mij dat niet gebeurt wanneer ik dat dikke oude vrouwtje ben geworden. Of een dun oud vrouwtje.’
Plannen
‘Ik hoop dat ik over twintig jaar nog steeds elke dag graag opsta en allerlei plannen heb voor een boek. Mijn grootste angst is dat er geen ideeën meer opborrelen. Wat zou ik met de rest van mijn leven aanmoeten? Daarom ben ik zo blij met ons huis in het zuiden, want dat is een bron van inspiratie. Ik heb boekideeën voor de komende vijf jaar. Dus godzijdank ben ik tot mijn zestigste in elk geval safe.’
Tatiana de Rosnay (28 september 1961) kreeg wereldwijde bekendheid met Haar naam was Sarah, een roman over een zwarte bladzijde uit de Franse Tweede Wereldoorlog-geschiedenis, waarvan wereldwijd negen miljoen exemplaren werden verkocht en dat werd verfilmd. De Rosnay, die de Franse en Engelse nationaliteit bezit en ook nog een vleugje Russisch bloed heeft, groeide op in Parijs en Boston, studeerde in Engeland en werkte daarna in Parijs als journalist. In 1992 debuteerde ze als fictieschrijfster. Ze schreef onder meer de romans Die laatste zomer, Het appartement, en Onvoltooid verhaal, en vorig jaar publiceerde ze Manderley voor altijd, een biografie van haar grote literaire voorbeeld Daphne du Maurier. Obsessie is haar nieuwe roman. Tatiana de Rosnay is getrouwd en heeft twee kinderen.