Vijf uren praten met meer dan dertig genodigden. Dat bood het Rondetafelgesprek over de ‘Uitgangspunten cultuurbeleid 2017-2020’. Van debat was amper sprake. Het betrof vooral het herhalen van eigen standpunten, maar dan uiterst voorzichtig om niemand voor het hoofd te stoten. De voorzitter keek vooral naar de klok. Het debat in vijf quotes.
“Hoe doen we dat? Heel simpel: over de rug van muziekdocenten.” Maria Lewanski, directeur Muziekacademie Den Haag en directeur Stichting Educatieve Orkest Projecten over hoe te overleven met minder subsidie.
“Iedereen is zo druk met overleven, dat mensen en de inhoud in gevaar komen.” Xavier Vandamme, directeur Festival Oude muziek. Of, in andere woorden: “Instellingen raken uitgehold en maken zichzelf kapot.” Arno van Roosmalen (De Zaak Nu)
“Verhoging BTW kan maar zo leiden tot 2 miljoen minder bezoekers voor de musea.” Erik Akkermans, Federatie van Werkgeversverenigingen in de Cultuur.
“Meer vrouwen, meer jongeren, meer migranten in bestuur culturele instellingen.” Stokpaardje van Ahmed Aboutaleb, burgemeester Rotterdam.
“Als het zo doorgaat, houden wij onze productiefunctie niet overeind.” Aukje Bolle, namens Korzo en de andere productiehuizen.
Vrijwel alle sprekers roemden de toon van de brief van Bussemaker. Na ruim twee uur was Mona Keijzer (CDA) het wel een beetje zat: “De toon is veranderd, maar veel instellingen dreigen om te vallen. Hoe zit dat nou?” Een duidelijk antwoord kreeg ze niet, en haar vraag over het ontbreken van scherpe keuzes werd door Akkermans afgeserveerd: na de grote wijzigingen van Rutte I is de sector gebaat bij rust en ruimte.
Enter Jan Raes, directeur Koninklijk Concertgebouworkest, drie kwartier te laat omdat de commissie hem de verkeerde tijd had doorgegeven. Juist hij gooide het ene bommetje na het andere. Uit het ‘blok’ ‘cultuureducatie’ was al naar voren gekomen dat de doorstroom van talenten groot gevaar loopt door het omvallen van de ene muziekschool na de andere. Raes stelde onomwonden dat de instroom van Nederlandse muzikanten opgedroogd is. En dat dit dus gevolgen heeft voor de Nederlandse conservatoria: “Minder conservatoria, liever betere.”
Daar liet Raes het niet bij: “Nederland, ontwikkel een lange termijnvisie tot 2032. Neem nu moedige politieke beslissingen. De desintegratie van de orkesten gaat sneller dan het publiek beseft.” Toen was de tijd op. Voor een debat was geen ruimte meer.
Zo symboliseerde het optreden van Raes het hele debat. Inhoud sneeuwde onder in goede bedoelingen en procedures. Het stemt treurig dat deze hoorzitting mede de input is voor het Kamerdebat komende week, want hier leerde eigenlijk niemand wat van.