Het vele naakt en de seks in Angelica Liddels bewerking van Hawthornes beroemde roman zijn een beetje ouderwets. De Spaanse taal is de echte attractie.
In zijn bespreking van Angélica Liddells voorstelling ‘The Scarlet Letter’ op deze website noemt Wijbrand Schaap de scène met een naakte zwarte man ‘een pijnlijk dieptepunt’. Volgens Schaap wordt de man door Lidell bejegend als ‘bronstig oerbeest’ en ‘gezichtsloos object voor de onbegrensde lustfantasie van een blanke vrouw’.
Dat doet me denken aan de controverse rond de roman The Mandibles van Lionel Shriver, die hier ook kort maar hevig heeft gewoed. In de roman wordt een zwarte, demente vrouw meegevoerd aan een hondenriem. Veel mensen vinden dat een witte schrijver zoiets nooit met een zwart personage mag doen. De woede rond Robert Vuijsjes ‘Alleen Maar Nette Mensen’ is na tien jaar nog steeds niet bekoeld. Antiracisten nemen het Vuijsje kwalijk dat hij personages opvoert die vooroordelen koesteren jegens zwarte mensen en die zwarte vrouwen zien als lustobject.
Het is precies dit neo-puritanisme waartegen Liddell tekeer gaat. “Wanneer komen jullie onze bibliotheken leeghalen?!”, schreeuwt ze tijdens één van haar lange monologen in de voorstelling. Liddell verwijst overduidelijk naar de #Metoo-beweging, die ze – ik parafraseer uit mijn hoofd want aantekeningen maken kon ik niet in het donker – een rechtszaak zonder rechters noemt, waarin het vonnis geveld wordt in de roddelbladen bij de kapper, tussen de recepten den modetips door.
Crimes sans victimes
Het seksuele geweld dat door #Metoo aan de kaak wordt gesteld, noemt Liddell misdaden zonder misdadigers en slachtoffers (of iets van die strekking). Volgens haar gaat liefde niet zonder geweld en laat hartstocht zich niet breidelen. Schoonheid kan überhaupt niet bestaan zonder lelijkheid, liefde niet zonder haat, tederheid niet zonder geweld. “Mijn vrijheid is onbeperkt, juist daarom heb ik regels nodig”, schreeuwt ze ook ergens.
Ik moet zeggen dat ik me dat van kinds af aan ook vaak heb afgevraagd, of wereldvrede echt zo begerenswaardig is. Is het leven niet juist interessant door het gevaar om te mislukken en ongelukkg te zijn, scheppen we geen kunst om de dood te bezweren, genieten we niet van schoonheid omdat die tijdelijk is? Koesteren we de vrede niet juist omdat er altijd oorlog dreigt?
Kunst zegt iets over ons bestaan op aarde. Dat is niet altijd rozegeur en maneschijn. Neopuriteinen vinden dat kunst moet gaan over hoe het zou moeten zijn. Die willen alleen rozegeur en maneschijn zien, maar dat is kitsch. Er wordt gediscrimineerd in onze werkelijkheid, dus wordt er in de kunst ook gediscrimineerd. Mensen zijn een lustobject in onze werkelijkheid, dus zijn ze het ook op schilderijen, in romans en op het toneel.
Symbole du mal
De zwarte man in Liddells bewerking van The Scarlet Letter is gebaseerd op het zwarte personage in de roman. Hawthorne voert hem op als symbool van het Kwaad, altijd aanwezig om pure zielen te verleiden. Liddell heeft een soort Rousseause Caliban van hem gemaakt. Het is haar personage Hester die hem verleid en betovert, hem toeschreeuwend dat ze niet is geïnteresseerd in zijn zwarte lichaam, maar in zijn zwarte ziel. Ze bespeelt hem als een heks, terwijl hij danst alsof hij in trance is en het kwijl uit zijn mond stroomt.
Na alles wat ik over Liddell had gelezen, over seks op het podium, automutilatie en heel veel teksten over ‘politieke corectheid’, was ik eerlijk gezegd een klein beetje teleurgesteld door de voorstelling. Ja, er lopen naakte mannen op het toneel en Liddell neemt de piemel van één van hen in haar mond, en één van de mannen stopt zijn vinger in haar kut, maar het is niet zo dat dit voor het eerst is, dat iemand zoiets doet.
Ik heb een vrouw zien schijten op het toneel, op de VPRO-televisie, in 1983. Ik ben bij een voorstelling geweest van De Bloeiende Maagden, die zowat de hele tijd naakt waren. Nooit meer wat van gehoord trouwens, De Bloeiende Maagden.
Het naakt en de seks in The Scarlet Letter zijn niet prikkelend, het is allemaal nogal terloops, zoals in de jaren zeventig, het decennium waarin ik kind was en je overal terloops naakt zag en niemand er moeilijk over deed. Wat me wel stoorde waren de vele teksten die over het publiek worden uitgestort, in het Spaans, Italiaans en Portugees, waarvan de Nederlandse en Engelse vertaling boven de spelers werden geprojecteerd, en op schermen aan de zijkant van het podium. Een overdaad aan teksten, de meeste begreep ik niet of maar half, en ik miste er nogal wat actie op het podium door.
Vieilles femmes
Op zeker moment besloot ik me te concentreren op het Spaans van Liddell, prachtig, genadeloos Spaans waarmee ze het publiek harde vuistslagen toedient. Er is een lange, Celinesque monoloog over oude vrouwen die volgens Liddell, zelf 53, na hun veertigste ophouden begeerlijk te zijn en alleen nog maar kunnen haten en veroordelen. Die zichzelf op een voetstuk plaatsen en verheerlijken zonder reden. Vooral de vrouwen in het publiek, en veel onder de veertig zaten er niet bij, moesten er hard om lachen.
Vooral ook vanwege de klanken is het heerlijk om naar Liddells geschreeuw te luisteren. Ook haar gehijg en gekreun en gekerm zijn een genot. Ze laat zich echt helemaal gaan.
Maar het gedoe met die tafels, die door de naakte mannen over dat podium gesjouwd worden, die eindeloze opstellingen in rijen en menselijke piramides met bloemen in hun kont en alles, het duurt allemaal te lang en wordt op gegeven moment steevast saai.
Des gens sympas
En er zit iets paradoxaals aan de provocaties van Liddell. Je zit daar tussen de grijze mensen die keurig een kaartje hebben gekocht in de keurige Stadsschouwburg en daar dan beleefd een uur en drie kwartier naar die uitspattingen zitten te kijken, keurig applaudisseren en daarna witte wijn gaan drinken in de lounge.
Uiteindelijk blijft iedereen toch keurig binnen de lijntjes, ook Liddell en haar naakte mannen. Ik betwijfel dat ze iets gaat veranderen aan de het neopuritanisme dat nu overal heerst. In fact: ze wordt opgemerkt dankzij die neopuriteinen.
Maar die ironie zal ook door haar ongetwijfeld zijn opgemerkt.
Peter Breedveld est journaliste dans toutes sortes de domaines, mais c'est surtout sur son site Internet www.FrontaalNaakt.nl que les gens ont un coup de roulette.