Boris Charmatz has been a guest at many editions of the Holland Festival with impressive, provocative, socially engaged, finely composed and conceptually strong dance performances: Aatt enen tionon and Con forts fleuve (both in 2001); 50 years of dance (2010), Enfant (2011) and Manger (2015). His latest choreography, danse de nuit, premiered in Geneva last September. During the Holland Festival, it plays three evenings at Anton de Komplein in Amsterdam-Zuidoost.
In Brussels, during Kunstenfestivaldesarts a fortnight ago, the venue was the roof of the car park Parking 58, at Boulevard Anspach in the centre of Brussels. Although you can of course just walk in during the day, only paying guests were allowed in for the performance. The vista, the city bathed in warm clouds of fine dust and the light of the setting sun, was overwhelming.
Incantations
As night fell, about six dancers manifested themselves, collectively scanning texts, then preaching them. It sounded like protests turning into collective incantations or prayers. But the dancers also went solo, scattering the audience. Instead of each other, they then embraced the asphalt and concrete.
In many ways persecuted danse de nuit the with Manger deployed combination of the intensity of voices, bodies on the floor and moving among the audience. To see something, you also have to move as a spectator. You become a fellow mover in the dynamic constellation of postures and relationships organised by the choreography.
Also in danse de nuit emerges an exchange of energies and human feeling, speculating on the distinction between public and private, mine and thine, fiction and reality in an ever-expanding edifice of gestures and figures. But where in Manger usually a wordless chant rose from the many throats scattered across the floor of the Purification Hall, the dancers in danse de nuit in one piece.
Citizen-movement
The dancers in danse de nuit not only handle their bodies quite roughly, they also speak constantly. Charmatz, himself a gifted speaker and writer, has used text in performances before, but the continuous juxtaposition of text and movement is striking. The day after the premiere of danse de nuit in Brussels, I ask Boris Charmatz where this striking combination of speaking and dancing comes from.
Charmatz: 'It has to do with my interest in Nuit Debout. Those political gatherings revolve around text: political speeches, slogans, discussion. You could describe Nuit Debout as the French version of the Occupy-movement. Citizens in resistance, looking for alternative ways to become politically active. But it is also very physical. There were standing protests, people were sitting and some places were even occupied lying down. I was quite impressed by how people came together.'
'But Nuit Debout was also criticised because they sometimes seemed more like social happenings, without a clear political agenda. And that is actually very close to the events we have in Rennes with Musée de la Danse organised, even before Nuit Debout arose. Fous de danse brought thousands of people to their feet.'
Choreographic assemblies
'We are also going to do it in Berlin this year, in September, with the Volksbühne. It's a ten- or 12-hour programme with lots of different formats, in which people engage in dance in all sorts of ways. Inspired by the alternative civil protests, I wanted to see if, instead of political gatherings, you could organise choreographic 'assemblées', because of that swirl of body positions and relationships.'
'Danse de nuit actually has nothing to do with those hour-long, tens of thousands of people-pulling events of the Musée de la Danse. The play resonates with it, just as it was inspired by the protests of Nuit Debout. Danse de nuit is intended for a much smaller group of spectators, just over two hundred. It is a choreography for bodies, texts, lights and a small crowd, somewhere in public. The performance is more intimate and addresses the fear that has come to define life on the streets, after the attacks.'
'It is obscure in content, compared to the relatively straightforward gatherings of Fous de danse. The lyrics give you access to what is going on in the heads of the dancers, others, strangers. They are fragments and it all goes far too fast. This is because of the desire, that we allow the inimitability of thoughts. It's chaotic and, as a spectator, you can't always follow everything. You are forced to compose your own text in a certain way, just as you cannot see all the movement either, and the bodies of the audience mix with what the dancers are doing. I hope it also throws the spectators back to their own bodies, their own feelings, their own thoughts.'
Freedom to do and say anything
The performance includes lyrics by Tim Etchells, from Starfucker and Erasure, as well as parts of a radio interview with Patrick Pelloux, a member of the editorial staff of Charlie Hebdo, on 8 January 2015, the day after the assassination. Why?
Charmatz: 'The attack on the editor of Charlie Hebdo is perhaps the most important starting point for this performance. It was a huge drama in France. Political caricatures and provocative comics and their authors are part of everyday life. I grew up with the drawings of Wolinksy and Reiser. There is a tradition in that field in France. So when men like Charb and Wolinsky were murdered, it was not only a political drama, but many people also felt it as a personal loss. It's about freedom of expression coming under pressure, and how to move in the public space.'
Current context
'For me, there is also something else about cartoons. They are fleeting gestures, just like dance. They are gestures that you can only really understand properly in their current context. It is very difficult to understand a year later exactly what which politician said and why it was funny to depict him or her this way or that at the time. Just as you don't read a week-old newspaper. That fleetingness is one of the mottos of nuit de danse - that you can say and do anything, in French you would say, "bouger n’importe comment en disant n’importe quoi”.’
