Ulrich Alexander Boschwitz. Onthou die naam. Een schrijver die ons maar twee boeken naliet, en wiens levensgeschiedenis als een gruwelroman van de twintigste eeuw leest. Hij schreef, in 1939, drie jaar voor zijn dood door een torpedo in de Indische Oceaan, ‘The Man Who Took Trains’, onder zijn Engelse pseudoniem John Grane. Dit boek, in 2018 in de oorspronkelijke Duitse versie voor het eerst uitgegeven als Der Reisende, beleeft nu zijn Nederlandse toneeldebuut als De Reiziger, in een kleine, maar schitterende en pijnlijk rake bewerking door Helmert Woudenberg.
René Groothof speelt de reiziger, Otto Silbermann, een joodse zakenman die na de Kristallnacht pardoes op de vlucht moet voor de knokploegen die op dat moment overal in Duitsland op jodenjacht gaan. Een beminnelijke man die er maar niet in slaagt om te begrijpen hoe de wereld zich opeens tegen hem keert, en die zich beschermd waant door zijn kapitaal en zijn fatsoen, die hij beide in steeds kleinere hoeveelheden met zich meedraagt, in steeds meer treinen naar steeds minder prettige bestemmingen.
Alle andere rollen, vele tientallen lijkt het, krijgen in handen van Leny Breederveld een koele, maar buitengewoon treffende vertolking. Breederveld, net als Groothof diep geworteld in de mime, heb ik de afgelopen decennia vooral groots en passief agressief zwijgend leren kennen. Nu spreekt ze meer dan ooit en dat gaat haar uitstekend af.
Rolwisselingen
Breederveld en Groothof zetten, in regie van Aike Dirkzwager, het stuk op in een lege, magazijnachtige ruimte als een lichte vertelvoorstelling. In het begin komen de rolwisselingen van Breederveld en de spelopvattingen van Groothof nog iets te uitleggerig over. Alras wint het verhaal en dankzij hun prachtige spel zie je hoe de jood Silbermann steeds eenzamer wordt in een wereld die door heel veel vrije Breedervelds bevolkt wordt. Mensen die met hem meeleven, of hem dood wensen, maar allemaal vrij, terwijl Silbermanns leven in een gevangenis verandert.
Auteur Boschwitz schreef dit verhaal in de tijd dat hij zelf ‘reiziger’ was: in 1935 gevlucht uit Duitsland, terwijl alle landen waar hij daarna terechtkwam zijn soort liever kwijt dan rijk waren. UIteindelijk belandde hij in Australië, en toen hij daar ook weer weg moest, werd het schip waarop hij passagierde getroffen door een torpedo.
Boschwitz kon in 1939 officieel nog niet weten van de verschrikkingen van Auschwitz, maar de wereld die hij beschrijft laat pijnlijk duidelijk zien hoe gruwelijk onze beschaafde wereld toen al met de joden omging. Ook in het zogenaamde vrije westen.
Je zou dit stuk in een double bill moeten kunnen zien met ‘Hoe ik talent voor het leven kreeg’, de voorstelling naar het boek van Rodaan Al Galidi, om de parallellen te zien met de manier waarop we nu onze wereld afgrenzen voor mensen die om hulp komen vragen.
Helaas is het stuk maar kort te zien, zoals alles wat nu, na twee jaar coronapauze, in een overvloed aan premières over ons heen komt.
Haast je dus.
Inlichtingen en reserveren: Beer Muziektheater.