In de jaren negentig van de vorige eeuw was de BBC 2 voor mij een reden om thuis te blijven. Het ging dan even niet om de afleveringen van Star Trek die ze bleven uitzenden, terwijl de Nederlandse tv elke vorm van verbeelding probeerde buiten te sluiten. Nee, het had te maken met The Late Show, een cultuurpogramma. Om kwart over twaalf ’s nachts kreeg ik een dagelijkse dosis cultuurpraat op niveau. Forums met Salman Rushdie, of andere beroemdheden, altijd actueel en lekker traag.
Ik heb me jarenlang afgevraagd waarom we in Nederland, op Adriaan van Dis na, niet in staat waren om een cultuurprogramma te maken dat in de buurt kwam van The Late Show. Dat programma heeft in zijn bestaan ook diverse formatwissels doorgemaakt, maar het DNA bleef zichtbaar. Zelfs toen het aandeel van de muziek werd overgenomen door Jools Holland in Later en allerlei vormen van kritiekdebatten werden samengevat in Late Review. Met al die heerlijke beeldspraken van Britse critici. .
Onderuitgezakte heren
In Nederland hadden we vooral programma’s met onderuitgezakte heren in te lage zithoeken, die meestentijds geïnteresseerd leken in hoe goed ze zelf konden formuleren, maar het net niet haalden. VPRO – Boeken werd te vroeg op de dag uitgezonden en had niets wat in de buurt kwam van de flair van The Late Show: debatten over cultuur waarin de mensen ook nog eens met de nodige kracht en humor optraden. Wittemans klassieke muziekprogramma Podium Witteman is briljant, maar gaat slechts over klassieke muziek, wat ik nog altijd jammer vindt. En Volle Zalen van Cornald Maas ontsnapt maar niet aan het imago van een fan-show.
Daarom is het nu – na drie afleveringen – tijd om een klein, voorzichtig vreugdedansje te maken dat Mondo wordt uitgezonden. Een VPRO-programma dat een vrijwel rechtstreekse kopie is van BBC 2’s The Late Show uit de jaren negentig, maar dan met minder celebrity. En in breedbeeld.
Piep en kraak
Na de eerste aflevering hield ik mijn hart nog vast, omdat alles piepte en kraakte. Een moeizaam gesprek over grenzen in de kunst, twee vrienden van de producent die ooit een houseplaat maakten: het voelde allemaal te gewild en te onnatuurlijk. Nu, een paar afleveringen verder, komt de schwung erin. Blijft lastig dat kunstmensen, zoals in de laatste aflevering bijvoorbeeld architect Sjoerd Soeters, vaak onuitstaanbaar zelfingenomen, dan wel overijdel of superonzeker zijn. Dat praat niet lekker, of je nu in een luie zithoek zit, of aan een actieve tafel.
Probleem is natuurlijk ook dat wie met enige kunstliefde de media volgt, elke dag weer herinnerd wordt aan hoe klein ons land kunsttechnisch is. Komt er een spraakmakend stuk uit, zit de regisseur of hoofdrolspeler hetzelfde verhaal te vertellen op radio en tv, wat hij daarvoor ook al in de krant had laten optekenen. Een nieuw boek van Herman Koch levert in alle media-uitingen hetzelfde uitgekauwde verhaal op. Wat niet weg hoeft te nemen dat het een fantastisch boek is.
Ondankbaar
We hebben in Nederland een kleine cultuurwereld, met weinig highlights per dag. Aan de redactie van Mondo dus de ondankbare taak om niet in die valkuil van de kunst-pr te trappen, en tegelijkertijd niet altijd naast de actualiteit te zitten. Met Cultuurpers zetten we daarom ook meer in op wat er achter de façades en in de politiek speelt, dan op de voorspelbare highlights. Zoiets journalistieks zou de VPRO ook niet misstaan.
Lijkt me nog een hele opgave, maar als de VPRO vasthoudt aan zijn minachting voor de kijkcijfers zou het nog weleens iets kunnen worden met Mondo. Zelfs met een format uit de vorige eeuw. Alleen niet doorvertellen aan de zendermanager.
Gewoon kijken, dus.