Het eerste waar ik aan denk bij Sovjetdesign zijn de schitterende posters waarop gespierde mannen met ontbloot bovenlijf en stevige vrouwen in wijde rokken immense graanvelden oogsten, of met groot enthousiasme zware machines in enorme fabriekshallen bedienen. Dus de eerste vraag die het Design Museum Moskou in zijn persbericht stelt is meteen raak: waarom weten wij zo weinig over design uit de Sovjet-Unie? Van zaterdag 26 september tot en met zondag 14 februari hopen de organisatoren onze falende kennis in de Rotterdamse Kunsthal bij te spijkeren.
Dit gebeurt onder de zelfverzekerde titel Red Wealth, Soviet Design 1950-1980 – waarom de tentoonstelling stopt in 1980 is mij niet duidelijk, de Sovjet-Unie viel tenslotte pas in 1991 uit elkaar. Het persbericht stelt en beantwoordt zelf een heleboel vragen. Dat de meesten van ons geen eurekabeelden op ons netvlies krijgen bij design uit de SSSR, komt enerzijds doordat deze term pas na de jaren tachtig in zwang kwam, anderzijds doordat ontwerpers geen eigen studio mochten voeren en dus anoniem bleven.
Goed, volgende vraag: wat zijn de kenmerken van Sovjetdesign? Tja, precisie en een lelijk uiterlijk, kunnen we opmaken uit hun eigen antwoord. Omdat de Sovjets in een felle wedloop met het Westen verwikkeld waren op het gebied van technologie en wapens, lag de nadruk bij het ontwerpen vooral op degelijkheid en functionaliteit. Zie bijvoorbeeld de foeilelijke, maar ongetwijfeld onverwoestbare naaimachine.
Wat gaan wij in de Kunsthal zien? Welnu ronkt het persbericht, het betreft ‘iconische stukken van de Sovjet lifestyle’, niet alleen afkomstig van het Design Museum, maar ook uit particuliere collecties. Alle aspecten van het leven in de voormalige heilstaat zullen aan bod komen, van dagelijks leven tot cultuur, van sport tot publieksevenementen, van verpakkingsmateriaal tot meubels en van huishoudelijke voorwerpen tot unieke VNIITE projecten. VNIITTE wat? Ah, het blijkt een afkorting te zijn voor een in 1962 opgericht staatsorgaan dat zich bezighield met onderzoek naar ‘technische esthetiek’.
Volgt een opsomming van typische Sovjetproducten. Neem de Zenit camera, inderdaad, die is hier te lande wel enigszins bekend. En de Lada, tja, de Lada. Mijn vroegere Amsterdamse buurman ‘Ome Joop’ reed inderdaad in zo’n typisch vierkant karretje – waarvan ik overigens altijd heb gedacht dat die in Polen gemaakt werden. Maar ik kan mij niet herinneren ooit een trotse bezitter van een horloge van het merk Slava, Polyot of Raketa ontmoet te hebben. Ook de Zil koelkast is geheel aan mijn aandacht ontsnapt. En zo gaat het nog zes ontmoedigende pagina’s door.
Maar goed dat de tentoonstelling een half jaar duurt, want het is mij zonneklaar: met één armetierig bezoekje aan de Kunsthal kan ik mijn onwetendheid never nooit ongedaan maken. Dat wordt dit weekend verplicht afreizen naar Rotjeknor…