Update woensdag 15-4, 16:00 uur: vanmiddag heeft de regering besloten alsnog over de brug te komen met extra regelingen voor de cultuursector, die nu niet meer uit de cultuurbegroting worden weggenomen. Kennelijk heeft de massale druk geholpen. We laten weten wanneer er meer over bekend is.
Update woensdag 15-4, 20:00 uur: Druppel op gloeiende plaat gearriveerd, waarmee onderstaand bericht alleen maar meer noodzaak krijgt.
Dit was ons eerdere bericht:
Het nieuws van deze Pasen hadden we zondag al: het ministerie gaat geen extra geld krijgen om de coronacrisis voor de kunstwereld te verlichten. Er wordt binnen de begroting naar oplossingen gezocht. Iets waar ze sinds Halbe Zijlstra heel goed in zijn geworden. De sector dient verder gewoon achteraan te sluiten in de rij, achter al die andere sectoren die hun omzet zien verdampen en de vraag zien afnemen. Hoe jammer ook, en ondanks alle lof voor de zo creatieve cultuurwereld: dinsdag 14 april stond minister Ingrid van Engelshoven met lege handen. ‘Als het aan mij ligt zal ik nooit de bestaande subsidies aanspreken om een eigen solidariteitsfonds te scheppen.’ Maar het ligt dus niet aan haar. De bal ligt bij het kabinet. Bij mensen als Eric ‘ondernemersrisico’ Wiebes. en Wopke ‘italiaanse toestanden’ Hoekstra.
Is dat erg? Ja. Heel erg, want de manier waarop deze D66-minister het nieuws bracht getuigt van precies het misverstand waardoor Nederland al 10 jaar een beleid voert dat nadelig is voor de eigen cultuur. Niet de gesubsidieerde cultuur, maar voor alles. CDA en VVD zien alleen een overheidstaak in de bescherming van – al dan niet cultureel – erfgoed. De kunst die nu gemaakt wordt, het erfgoed van de toekomst, zal zichzelf moeten bewijzen, zonder subsidie, en liefst in een markt waar vraag en aanbod de omzet bepalen.
Cultuurketen
Zo formuleerde de minister het: ‘De omzetderving is vele malen groter dan we ooit kunnen oplossen. Daar moeten we ook reëel in zijn. Waar ik op mik, is de sector zo te ondersteunen dat als we weer naar het nieuwe normaal gaan, er zo snel mogelijk weer vraag ontstaat en de cultuurketen weer gaat werken.’
Voor horeca, retail, handel, kun je deze termen natuurlijk gebruiken: toiletpapier draaide even goede omzet, nu minder, maar zodra de hamsteraars door hun voorraad heen zijn komen ze vanzelf weer hun vierlaagse zijdezachte rollen halen. Café’s zullen, als ze iets met plexiglas weten te vinden, ook wel weer een groeiende vraag naar drank kunnen inlossen. Maar een museum? Een theater, een musical over Tina Turner? een Bachkoor? een balletgezelschap met internationale solisten?
Voorraad
Kunst is, anders dan erfgoed, geen kwestie van voorraadbeheer en vraaguitval. Kunst en cultuur zijn net zomin dingen die op omzet zijn af te rekenen als onderwijs of medische zorg. Of defensie. Dat wist de politiek vroeger, natuurlijk. De KLM steun je niet door de vraaguitval met subsidie te compenseren, maar door mensen een reden te geven naar Nederland te komen. Dat is niet alleen ons erfgoed en onze tulpen, dat zijn ook de DJ’s, de orkesten, en zelfs de sfeer die het land uitstraalt: allemaal levende cultuur, die er is, en die niets met vraag en aanbod te maken heeft.
Of, laat ik het anders zeggen: onze cultuur, de manier waarop Nederlanders met elkaar omgaan en elkaar vóórleven, de manier waarop we verkeersruzies oplossen en niet keurig in de rij staan voor de theaterzaal met vrije plaatskeuze, dat is geen product, dat is ons leven. En dat uit zich in onze kunsten, van orgeldraaier en accordeonduo tot Concertgebouworkest en Korzo. Als we die uitingsvormen onmogelijk maken, als we de voorbeelden, de reflectie, de discussie weg laten smelten, blijft er van de samenleving heel erg weinig over.
The Hague
Beste, lieve, aardige minister Ingrid van Engelshoven: de enige vraag die hersteld moet worden, is de vraag van de overheid naar een bloeiende cultuur, naar iets waar de Nederlanders hun trots weer mee kunnen voeden. Het aanbod is er altijd, de behoefte bij de bevolking ook.
De vraag moet echt uit den Haag komen.