‘Het vluchtige en het provocerende van de cartoon is voor mij een manier om weer in beweging te komen na de aanslagen. De aanslagen hebben namelijk het gedrag van mensen veranderd, verstijfd in zekere zin. Al die militairen op straat. Waar hiphoppers vroeger de pleinen voor stations en ander grote gebouwen innamen, patrouilleert nu het leger. We waren in Frankrijk al gewend om alert te zijn op onbeheerde bagage in de trein, maar na Bataclan zijn mensen ook openlijk wantrouwig jegens andere mensen. Iemand die iets geks doet op straat vormt meteen een bedreiging. Het maakt het voor kunstenaars op straat niet makkelijker. En dan ontstaat de grote vraag: wat bindt ons, en welke vrijheid kunnen we ons permitteren op straat ten opzichte van elkaar?’
Provocative gestures
At danse de nuit, but also in Manger, spelen de performers met de grens tussen publiek en privé. Er ontstaat een soort overgangsgebied, waarin ook verwijzingen naar geweld, misbruik en erotiek voorkomen. Franse cartoons gebruiken vaak ook redelijk wrede gestes om hun ‘slachtoffers’ te karakteriseren. Zijn provocerende gestes, seksueel of andersinds, de ultieme testcase voor het publieke domein?
Charmatz: ‘Er is natuurlijk een conservatieve tendens en de aanslagen maken dat erger. Recentelijk werd Steve Cohen veroordeeld omdat hij met een haan, met een touwtje aan z’n penis verbonden, optrad onder de Eifeltoren. Door de aanslagen dreigt iedereen zich te moeten aanpassen aan iedereen. In karikaturen wordt inderdaad vaak seks gebruikt. En dans is natuurlijk van oudsher verbonden met seksualiteit, zie het romantische ballet met dat super gesculptuurde mannen-orgaan of oude sociale dansen, waar je steeds van partner wisselt.’
‘Dissensus’
‘Tegelijkertijd heb ik me wel ingehouden in danse de nuit. We willen overal kunnen spelen, in het openbaar. De teksten zijn behoorlijk expliciet, maar er is geen letterlijke naaktheid. Je ziet eigenlijk dat in het publieke domein de voorwaarde ontstaat dat alles op consensus moet zijn gebaseerd, dat dingen geen aanstoot mogen geven. Terwijl je natuurlijk alleen maar consensus kunt bouwen vanuit het vermogen tot onenigheid, dissensus.’
‘Als kunstenaar moet je ook een feestje durven organiseren waarin verschil bestaat, “your dance is not mine, we are different, but i can look at it”, dus geen neutrale omgeving waarin iedereen het zelfde gedrag vertoont, maar een gemeenschappelijke ruimte waarin iedereen anders kan zijn. Ik weet niet of het perse seksueel moet zijn, het gaat er om dat mensen vrij moeten zijn te doen wat belangrijk voor ze is.’
Je gebruikt het begrip ‘semi-publiek’. Wat bedoel je daarmee?
Charmatz: ‘Als er één les is van Charlie Hebdo, dan gaat het om de vrijheid om dingen te doen, dingen waar mensen van houden, of níet van houden. Tegelijkertijd verandert de hele tijd het onderscheid tussen wat publiek en privé is, wat aanstootgevend is en wat niet. Ik bedoel, ik probeer niet te kijken naar het instagram-account van mijn zoon of dochter, dat is te privé, maar tegelijkertijd is het publiek, en kan iedereen het zien.’
‘De verhouding tussen publiek en privé is voortdurend onderwerp van mijn werk als choreograaf. Je probeert via choreografie het publieke vorm te geven. Dat we Musée de la Danse hebben ontwikkeld, al het werk dat we in musea deden, zeker toen we in de Tate Modern werkten, was omdat de publieke ruimte me enorm interesseert.’
View
‘De Tate is gratis en mensen komen dan bijvoorbeeld naar die prachtige Turbinehall – soms is daar kunst te zien, maar vaak ook niet – gewoon om er te zijn. De dingen die mensen dan doen, ik was er echt door gegrepen. En Parking 58, waar we nu in Brussel optreden, is overdag echt een plek voor jongeren. Het is een publieke plek, want het is gratis. Er is een prachtig uitzicht, ze drinken wat of draaien een blowtje.’
‘Ik hou van die omgeving, waar iedereen toegang heeft, zonder grenzen. We spelen de voorstelling echt op zoveel mogelijk verschillende plekken, in hele verschillende stadsdelen. Financieel is het natuurlijk ingewikkeld, de crew van danse de nuit is groot, dus niet elk festival kan gratis toegang bieden, maar in Amsterdam en in Athene is het gewoon op straat en dat is belangrijk.’
Art must reclaim the street
Zou je wat jullie doen “street dance” kunnen noemen? Verwijst het naar die traditie van een stem vinden, je eigen vorm ontwikkelen, buiten de instituties blijven, counter-culture? Of is het misschien straat-theater, een heel gebruikelijk genre in Frankrijk?
Charmatz: ‘Nou ja, we doen met danse de nuit per definitie straatdans, aangezien het voor de straat gemaakt is. Maar ik wilde geen hiphop importeren of nadoen. Het project gaat daar niet over. Maar ik hou van die energie. En ik ben geïnspireerd door een documentaire over een festival in Nancy eind zeventiger jaren. De hiërarchie tussen straatkunst en serieuze kunst in theaters bestond daar niet. Butoh dansers, voor het eerste te zien in Europa, waren op straat te zien en het poppentheater van Kantor stond in het theater.’
