De driedelige cd-box met koor- en ensemblewerken van György Kurtág is in één woord overweldigend. Diens zieldoorklievende klanken worden subliem vertolkt door Reinbert de Leeuw c.s. Ook de opname is onberispelijk. Deze box is nu al historisch, een monument voor de Hongaarse grootmeester, die afgelopen februari 91 werd.
Kurtágs existentialistische muziek werd al vanaf midden jaren ‘70 in ons land uitgevoerd, onder andere door pioniers als de pianist Geoffrey Madge en het Residentie Orkest. Toch werd zij pas echt bekend vanaf de jaren ’90, toen Reinbert de Leeuw zich opwierp als onvermoeibaar promotor. Hij wijdde veel memorabele concerten aan de grootmeester van het bondige gebaar, met wie hij een hechte band smeedde.
Taal
Op deze uitgave van het avontuurlijke Duitse label ecm heeft Reinbert zichzelf nog eens overtroffen. Met zijn niet aflatende wil om tot de kern te komen bracht hij Asko|Schönberg, Groot Omroepkoor, Cappella Amsterdam en een keur aan solisten tot intense vertolkingen.
Kurtág was te fragiel om de opnames persoonlijk bij te wonen, maar werd voor en na elke sessie uitvoerig geraadpleegd. Hij is zeer ingenomen met het resultaat: ‘Het is alsof ze de muziek in hun eigen taal hebben opgenomen.’ Deze woorden sprak hij in een ontroerende videoboodschap tijdens een portretconcert in Muziekgebouw aan het IJ.
Geen praatje voor de vaak, want taal is voor Kurtág uiterst belangrijk – in meerder betekenissen. Hij creëerde een volkomen eigen grammatica uit schrijnende, aforistische klankerupties, die opborrelen vanuit een diepe innerlijke noodzaak. Reinbert de Leeuw heeft zich deze als geen ander eigen gemaakt. Van de elf stukken op de compilatie zijn er zeven vocaal. Kurtág leerde zelfs Russisch om Dostojevski te kunnen lezen; drie cycli zijn gezet in deze taal.
Complete roman in enkele seconden
Het bekendst hiervan is Berichten van wijlen mejuffrouw R.V. Troessova, waarmee hij in de jaren tachtig in West-Europa doorbrak. In 21 miniaturen bezingt een sopraan bittere liefdeservaringen. Het langste lied duurt 3 minuten, het kortste 22 seconden. In die korte tijdspanne schetst Kurtág echter een complete roman.
De Russische sopraan Natalia Zagorinskaja weet elke inflectie te treffen, loepzuiver laverend tussen de allerlaagste en allerhoogste registers. In het al even feilloze ensemble – met sfeervolle hoorn en cimbalom – klinken referenties aan Schönbergs Pierrot lunaire. Zagorinskaja schittert daarnaast in de aan haar opgedragen Achmatova-liederen en in Vier Capriccios op teksten van István Bálint. Deze ontstonden tussen 1959 en 1973 en vormen de opening van de cd-box, die chronologisch gerangschikt is.
Onbekende parels
Een feest van herkenning is Grabstein für Stephan, met het kenmerkende motief op de open snaren van de gitaar. Ook het op Beethoven geïnspireerde …quasi una fantasia… voor piano en ensemble is een moderne klassieker. Even bekend, maar minder vaak gespeeld is het Dubbelconcert voor piano, cello en ensemble, met glansrollen voor de pianiste Tamara Stefanovich en de cellist Jean-Guihen Queyras.
Onbekendere parels zijn er ook. Zoals de Vier liederen op gedichten van János Pilinszky, met de gloedvolle bariton Harry van der Kamp. De Liederen van wanhoop en verdriet voor koor en instrumenten worden evenmin vaak uitgevoerd. In een kleine 20 minuten schakelt het Groot Omroepkoor tussen ultrazacht gefluister, oorsplijtend gekrijs, dieptriest gelamenteer en opgewonden vrolijkheid. Soms wanen we ons even op een Russisch dorpsfeest. Zelfs de bajan, een Russische accordeon, ontbreekt niet.
Hortend en stotend hoogtepunt
Het hoogtepunt is Samuel Beckett: What is the Word, in 1991 gecomponeerd voor de Hongaarse actrice en zangeres Ildikó Monyók. Zij verloor haar stem bij een verkeersongeval, maar heroverde deze met veel moeite. Met voelbare pijn, hortend en stotend, bracht zij een naar het Hongaars vertaald gedicht over afasie van Samuel Beckett ten gehore. Een verpletterende ervaring – zowel live als op cd.
Monyók overleed in 2012, maar Reinbert de Leeuw was vastberaden het stuk opnieuw op te nemen. De uiterst kritische Kurtág wees elk voorstel resoluut van de hand – tot hij een opname kreeg van de mezzosopraan Gerrie de Vries. ‘We hebben haar gevonden!’ riep hij opgetogen. En gelijk heeft hij. De Vries doet je met haar schorre, rafelige stem onwillekeurig naar je keel grijpen. – Alsof ook jou het spreken wordt belet.
Slechts één minpuntje
Een dikke tien dus voor muziek, uitvoering en opname. Enig minpuntje is de wat onhandige manier van documenteren. Zo staan de uitvoerders niet bij de stukken zelf, maar voorin het cd-boekje vermeld en ontbreekt de naam van Cappella Amsterdam. Totaaltijden moet je zelf uitrekenen; op de cd-hoesjes staan zelfs geen tracknummers.
Lastig voor radiomakers, zoals ik. Maar verder niets dan lof. Sterker nog: ik vulde twee afleveringen van Panorama the Lion met opnames uit deze cd-box. – Kurtágs muziek kan niet vaak genoeg gehoord worden.
ecm records: György Kurtág, Complete works for Ensemble and Choir 3-cd’s € 37,99
Panorama de Leeuw 5 juli 2017: Kurtág: 4 Capriccio’s; What is the Word; …quasi una fantasia… opus 27 nr. 1; Dubbelconcert opus 27 nr. 2
Panorama de Leeuw 2 augustus 2017: Kurtág: Vier liederen op gedichten van János Pilinszky; Berichten van wijlen mejuffrouw R.V. Troessova; Liederen van wanhoop en verdriet. J.S. Bach/ arr. György Kurtág: Das alte Jahr vergangen ist. Hommage à R.de Leeuw
In the biography Reinbert de Leeuw, man or melody komt de relatie tussen De Leeuw en Kurtág uitvoerig aan de orde.