‘Een nieuw stuk wordt meestal maar één keer gehoord, daarna verdwijnt het voorgoed in een la.’ Een dergelijke verzuchting hoor ik vaak, in alle toonaarden. Niet alleen van componisten, maar ook van ensembles, concertorganisatoren, musici en zelfs subsidieverstrekkers.
Goed nieuws dus dat de opera Madame Koo van Meriç Artaç deze maand 2 x herhaald wordt, woensdag 11 december in CC Amstel in Amsterdam, zaterdag 14 in nieuwemuziekfestival Journée de l'image de marque. De Turks-Nederlandse componist (Istanbul 1990) heeft het geluk hier twee seizoenen lang artist-in-residence te zijn. – En zo zelf mede de programmering te kunnen bepalen. Ik sprak haar eerder over haar plannen voor Cultuurpers.
Madam Koo, een productie van Diamantfabriek, ging in 2018 in première in CC Amstel Amsterdam en wordt met dezelfde bezetting herhaald in het Korzo Theater in Den Haag. De thematiek van deze opera is gezien de gepolariseerde maatschappelijke verhoudingen actueler dan ooit.
In 2016 creëerde je samen met Ingrid Askvik Zonderland over asielzoekers die verpletterd worden in de bureaucratie. Madam Koo gaat over achterdocht en angst, wat is de link?
‘Die zit hem vooral in bepaalde woorden die Ingrid en mij prikkelen en nieuwsgierig maken. In onze producties gaan we deze nader onderzoeken. In Zonderland was het begrip ‘wachten’ een uitgangspunt, met name het idee dat mensen niet weten hoe lang ze zich in hun wachtpositie zullen bevinden. In Madame Koo staat ‘verdenking’ centraal. Gevoelens van verdenking en angst hangen nauw samen.’
‘In 2016 heb ik het personage van Madam Koo gecreëerd en toen ik Ingrid hierover vertelde was ze meteen geïnteresseerd. We zijn begonnen met het onderzoeken van de betekenis en implicaties van het woord “verdenking” in onze huidige wereld. We vonden het interessant dat als je eenmaal achterdochtig wordt je dit moeilijk onder controle kunt krijgen. Het brengt je gemakkelijk uit balans, waardoor je steeds meer angstgevoelens ontwikkelt.’
‘We tonen dit in de manier waarop Koo haar evenwicht probeert te bewaren in haar huis, waartoe ze verschillende rituelen heeft ontwikkeld. Vanuit een diepe behoefte om controle op haar leven te houden telt ze haar parels en haar huisraad. Ze geeft alles meticuleus een eigen plek, opdat ze zich veilig kan voelen en zo haar innerlijke balans kan bewaren.’
Huis als wip
‘Madam Koo en haar buurman Mr. Oak wonen in hetzelfde gebouw, maar zijn elkaars tegenpolen. Het is alsof ze op een wip zitten, daarom noemen we het een “balanshuis”. Mr. Oak woont onder Madam Koo, in de kelder. Hij is een uitvinder en heeft grote dromen. Hij bouwt “een trap die naar een plek gaat, een plek waar nog niemand is, voor een heldere horizon”.’
‘We weten niet veel over zijn achtergrond. Hij zegt dat hij alles gezien heeft, “alle benen tijdens de oorlog, ze werden één voor één weggevoerd”. Misschien was hij een vervolgde Jood, misschien voelt hij zich gewoon schuldig omdat hij niets heeft gedaan. Het belangrijkste is echter dat hij gemotiveerd is om een betere wereld te creëren.’
‘Beide personages hebben hun eigen motivaties en zijn totaal verschillend. Mr. Oak is luidruchtig bezig met zijn uitvindingen en zijn appartement is een puinhoop, Madam Koo is zeer georganiseerd. Ze zitten gevangen in hun eigen wereld, hun eigen gedachten, hun appartement dat ze nooit verlaten. Het is hun veilige zone. Mr. Oak heeft jarenlang zijn angst opgebouwd: vrees voor de straat, voor het onbekende. De laatste keer dat hij uitging was zo lang geleden dat hij enkel nog herinneringen aan de oorlog heeft.’
