Drie ton per jaar erbij is reden voor een feestje. Maar Viktorien van Hulst, voor het tweede jaar aan het roer van het Bossche Theaterfestival Boulevard, moest zich in haar openingswoordje inhouden. Omdat het subsidiërende Fonds Podiumkunsten een groot aantal goed presterende collega-instellingen ondanks een positieve beoordeling geen geld geeft, overstijgt het leed in de podiumkunsten de vreugde. Verscheurdheid heet dat. Daarom ook was ‘The Garden Of Earthly Delight’, een dansvoorstelling geïnspireerd op Jeroen Bosch’ meesterwerk Tuin der Lusten, een geschikte opening. In dat werk staan paradijs en hel naast elkaar, als waakhonden rondom de aardse zedeloosheid.
De voorstelling speelde in de Brabant Hallen, een alternatief voor het Theater aan de Parade, dat dicht is wegens de vondst van asbest. Iets waar Theaterfestival Boulevard vorig jaar ook zwaar door werd getroffen, omdat er toen een pluis van het grijze goedje werd aangetroffen bij het Tramkade-terrein, de Berlineske rafelrand waar het jonge en alternatieve deel van het programma zich moest afspelen. Ook toen is met inzet van een groot aantal lokale bedrijven, vrijwilligers en overheden een oplossing gevonden. Net als nu. Boulevard is een festival dat op brede steun van de lokale samenleving kan rekenen.
Toegankelijk
Die steun komt ook voort uit de lange traditie van het festival, dat ooit voortgekomen is uit de Boulevard of Broken Dreams. Die traditie, hier versterkt door het zuidelijke temperament van Den Bosch, is er een van toegankelijkheid en laagdrempeligheid, zonder aan kwaliteit in te boeten.
Viktorien van Hulst staat in die traditie met nieuwe schoenen. Dit jaar staat laagdrempeligheid en toegankelijkheid op veel meer manieren centraal dan vroeger. De voorstellingen en ‘events’ dienen niet alleen inhoudelijk laagdrempelig en toegankelijk te zijn, ook technisch moet iedereen overal bij kunnen. Dat is best lastig voor een festival dat zich voor negentig procent afspeelt op niet voor dat doel bestaande buiten- en binnenlocaties. En het gaat ook niet alleen om rolstoelhellingen en ringleidingen. Voor doven zijn er tolken, voor ME-patiënten wakkerhouders, voor blinden audiobeschrijvingen, en ga zo maar door. Een mooi streven. We gaan dit festival zien hoe zich dat handhaaft in de glibberige en modderige omgevingen van het locatietheater.
Magnifiek
De voorstelling Garden of Earthly Delights waarmee het festival opende, was op alle denkbare manieren toegankelijk en laagdrempelig. Marie Chouinard, een gerenommeerd avant-garde choreografe uit Canada, brengt het schilderij Tuin der Lusten van Jeroen Bosch letterlijk tot leven. Aan het begin zien we het drieluik in volle glorie openen, en wat een magnifiek beeld is dat. Voor die mensen die het schilderij niet ‘live’ hebben kunnen zien is dit al een buitenkans: zo groot en dichtbij zie je het nooit.
Dan zoomt het beeld in, en verschijnen wit geschminkte, op een witte slip na volledig naakte dansers op het toneel, die poses aannemen uit het schilderij. Om het zoeken op het ingezoomde zoekplaatje te vergemakkelijken, zijn naast het toneel twee ronde schermen aangebracht, die het detail laten zien dat de dansers uitbeelden. Vanuit die pose nemen de dansers weer andere poses aan, en steeds zijn het uit het schilderij herkenbare beelden waarop ze variëren, waaraan ze thema’s ontlenen en die ze vermenigvuldigen of uitvergroten.
Uitleggerig
Op mij maakte het allemaal een wat té uitleggerige indruk. Zonder dat dominerende schilderij was de dans indrukwekkender geweest. De aandacht ging steeds naar die prachtige kleuren en wilde beelden van Jeroen Bosch zelf, die van zichzelf al dansen en springen en van het (geprojecteerde) doek spatten. De dansers voegden daar weinig aan toe, zeker in het begin. In het tweede deel van de voorstelling, toen de hel aan de beurt kwam, werd het allemaal wel dynamischer en enger. Alleen, steeds bleef Jeroen Bosch zelf prominent aanwezig.
Aan het einde, in paradisum, vermenigvuldigden de dansers het beeld van God die Adam en Eva bij elkaar brengt. Zo is de boodschap ook glashelder: we zijn allemaal god en mens. Je suis Dieu, je suis Adam, je suis Eve.
Het ‘verhaal’ moet voor iedereen te snappen zijn geweest. Het is dus prachtig dat deze avant-garde dans geen drempels opwerpt en alle deuren open zet. Dat is alleen net wat minder prachtig dan dat fenomenale, meer dan 500 jaar oude schilderij van die schilder uit Den Bosch. Daar valt met geen mogelijkheid tegenop te dansen.