Jeroen Bartelse is niet alleen directeur van TivoliVredenburg in Utrecht, de oud directeur van de Raad voor Cultuur is ook prominent lid van de Taskforce die voor de culturele en creatieve sector de lobby voert voor steun aan de cultuur in tijden van Corona. Marijn Lems en Wijbrand Schaap blikken met hem terug op het eerste coronajaar, samengevat in een mooi boek dat uitgegeven wordt door TivoliVredenburg, maar we kijken ook hoe het nu verder moet, met de zzp’ers, en met de test samenleving.
‘Er zitten terecht ethische en morele bezwaren aan de test-samenleving. Wij worstelen daar als taskforce ook mee. De wet is misschien wel nodig, maar we hebben ook hele grote zorgen. We zouden in de cultuursector open kunnen gaan zonder testen, omdat er hele goede, en bewezen veilige protocollen zijn. Het duurt nu veel te lang.’
Niet genoeg steun
‘We zijn op dit moment weer aan het rekenen, net als in maart vorig jaar en de zomer, om in kaart tre brengen wat de schade is. Dat doen we om de minister duidelijk te maken wat de schade is. Uiteindelijk alle credits naar de minister, die het toch voor elkaar gekregen heeft. Of het genoeg is: het antwoord daarop is nee. Het is nog afwachten hoe snel mensen terug kunnen, en hoeveel mensen terugkomen.’
‘Onze eerste zorg was ervoor te zorgen hoe de steun ook bij de zzp’ers terecht zou komen. we gingen eerst uit van een trickle down effect: door het blijven verlenen van opdrachten aan kunstenaars en zzp’ers kon hun inkomen gegarandeerd worden. De volledige lockdown trok daar een streep doorheen en de generieke pakketten voor zelfstandigen die zijn heel mager. Je valt terug naar bijstandsniveau. Daar vallen klappen. Wat je nu ziet is dat de instellingen het redden. dat is heel belangrijk, want als die het niet redden klapt alles in een. Maar de artiesten en zelfstandigen zijn het kind van de rekening. Sommige makersregelingen werken, maar een deel van de sector is daar niet mee gered.’
Veel uitstroom
‘Er zijn veel mensen die zijn overgestapt naar andere beroepen, mensen uit de hospitality zijn naar de medische sector overgestapt, technici zijn in de bouw begonnen. Ik maak me best wel zorgen of we nog genoeg gekwalificeerd personeel hebben als we weer volop gaan draaien. We zijn niet als enige aan het werven. Maar dit is wel het moment om inclusiever te gaan werken.’