Tien procent minder voorstellingen en tien procent minder bezoekers in Overijssel kopt RTV Oost. Bam! Dat hakt erin. In de prullenbak, dat juichende persbericht van Jet Bussemaker. En als er één provincie is die geen excuses aan Halbe Zijlstra hoeft te maken, dan is het Overijssel wel.
Nou hoeven die excuses sowieso niet, berichtten we al eerder, maar als provincie steek je toch maar bleekjes af bij de rest van het land, ondanks gezelschappen in basisinfrastructuur (Nederlandse Reisopera, Jeugdtheater Sonnevanck) en een symfonieorkest met ambities tot ver over de landsgrenzen. Terecht dat Dennis Melenhorst, Directeur Sociaal Economische Raad Overijssel, tweette: “Sector in Ov[erijssel] mag kritisch op zichzelf zijn. In rest Ned[erland] daalde [het aantal] voorstellingen ook, maar nam [het aantal] bezoekers toe.”
Dat lazen wij ook in Cultuur in beeld 2014 van de Raad voor Cultuur. Zitten ze dus allemaal te suffen bij die theaters in het Oosten? Doen ze daar niet aan marketing? Of mijden uitgerekend de inwoners van Overijssel de theaters? Het bericht van RTV Oost geeft geen uitsluitsel. Juist waar je van de provinciale omroep enige duiding verwacht. Niet een bericht dat meer vragen oproept dan beantwoordt.
Waar komen die cijfers eigenlijk vandaan?
RTV Oost baseert zich op het Centraal Bureau voor de Statistiek. Duidelijk dus. En ja, dan is een kop met tien procent daling snel gemaakt. Maar hoe komt het CBS aan de cijfers? Van de Vereniging voor Schouwburg- en Concertgebouwdirecties (VSCD) zo blijkt, de belangrijkste belangenbehartiger van theaters, concertzalen en festivals. En dan wordt het gelijk al ingewikkelder. Want hoewel ook de Raad voor Cultuur zich op VSCD-cijfers baseert, is in beide gevallen niet helder wat wel en niet wordt meegenomen. Het is een cijferbrij waar wij nog weken mee zoet kunnen zijn.
Maar hoe dan ook: cijfers uit de sector zelf. Die zullen toch wel kloppen?
We vroegen het aan meerdere schouwburgdirecteuren in Overijssel en (we hebben nog niet alle reacties binnen) steevast luidt het antwoord: nee, ons theater herkent zich niet in het bericht en deze cijfers.
Directeur Judith Hartman van het grootste theater van de Overijssel ziet juist het tegenovergestelde: “Wat je duidelijk kunt zien is dat er bij Wilminktheater en Muziekcentrum Enschede al in eerdere jaren een teruggang in aantallen voorstellingen heeft plaatsgevonden. Echter, juist in 2013 én dus ook in 2014 zien we dat eerst het aantal voorstellingen weer iets gestegen is, maar ook het aantal bezoekers. En in dit jaar zien we zelfs bij nagenoeg gelijkblijvend aantal voorstellingen dat de bezoekersaantallen nog verder toenemen.”
Komt de teruggang door de middelgrote theaters?
Ook onwaarschijnlijk. Directeur Raoul Boer van het Rabotheater in Hengelo meldt: “In seizoen 2013-2014 zijn 558 voorstellingen, concerten en andere activiteiten gerealiseerd met een totaal bezoekersaantal van 100.693. Ten opzichte van het seizoen 2012-2013 is dit een positieve ontwikkeling: ruim 7,5% meer activiteiten en ruim 9% meer bezoekers. Voor de professionele voorstellingen afzonderlijk bekeken, betekent dit t.o.v. 2012-2013 een toename in aantallen voorstellingen van 8%, wat heeft geresulteerd in een stijging van 16,5% in de bezoekersaantallen.”
Zijn alle kleine theaters in Overijssel weggevaagd?
Een andere conclusie lijkt niet mogelijk, daar Enschede en Hengelo samen al voor een dermate groot deel van de door het CBS gepubliceerde cijfers zorgen dat daar dan de echte klappen gevallen moeten zijn. Maar als kleine theaters verantwoordelijk zijn voor zo’n duidelijke teruggang, dan moet dat opvallen.
Maar niet bij de kleinere theaters zelf. Want:
“We hebben helaas geen harde cijfers paraat,” zegt Joris Kemps van de vereniging van Kleine Theaters in Overijssel (OKTO), “maar het komt niet overeen met wat wij zien.”
Wat is er dan wel aan de hand?
We zoeken het uit. Uit de zeer gedetailleerde gegevens van het Rabotheater blijkt dat het aantal amateurvoorstellingen gedaald is, maar dat naar verhouding ook daar het aantal bezoekers gestegen is, dus zelfs ondanks de totale kaalslag in de amateurkunst geeft dat geen sluitende verklaring voor de CBS-cijfers.
Kortom, we weten het nog niet.
Wat we wel weten, is dat het blindelings conclusies verbinden aan cijfers, zelfs al komen die van het CBS, nooit verstandig is. Of dat nu gebeurt door een politicus die meteen excuses van een hele sector verlangt, of door een regionale omroep die het provinciale nieuws slechts bijeenharkt.
Want hoe is het mogelijk dat diezelfde regionale omroep twee dagen eerder juist een juichend verhaal plaatste over hoe goed gaat het gaat met het Enschedese theater zonder achtenveertig uur later te denken: “eh… wacht eens, wat klopt hier niet?”
Begaat RTV Oost een blunder?
Nee. Voor beide berichten is echter geen contact gezocht met betrokken theaters, louter afgegaan op gevonden cijfertjes. Het is het logische gevolg van bezuinigingen en het zowel landelijk als regionaal wegvallen van een oplettende cultuurredactie. Dat resulteert maar al te snel in berichtgeving die feitelijk misschien juist is, maar de feiten achter de cijfers niet onderzoekt.
En juist dat maakt beide sectoren kwetsbaar en een speelbal van bestuurders met een geheel andere agenda.