Toen donderdag 12 maart de coronamaatregelen werden afgekondigd voelde dat eerst nog onwerkelijk. De volgende dag viel de wereldpremière van de opera Ritratto van Willem Jeths in het water. Ik had me hier enorm op verheugd, net als op al die andere producties in het Opera Forward Festival. Bovendien zat ik volop in de voorbereidingen voor talloze inleidingen de komende maanden. In één klap werd alles tot 1 juni afgelast. Ietwat ongelovig vertrok ik naar mijn hutje op de hei: zo’n vaart zou het toch niet werkelijk lopen?
De rest is geschiedenis zoals dat heet. Zo’n vaart liep het namelijk wél. – Nou ja, ‘vaart’: van de tiende versnelling moest ik opeens terugschakelen naar de één. Ik nam me acuut voor de enorme stapel cd’s eindelijk te gaan recenseren, onder de titel #Corona-classics. Maar in plaats daarvan maakte ik lange fiets- en wandeltochten; het wegvallen van deadlines en verplichtingen voelde als vakantie.
Knop om
Bij thuiskomst vond ik steeds verontrustender persberichten in mijn mailbox. Het ene na het andere festival dat ná de onheilsdatum plaats zou vinden ging op zwart. Tot zelfs de Gaudeamus Muziekweek in september aan toe. Veel organisaties bedenken weliswaar online alternatieven, maar dat is toch surrogaat voor een live ervaring. Bovendien vragen deze niet om concertinleiders. Na de persconferentie van 6 mei is het onduidelijk of mijn reeds geboekte optredens volgend seizoen wel doorgaan. Welke concertzaal kan draaien met maximaal 100 mensen in de zaal?
Daarom heb ik besloten de knop om te zetten. Angstig naar de toekomst kijken en verplicht vakantie vieren is geen leven. Vandaag begin ik alsnog aan mijn serie #Corona-classics. En wel meteen met een vrolijke noot in deze bange dagen: de kameropera Le dernier sorcier van Pauline Viardot. De in haar tijd wereldberoemde mezzosopraan (1821-1910) componeerde deze in 1867 op een libretto van haar hartsvriend/geliefde Ivan Toergenjev.
Doeltreffend en aanstekelijk
Hij vertelt het verhaal van Krakamiche, ‘de laatste tovenaar’ uit de titel. Die heeft zijn magische krachten verloren en woont met dochter Stella in een armzalige hut. Deze staat in het woud dat Krakamiche ooit als machtige man heeft afgepakt van de elfen. Zij pesten hem voortdurend en lachen om zijn machteloze woede. Als Stella tot zijn ergernis verliefd wordt op prins Lelio springt de elfenkoningin het paar te hulp. Ze geef Lelio een bloem die hem onzichtbaar maakt.
Zoals dat gaat in sprookjes komt alles uiteindelijk op zijn pootjes terecht. Stella en Lelio mogen trouwen en Krakamiche betuigt zijn spijt over zijn vroegere wandaden. Het bos komt opnieuw in bezit van zijn rechtmatige eigenaren, de natuurlijke orde wordt hersteld.
Viardot maakte een even doeltreffende als aanstekelijke zetting voor piano, zes zangers en een koortje. In 1863 had zij het operatoneel vaarwel gezegd en was verhuisd naar Baden-Baden, gevolgd door Toergenjev. Vier jaar later ontstond Le dernier sorcier. Hierin is goed te horen dat Viardot alom bewonderd werd vanwege haar grote vocale bereik en haar dramatische zeggingskracht. Componisten als Hector Berlioz, Charles Gounoud en Camille Saint-Saëns lieten zich door haar inspireren. Ze was bovendien een begaafd pianiste, die vaak duetten speelde met Chopin. Met diens instemming maakte zij zelfs liedbewerkingen van zijn mazurka’s.
Pompeus versus lichtvoetig
Le dernier sorcier ging op 20 september 1867 in première in Toergenjevs villa in Baden-Baden. Viardot zat zelf aan de piano, haar vier kinderen en twee studenten vertolkten de rollen. Onder de gasten waren Liszt, Brahms, Clara Schumann en zelfs Kaiser Wilhelm I, die de opera ‘een meesterwerk’ noemde. Liszt hielp twee jaar later een professionele première realiseren aan het Hoftheater van Weimar. Deze werd minder positief ontvangen. Critici laakten het in ‘moeizaam Duits’ vertaalde libretto en het logge arrangement voor symfonieorkest.
De cd-opname presenteert de oorspronkelijke versie voor piano, maar vertaalde de verbindende teksten naar het Engels. De Britse actrice Trudie Styler reciteert deze ingeleefd, met een verzorgde Engelse dictie. Het voortdurend schakelen tussen gesproken Engels en gezongen Frans is even schrikken, maar went snel. Temeer daar de zanglijnen zo vloeiend zijn en de pianopartijen zo meeslepend.
De korte ouverture vertelt het verhaal al in een notendop. Signaalmotieven en boertige akkoorden in de lage registers symboliseren de pompeuze Krakamiche en zijn knecht Perlimpinpin. Zij blijven maar simmen over hun verloren krachten. Daartegenover staan kwikzilverige notenslierten in de hoge registers, als muzikale vertaling van de lichtvoetig ronddartelende elfen en het jonge liefdespaar.
Zwierig en meezingbaar
In ruim een uur voert Viardot ons onweerstaanbaar mee in de sprookjeswereld van de geplaagde Krakamiche en zijn tegenstrevers. Springerige pianoloopjes begeleiden de elfen die hem laten rondtollen en water in zijn schoorsteen gooien. Hun ritmische gelach contrasteert met zijn bozige gesputter, met verve vertolkt door de bas Eric Owens. Dochter Stella (de sopraan Camille Zamorra) bezingt in zwierige lijnen de regendruppels die haar planten doen groeien. De mezzosopraan Adriana Zabala is een heerlijk verliefde Lelio en Jamie Barton is een majestueuze elfenkoningin. Sarah Brailey (Verveine) plaatst met haar wendbare stem alle handelingen in een context, als een Grieks koor.
Le dernier sorcier heeft veel vaart en grossiert in puntige ritmes en meezingbare zanglijnen. De pianopartij is uiterst gevarieerd en Myra Huang weet trefzeker alle nuances over het voetlicht te brengen. Van speelse dubbelslagen tot laag ronkende onheilsklanken, van sensuele lieflijkheid tot onstuimig beukende ritmiek. Het Manhattan Girls Chorus volgt haar op de voet en spatgelijk – zonder dirigent. Tot slot brengen zij een ode aan hun geliefde bos, begeleid door triomfantelijke pianoguirlandes over het hele toetsenbord.
Feministische eco-fabel
Het cd-boekje omschrijft Le dernier sorcier als een ‘feministische eco-fabel’ avant la lettre. De vrouwen zijn Krakamiche immers te slim af en het bos mag voortaan het bos weer zijn. De indringers zijn verdwenen, de oude orde keert terug. Dat lijkt me wat al te ver gezocht maar een parallel met onze tijd valt zeker te trekken. Nu vrezen wij de macht van het Coronavirus dat wij koste wat het kost uit ons rijk trachten te verdrijven. – Of wij net zo succesvol zullen zijn als de elfen zal de toekomst leren.
Beste Thea Derks, dank voor de mooie woorden over Viardot’s opera. Inspiratie op dit moment komt gelegen. Blijf aub schrijven! Met vriendelijke groet,
Julia Barnes
Dank Julia, je reactie stimuleert me om de volgende cd van de stapel te pakken!
Reacties zijn gesloten.