Laat je niet belazeren door de getallen. De verkoopcijfers en oplages van dichtbundels zeggen helemaal niets over de populariteit van poëzie in Nederland. Dat blijkt niet alleen uit onderzoek. Je kunt het ook gewoon concluderen uit het feit dat er een Nacht van de Poëzie bestaat in Nederland.
Zaterdag 16 september werd dit fenomeen dus 35. Van de recente edities in het nieuwe TivoliVredenburg was dit meteen ook de beste. De organisatie kon de zaal uitverkopen zonder een beroep te hoeven doen op hele grote namen uit de muziek. De dichters waren al aansprekend genoeg. Hoe bleek dat? Waar in eerdere edities zeker nog een deel van het publiek vaak opvallend snel weg was na het optreden van de surprise act, bleef de tribune van Hertzbergers arena dit keer gevuld tot en met het optreden van de laatste dichteres, Vicky Francken.
Gretigheid
Dat de megastrakke keigave brassband Gallowstreet pas op het laatst geprogrammeerd stond, vlak vóór Vicky Francken, wist niemand van tevoren: de volgorde van de optredenden is als altijd het best bewaarde geheim van De Nacht. Gallowstreet was wel een van de onverwachte muzikale hoogtepunten, nadat eerder de gebroeders Jussen de zaal hadden overrompeld met hun interpretatie van La Valse van Ravel. En toen hadden we Karsu nog te goed. Deze heerlijke mix van Turkse roots, Amsterdamse opvoeding en Amerikaanse scholing zette rond enen de toeschouwers tegen de muur. Wat een strot en wat een gretigheid zit er in dat mens.
Maar daar ging het dus allemaal niet om, tijdens Nacht nummer 35. Want de dichters waren dit keer echt de sterren. En dan heb ik het nog niet eens over onze eeuwige net-niet-nobelprijswinnaar Cees Nooteboom. Sterker nog: door zijn weinig geprononceerde optreden viel vooral op hoe leesbaar zijn gedichten waren. Op een podium vallen ze een beetje in het water. Hoe anders was dat met het werk van Astrid Lampe. Deze Utrechtse dichteres schrijft al jaren totaal onbegrijpelijk en abstract werk, dat het steevast op een podium fantastisch doet. Ze is opgeleid als actrice, dat zal helpen. Bij haar optreden kwam in ieder geval de zaal los, werd er gelachen en tussentijds geapplaudisseerd.
Vrouwen het sterkst
Podiumpresence is steeds minder een vies woord in dichtersland. Er zullen nog steeds literaire poëten zijn die het geschreven en in afzondering te lezen werk veel hoger schatten dan het voorgedragen werk. Tijdens de Nacht werd echter opnieuw duidelijk dat ze elkaar in diepgang en zeggingskracht niet meer ontlopen.
Dimitri Verhulst, Frank Koenegracht, Bart Moeyaert staan boven iedere twijfel verheven, maar het waren vooral de vrouwen die de zaal van de stoel kregen. Behalve voor Astrid Lampe ging het publiek ook los voor Antjie Krog, en stonden mensen op de stoelen voor Neeltje Maria Min. Slamkampioene Carmien Michels trok de zaal door de kleine uurtjes heen met werk dat niet alleen een stevige inhoud had, maar dat ook in voordracht overtuigde, zeker toen ze de bravoure van de slampoetry achter zich liet.
Schrijfopleiding
Grote verrassing was Simone Atangana Bekono. Piepjong nog, vers afgestudeerd van de schrijfopleiding in Arnhem, toonde ze zich de absolute belofte met een indrukwekkend gedicht over vluchtelingen en schuld. Ze is mede opgeleid door Astrid Lampe, hoorde ik in de wandelgangen. Het is mooi dat we niet alleen schrijfopleidingen hebben op HBO-niveau, het is nog mooier dat die opleidingen ook zoveel oog hebben voor de presentatie. want, dat mogen we nu toch echt van de daken schreeuwen: poëzie moet je horen.