‘Er is ook nog een derde personage, het kind Miku. Ze is een vriendin van Mr. Oak en wil ook vrienden worden met Madam Koo. Ik noem haar ‘Groot Vraagteken’ omdat ze alleen maar vragen stelt, zoals kinderen doen. De manier waarop de volwassenen haar bekijken verandert voortdurend door het stuk heen; Miku is hun referentiepunt.’
Wie heeft het libretto geschreven?
‘Dat heb ik zelf gedaan, ik schrijf graag teksten voor mijn muziektheater/operaproducties. In die zin is het stuk echt anders dan Zonderland, want deze keer was er geen inbreng van de uitvoerders. Ingrid en ik ontwikkelden het concept samen en vervolgens begon ik het libretto te schrijven en de andere personages te ontwikkelen. Ingrid hielp mij om vlotte scèneverbindingen en een goede doorstroming te creëren. Flow is erg belangrijk voor het stuk. Daarom stuurde ik haar van meet af aan mijn ontwerpen, zodat zij er commentaar op kon leveren.’
Wie is Madam Koo en wat is haar verhaal?
‘Madam Koo is een personage dat ik enkele jaren geleden ontworpen heb. Ik maak altijd eerst een schets van mijn hoofdrolspelers en geef ze dan een stem met mijn compositie. Toen ik me Madam Koo voor het eerst voorstelde koesterde ze grote verdenkingen jegens haar haar man. Ze vreesde dat hij haar bedroog; het was het enige waar ze aan kon denken.’
‘Toen verdiepte ik me verder in haar karakter en probeerde te achterhalen waar die gevoelens vandaan kwamen. Geleidelijk verlegde ons uitgangspunt zich naar een meer algemeen concept van verdenking, en hoe dit Madam Koo beïnvloedt. Haar intense relatie met haar kat Pitsi zou je bijvoorbeeld kunnen opvatten als onderhuidse jaloezie op haar man.’
De perstekst rept van ‘absurdisme en humor’ – wat kunnen we verwachten?
‘In zekere zin is dit niet echt een dramatische opera. We benaderen het thema in de stijl van opera buffa: met humor en lichtheid spreken over serieuze zaken. Het onderwerp is vrij geladen, dus we drukken de terreur en angst op symbolische wijze uit. Absurdistische elementen zijn bijvoorbeeld de overdrijvingen en misverstanden van Madam Koo. We plaatsen het brede onderwerp in een kleine omgeving, want dergelijke gevoelens beginnen bij onszelf en verspreiden zich over de wereld.’
‘In principe is het personage van Miku het absurde element in de opera. Haar enige wens is om vrienden te worden met Madam Koo, die haar echter ziet als een potentiële terrorist. Zij beschouwt Miku als iemand die haar huis kan vernietigen. Zo komt het woord “perspectief” in het spel: wat we als goed of slecht interpreteren varieert al naar gelang onze invalshoek.’
Hoe heb je de instrumenten gekozen en waarom?
‘Ik kies veelal kleuren voor elk personage en voor de algemene klank. Ook creëer ik graag contrast binnen de compositie en de relatie tot het podium. De fluit en basklarinet vertegenwoordigen het contrast tussen Madam Koo en Mr. Oak. Miku is licht en speels, daarom wordt haar rol gedubbeld door piccolo en vibrafoon. Snaarinstrumenten vertegenwoordigen het “balanshuis”. Telkens als er iets gebeurt, creëren ze een glissando of een ander effect, om weer te geven wat er op het podium gebeurt.’
‘Gongs staan voor de tijd en de seizoenen. Elke keer als een seizoen verandert, wordt dit gekenmerkt door drie slagen op de gongs. Zo zijn ze intrinsiek verbonden met het verhaal en gaan ze ermee in dialoog. De musici zijn onderdeel van de handeling, daarom hebben we ze midden op het podium geplaatst, net als de zangers. Mr. Oak gebruikt gestemde hamers om zijn uitvindingen te bouwen, Miku speelt met die hamers en allerlei speelgoedinstrumenten. Het ensemble zingt ook, al reagerend op het toneel.’
‘Soms worden ze zelfs gedirigeerd door Madam Koo. – In wezen zijn de muzikanten haar bezittingen waar ze zo veel om geeft!’