Mag je grapjes maken over Godard? Jean-Luc Godard, de befaamde cineast die in de jaren zestig een van de aanstichters van de Franse nouvelle vague was. Michel Hazanavicius (The Artist) laat hem spelen door Louis Garrel in zijn Godard-biopic Le Redoutable. Een ode, jawel, maar gemaakt met lef en tot mijn grote opluchting ook ruimschoots doorsneden met bevrijdende ironie en schitterende tragikomedie. Er is zelfs een slapstick-achtige running gag die te leuk is om te verklappen. Maar het schijnt dat sommige hardliners er anders over denken. Voor hen is het maken van een film over Godard op zichzelf al een vorm van heiligschennis.
Le Redoutable – vanaf deze week in de bioscoop – zou in cinefiele kringen best eens een van de meest besproken films van 2018 kunnen zijn. Of moeten zijn. Wat een mooie manier om de herdenking van het roemruchte revolutiejaar 1968 in te luiden. Hazanavicius situeert zijn verhaal ook rond die tijd. Godards eerste films, waaronder À bout de souffle and Vivre sa vie hebben hem veel bewonderaars opgeleverd. Nu zien we hem worstelen met zijn ommezwaai van gevierd filmmaker tot activistische maoïst. En met de relatie die hij inmiddels heeft met zijn nieuwe muze Anne Wiazemsky (Stacy Martin), de actrice uit het pas voltooide La Chinoise. Deze ode aan de revolutie werd destijds slecht opgepakt. Nu onderdeel van het kleine, maar zeer aan te bevelen programma van gerestaureerde Godard-titels in EYE. Hoe kijken we er nu naar?
Verliefde blik
Ja, in sommige opzichten neemt Le Redoutable de vrijheid om Godard een beetje van zijn voetstuk te laten vallen. Maar is dat niet de beste manier om eer te bewijzen aan iemand die altijd alles in twijfel wilde trekken. Overigens wil Hazanavicius zijn film geen biografie noemen. Volgens hem is het een mengsel van één deel bewondering (de griezelig goede rol van Garrel), één deel gebaseerd op het boek van Anne Wiazemsky, en één deel fantasie van Hazanavicius zelf. Een liefdesgeschiedenis noemt hij het. De relatie met Wiazemsky is de drijvende kracht. Ontroerend en tragisch om te zien hoe dat wederzijdse vuur onvermijdelijk uitdooft.
Bij de voorvertoning van Vivre sa vie zag ik met hoeveel liefdevolle bewondering Godard daarin de actrice Anna Karina in beeld brengt. Hij was van 1959 tot 1965 met haar getrouwd. Ze speelt hier een verkoopster en would-be actrice die afdaalt in de prostitutie. Maar die verliefde blik combineert hij met een licht formalistische benadering, zoals dialogen die tegelijkertijd commentaar op zichzelf lijken te leveren. Alsof hij de mogelijkheden die de camera en acteurs hem bieden ter plekke onderzoekt. Een romanticus en revolutionair.
Moeilijk genie
Hoewel Le Redoutable regelmatig dergelijke typerende Godard-trekjes inlast, zoals de hommage aan Dreyer’s Jeanne d’Arc, is het niet bedoeld als citatenbundel.
Wel zie we hoe Godard zich ontpopt als revolutionair filosoof met een bijna zelfdestructieve neiging om de cinema te bekritiseren en opnieuw uit te vinden. Het heeft ook iets tragisch, want hij blijkt vooral een talent te hebben om anderen tegen zich in het harnas te jagen. Zelfs als hij uitgenodigd wordt te spreken op een bijeenkomst van het studentenprotest. Het was niet makkelijk om van Godard te houden. Ook veel fans moesten dat in latere jaren erkennen toen zijn films behoorlijk drammerig werden.
Zelfs in zijn vroege jaren was hij in de bende van de nouvelle vague (waaronder François Truffaut) al een eenling, en dat is nooit veranderd. Wie inmiddels Agnes Varda’s prachtige documentaire Visages Villages zag herinnert zich de aangrijpende scène waarin Varda haar oude vriend Godard opzoekt. Het moeilijke genie werd een kluizenaar. Voordat Hazanavicius met de opnamen van Le Redoutable begon stuurde hij Godard een brief. Geen antwoord. Later liet Godard via iemand anders doorgeven dat hij de film niet wilde zien.
Le Redoutable draait vanaf 18 januari in de bioscoop.
Vanaf dezelfde datum zijn Vivre sa vie and Le Mépris te zien in EYE en de filmtheaters. Daarnaast alleen in EYE nog drie Godards uit de jaren zestig, de tijd waarin hij zijn meest levenslustige en speelse werk maakte: La Chinoise, Masculin féminin and Deux ou trois choses que je sais d’elle.