‘De indeling naar genre en plekken ging op z’n kop. In de jaren ‘80, ‘90 tot nu heeft het straattheater en ook het circus zich ontwikkeld en gaat steeds meer de theaters in. Ik heb het gevoel dat we ook de tegengestelde beweging moeten maken, dat we het l'art pour l'art moeten loslaten en de straat terug moeten claimen. Ook om in te gaan tegen al die angstaanjagende statements, over elites versus volk, cultuur versus kunst, gezond verstand versus het pseudo-intellectuele denken.’
Nonsensical statements
‘Ik denk dat de publieke opinie en het politieke discours echt last hebben van al te simpele tegenstellingen, van het uitspelen van intellectuelen tegen het volk, Frankrijk tegen Europa, immigranten tegen de natie. Al die indelingen zijn onzinnige statements die helemaal niet reëel zijn. Dus niet dat intellectuelen arbeiders zijn, of dat arbeiders perse filosofen zijn, of dat filosofen weer straatkunstenaars zijn.’
‘Het gaat er om te erkennen dat de maatschappij is opgebouwd vanuit al die verschillende activiteiten samen. Zoals Macron, die als slechte bankier werd voorgesteld tijdens de presidentscampagne, terwijl we er zonder bankiers natuurlijk ook niet uitkomen. Ik bedoel, je wilt zeggen: stop met dingen al te simpel te maken.’
https://www.youtube.com/watch?v=paL4gZldksI
Sensitivity
Dus je wilt met het werken op straat ingaan tegen bestaande hiërarchieën over hoge en lage kunst, populaire en elitaire kunst?
Charmatz: ‘Kijk, als je iets op straat doet, werkt dat heel anders uit dan in een museum of in een theater. Het publiek is anders, de sociale context is anders. Ik heb in het theater en het museum enorm geëxperimenteerd, de straat is gewoon weer een andere omgeving. Het is niet nieuw voor mij om buiten het theater te werken. Ik heb het vanaf het begin gedaan.’
Maar is er nu een speciale reden, of een speciale sensitiviteit die je aanspreekt?
Charmatz: ‘Alles is meer gevoelig nu. Kijk naar Enfant. Twintig jaar geleden renden er in een grote Franse productie voor de Cour d’Honneur in Avignon vijftig kinderen naakt het podium over. Het was maar een tiental seconden, maar de beelden ervan zijn niet online te vinden. Omdat het te gevoelig is. Pedofilie bestaat, en het is goed dat het nu besproken wordt en dat mensen desnoods vervolgd kunnen worden. Maar die scène kan je nu niet meer doen.’
Activism
‘We leven in veranderde tijden. Terrorisme is één van de aspecten, hoe Europa wankelt is een ander gegeven. Of de jeugdwerkeloosheid, in Frankrijk is die enorm. Links- of rechtsom, moet daar echt iets aan gebeuren.’
Beschouw je, naast het choreografische, nuit de danse ook als een vorm van activisme?
Charmatz: ‘Een activist heeft een politiek doel, waarin hij of zij kan slagen of falen. Wij hebben met Musée de la Danse meer een publieke oriëntatie. Natuurlijk willen we de publieke ruimte beïnvloeden. Maar het zou pas activistisch worden als je zou kunnen zeggen, we hebben gelijke rechten of betere betaling bereikt, of dat de voorstelling zou aansporen te gaan stemmen op deze of gene partij. Als politieke activiteit zou de voorstelling een concreet doel moeten hebben, en dat is er niet. Aan de andere kant, is er wel een beweging die oproept om alle soldaten in de straat te vervangen door dansers. Daar sluit ik mij bij aan.’
Re-investing
Heb je het gevoel dat Musée de la Danse in Rennes invloed heeft uitgeoefend op het publieke domein, op hoe mensen zich daar voelen, hoe ze het appreciëren?
Charmatz: ‘Dat kun je beter aan anderen vragen. Ik moet daar bescheiden over zijn. Met danse de nuit hebben we heel veel openbare repetities gedaan in Rennes, maar hoeveel mensen zijn dat uiteindelijk, en verandert dat dan echt wat? Maar Fous de danse, daar kwamen uiteindelijk tienduizenden mensen op af. Het was o.a. op een plein, dat lelijk werd gevonden, onvriendelijk, het grootste in Rennes, niemand wist wat ‘ie met dat plein moest. Na afloop hebben we veel reacties gehad, dat het plein een andere betekenis had gekregen voor mensen. Ik ben niet naïef, maar het is duidelijk dat we in Frankrijk opnieuw moeten investeren in het publieke domein, “we need to re-enchant a bit”.’
Te zien tijdens Holland Festival op het Anton de Komplein 8, 9 en 10 juni om 22:30. Toegang is gratis, maar aanmelding wordt gewaardeerd, via de website van het Holland Festival, alwaar ook alle overige informatie.