Op dinsdag 2 november presenteerde Cappella Amsterdam in het Orgelpark een nieuwe cd. Hierop staat het grootschalige koorwerk Kanon Pokajanen van Arvo Pärt, dat ook live werd uitgevoerd. Na afloop van het concert werd chef-dirigent Daniel Reuss benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Deze zeer hoge koninklijke onderscheiding wordt enkel toegekend aan mensen ‘met bijzondere verdiensten van zeer exceptionele aard voor de samenleving’. Reuss kreeg het lintje opgespeld door Emre Ünver, voorzitter van het Presidium van de Amsterdamse Gemeenteraad.
Koordirigent Daniel Reuss (1961) is sinds zijn 29e artistiek leider en chef-dirigent van Cappella Amsterdam. In 1970 begonnen met gevorderde amateurs ontwikkelde het koor zich al snel tot een internationaal vermaard gezelschap. De avontuurlijke programmering, waarin zowel eigentijdse als oude muziek op het allerhoogste niveau wordt uitgevoerd, leidde tot lovende kritieken, volle zalen en prestigieuze prijzen. Zo kregen Reuss en zijn koor in 2013 de Edison Klassiek voor hun opname van de koorwerken van Leos Janácek.
‘Na recentelijk indrukwekkende cd’s met werk van o.a. Bach, Sweelinck, Martin en Ligeti is daar nu deze fantastische cd met werk van de Tsjechische componist Leos Janácek’, lezen we in het juryrapport. ‘Hier blijkt ook hoezeer de kracht van Cappella Amsterdam het puur technische (zuiverheid, eenheid, maar ook individueel talent) overschrijdt. Wat is het allemaal poëtisch, invoelend, delicaat en – in de Elegie die Janácek componeerde na de dood van zijn twintigjarige dochter – ronduit hartverscheurend.’
Nederlandse muziek en jong talent
Reuss zet zich met Cappella Amsterdam ook stevig in voor de Nederlandse muziek, met toonaangevende concerten rond zulke uiteenlopende componisten als Jan Pieterszoon Sweelinck, Ton de Leeuw en Louis Andriessen. Het koor werkt samen met Nederlandse topensembles en –orkesten en met de fine fleur van internationale (opera)gezelschappen en ensembles. Tijdens de afgelopen Cello Biënnale betoverden Reuss en zijn zangers een uitverkocht Muziekgebouw aan ’t IJ met bijzondere stukken van Galina Grigorjeva en Santa Ratniece.
Naast zijn werk als koordirigent leidt Reuss producties met vermaarde ensembles als de Akademie für Alte Musik Berlin, het Ests Philharmonisch Kamerkoor, Collegium Vocale Gent, het Orkest van de Achttiende Eeuw en het Rotterdams Philharmonisch Orkest. Hij is ook een veelgevraagd docent, die onder meer masterclasses verzorgt in het Tenso Network Europe, een verband van 18 Europese kamerkoren.
Samen met Cappella Amsterdam helpt Reuss ook jonge dirigenten op weg naar een internationale carrière. Aanstormende talenten als Maria van Nieukerken, Gijs Leenaars en Manoj Kamps kregen carte blanche om een concert naar eigen inzicht vorm te geven. Van Nieukerken werkte ook als koorrepetitor samen met Reuss: ‘Dankzij Daniel leerde ik dat je niet meteen bovenop elke fout hoeft te springen. Die neiging heb je als beginner, maar ik heb leren inschatten wat je wel, of juist niet moet doen om tot een goed resultaat te komen.’
Vechtlust
Tot ieders verbijstering werd Cappella Amsterdam afgelopen augustus door het Fonds Podiumkunsten uit de structurele subsidieregeling gestoten. Het koor wordt hierdoor ernstig bedreigd in zijn voortbestaan. Gesteund door het Nederlandse muziekleven heeft het bestuur bezwaar aangetekend tegen het slecht onderbouwde besluit.
Reuss is in de afgelopen (bijna) drie decennia vergroeid geraakt met zijn koor. Hij roemt de enorme gedrevenheid van de zangers, aan wie hij hoge eisen stelt: ‘Ik spaar de kool en de geit niet, maar daardoor beginnen ze blijmoedig aan een concert, ze weten dat ze het aan kunnen.’
Het is te hopen dat de vechtlust van de zangers en de koninklijke onderscheiding voor chef-dirigent Daniel Reuss alsnog zal leiden tot structurele ondersteuning van Cappella Amsterdam. Publiek en musici verdienen het!