Ruim vier uur duurt Ça ira (1) Fin de Louis, een voorstelling van de Franse regisseur Joël Pommerat, te zien dit weekend tijdens het Holland Festival. Hij reconstrueerde de gebeurtenissen in Frankijk tussen 1789 en 1794, beter bekend als De Franse Revolutie. Wat begint als een soms moeilijk navolgbare, geanimeerde geschiedenisles loopt uit op een indrukwekkende ‘whodunnit‘, balancerend tussen re-enactment en live-televisie.
Fransen praten veel en hartstochtelijk en aanvankelijk levert het debat over de mogelijkheid om een Assemblée Nationale op te richten, een parlement waar alle standen in één kamer vertegenwoordigd zijn, behoorlijk droge kost op. Interessant voor wie van politieke geschiedenis houdt, maar niet perse opwindend om in het theater op te voeren. Maar gaandeweg raakt ook het publiek in de ban van het ritme en de precisie waarmee Pommerat de verschillende posities en stappen vormgeeft in wat achteraf een historisch gebleken debat is gebleken over burgerschap, medezeggenschap en landsbestuur.
De vele acteurs, geholpen door een lokale claque, wekken samen klappend, joelend en schreeuwend vanuit de zaal een gevoel van politieke urgentie op, dat nu eens niet door sensationele beelden en korte quotes voor de camera wordt bepaald, maar door uitgebreid debat. Een debat dat op uitgebreid archief-onderzoek is gebaseerd, maar dat op een hedendaagse manier is ingekleed: met microfoons, persconferenties en maatpakken. De leden van de Assemblée vechten over procedures en de vraag of de Assemblée zich wel met het opstellen van bijvoorbeeld rechten voor alle burgers moet bezighouden (later werden dit De Rechten van de Mens), terwijl vanuit Parijs de chaos toeneemt. Als de eerste lynchpartijen en onthoofdingen worden gemeld, rollen de verschillende hoofdrolspelers vechtend met elkaar over het toneel.
Een bizarre ironie ontstaat doordat aan de ene kant het publiek weet hoe de situatie is verlopen – de adelstand en de clerus zal verliezen, al weten de zegslieden van deze klieken dat op dat moment nog niet; aan de andere kant is de taal van het debat zo vormgegeven dat vanaf het eerste moment een parallel met het huidige Frankrijk, of de huidige internationale politiek, onvermijdelijk is. Ook toen was er een schuldencrisis en ook toen speelde de minister van financiën een doorslaggevende rol. Tegelijkertijd is de manier waarop Louis XVI uiteindelijk zijn opwachting maakt bij de Assemblée, geroutineerd handenschuddend met zenuwachtige beveiligers in zijn kielzog en triomfantelijke filmmuziek over de speakers, typerend voor de politieke spin van vandaag de dag. Het heen en weer in de tijd levert soms hilarische, soms ook pijnlijke momenten op. Zo wordt een gedeserteerde soldaat uiteindelijk door een lid van een Parijs buurtcomité vermoord.
Het decor van Ça ira (1) Fin de Louis is monumentaal en verwijst naar die typische vormgeving waarin niet alleen in Brussel en Parijs, maar over de hele wereld de macht zichzelf opvoert, of het nu een Olympische loting is of een conferentie van politieke leiders betreft. De tierelantijnen van de Stadsschouwburg, die uiteindelijk terug te voeren zijn op de theatertraditie in Versailles, sluiten daar wonderwel bij aan. Het enscèneren van de discussie wordt door het betrekken van de zaal en het gedetailleerde uitspelen van de verschillende rollen in het debat, tot aan het buurtcomité in een Parijse wijk aan toe, heel levensecht. Gisteravond zaten Herman Tjeenk Willink en Frits Bolkenstein in de zaal, vooral de eerste duidelijk geamuseerd.
Een andere slimme ingreep van Pommerat is het casten van nogal wat actrices en een zwarte acteur als hoofdrolspelers. Dat herinnert je er als toeschouwer aan dat deze geëmancipeerde en geüpdatete versie, zoiets als een Hamlet in spijkerbroek, niet alleen toen maar ook nu nog hoog gegrepen is. Terwijl Obama bij Jimmy Fallon afscheid neemt, is het de vraag of de VS een vrouwelijke president zal krijgen of met een horkige multimiljonair het politieke toneel op zal moeten gaan.
Tenslotte wordt ook prachtig de vraag naar politiek geweld uitgespeeld. Niet alleen grijpen conservatieve krachten voortdurend de chaos aan om principiële politieke kwesties vooruit te schuiven, onder het motto dat er eerst orde op zaken moet worden gesteld, ook de revolutionaire krachten krijgen het zwaar te verduren wanneer het volk, wiens soevereiniteit zij politiek gestalte willen geven, het recht in eigen hand neemt en overgaat tot plundering en moord. Al met al politiek theater van de bovenste plank, juist doordat het de complexiteit van het democratisch spel laat zien, inclusief de valkuilen, de onderbuiken en de dubbelspelen.
Aan het slot van de voorstelling mag Louis XVI een onvervalste politiek speler blijken, wat Ça ira (1) Fin de Louis de allure geeft van een Netflix-serie à la House of Cards. Het is te hopen dat ook Ça ira-de sequel in het Holland Festival te zien zal zijn.
https://vimeo.com/146754409