De rusteloze kop voor de romp, vuisten nerveus zoekend naar houvast onder de vaalblauwe trui. Z’n leven een meedogenloze teistering van generaties onderdrukking onder fabrieksarbeid, alcoholisme en huiselijk geweld. En diepe liefde toch, tussen deze getormenteerde vader en zoon.
Tot bijna aan het einde van de monoloog ‘Wie heeft mijn vader vermoord?’ blijft het hoge bed onaangeroerd. Pas dan vernemen we dat de vader in de fabriek een zwaar gewicht op z’n rug kreeg, bedlegerig en afhankelijk van een uitkering werd.
En dat dit een Frans stuk is, want de bezuinigingen op sociale voorzieningen, gepaard gaand met belastingverlaging voor de rijken zijn Chirac, Sarkozy, Macron en hun ministers van volksgezondheid en arbeid aan te rekenen. De tirade van het slachtoffer gericht tegen hen lijkt voor Nederlanders uit een ver verleden te schallen; sociaaleconomische onderdrukking, wat is dat? Het ging er toch enkel nog maar om huidskleur en ras, in talloze opinies in braaf meeknikkende media steevast verward met identiteit?
Pamflettist
Qui a tué mon père kwam in 2018 uit, een 85 pagina’s vlammende tekening van het barre leven van z’n alcoholistische, gewelddadige vader door de toen 25-jaar jonge socioloog Edouard Louis; en zijn relatie tot hem, een ongewenst homofiele zoon. Voor wie hij zich schaamt, maar die hij toch liefheeft.
Tot Louis’ verdriet werd de roman omarmd door de hofhouding van Emmanuel Macron op het Elysee. Terwijl de auteur eerder al een vlammend manifest in Le Monde schreef voor de (weder)opstanding van intellectueel, solidair links, en zich met 1.400 andere ondertekenaars uit de Franse cultuur verklaarde: ‘De Gele Hesjes, dat zijn wij!’
In het stuk heeft dan de ‘moord’ op de vader al plaatsgevonden door de broer van de verteller die daarmee een einde maakt aan een tekenende familieruzie waarin ook de geaardheid van zoonlief weer in het geding is. Aanvankelijk speelt enkel de misantropie van geweld en alcoholisme, gaandeweg komt de geaardheid van de zoon meer en meer in beeld en de tweeslachtigheid van de vader jegens hem: afkeer en schaamte versus liefde en zelfs even trots op de hoge opleiding die hij zal doen.
Liefde die wederzijds wegen zoekt, tot de onverwachte apotheose waarin vader en zoon elkaar vinden in het slachtofferschap van de een en de maatschappijkritiek van de ander; ontroerende symbiose. Nadat zoonlief als kind steeds tevergeefs – letterlijk ook – de aandacht van vader vraagt met zingend en uitdagend optreden als Barbie Girl. ‘Kijk dan vader, kijk dan’, maar hij kijkt niet. Je houdt je hart vast voor een afranseling.
Zuurstoffles
Maar vader koopt wel de dvd met de film Titanic, zelfs in de ‘special edition’, als zijn zoon die tot vaders afgrijzen voor zijn verjaardag vraagt. Het cadeau staat op zijn bed, persoonlijk geven kan niet. Beeld en geluid spelen op een tv-toestel. Zoon kijkt talloze keren, vader zingt op afstand mee. Veel te duur was het, maar de vader draagt meer verrassingen aan, zoals een dagje uit naar zee van de schoolboekenuitkering.
Afwisselend de vader en zoon in monoloog, of de moeder parafraserend, beent Hans Kesting anderhalf uur dreigend en hulpeloos over het toneel, met die geweldige mimiek, timing, stem en intonatie die hem een ongeëvenaard acteur maken. Het fysiek en taalgebruik waarmee Kesting deze naamloze vader door de ogen van de zoon neerzet, vind ik zo magistraal dat woorden tekort schieten. Van het hoestend roken in de felle schijnwerper achter een daartoe geopende deur tot de ingehouden woede, dat onvermogen dat ons ergens allemaal teistert; het is allemaal even verschrikkelijk als sympathie wekkend.
Schoonheid in ellende, onder de regie van Ivo van Hove. Met schitterend licht en het decor van Jan Versweyveld met een muur met butsen van de onmachtige vuistslagen van de vader, met aan de andere muur de symbolische grote witte zuurstoffles die voor ons kijkers van vraagteken tot uitroepteken wordt.
Deze kunst mogen genieten als toeschouwer, zelfs samen met je zoon, voelt als uitverkoring en maakt je gelukkig…
(En wie de vader vermoord heeft: de machthebbers, of wij in de zaal; de uitverkorenen met geld voor cultuur en andere geneugten des levens, die hun welvaart voor een paar euro per uur laten produceren en voor 1,50 euro per pakket aan de deur krijgen?)