Misschien waren de eerste woorden die de mens ooit uitsprak wel een gedicht. In ieder geval zal de mens eerst gezongen hebben, voor hij woorden gebruikte. Als we de destijds geuite oerklank om mee aan te geven dat die duif toch echt van jou is tenminste als zang kunnen omschrijven. Feit blijft, dat Poetry International het festival dat gisteren een prachtige openingsavond beleefde, gewijd is aan een de oudste kunstvormen ter wereld: de poëzie. Maar hoe spinglevend is die kunst wel niet?
Wat kan er spannend zijn aan een avond waar achttien dichters in 10 talen een gedicht voorlezen, onderbroken door een moppie muziek? Best wel heel veel, maar dat weten de bezoekers van de Utrechtse Nacht van de Poezie natuurlijk ook al heel lang. In plaats van een hele nacht duurt de opening van het vierdaagse Poetry International een dikke twee uur, maar het programma was zo goed samengesteld dat het over was voor je het wist. Montage is een grote kunst.
De opening van de avond was al hartverscheurend mooi. Het Mondriaan Kwartet speelde live mee met videobeelden van een opname van henzelf uit 1983, en dat brak meteen het ijs. De grootvader van de punk-rap, Ginsberg, dubbel begeleid door de vrolijke wals van het strijkkwartet, maakte de mensen in zaal al lekker los. En het onderwerp van zijn gedicht: het onnoemelijke leed in India en Bangla Desh, waar het westen toch echt medeschuldig aan is, pakte het festivalthema mooi op: hoeveel kritiek kunnen we nog uiten zonder gestraft te worden?
Festivalbaas Bas Kwakman kon daarop met een vlammend gedicht de avond echt openen. Over engagement zou het gaan, en over dat je eigenlijk niets meer kunt zeggen zonder in conflict met iemand te raken, en dat dichtkunst misschien wel de meest futiele vorm van communicatie amg zijn, maar daarom, misschien ook wel de meest krachtige. We hebben de speech hieronder.
Daarna volgde een lange rij dichters (m/v) uit alle hoeken van de wereld, waarbij ik minstens 1 absoluut hoogtepunt kon aanwijzen: de Noord-Ierse dichteres Sinéad Morrissey. Wat een engagement, wat een soul, wat een kracht. Het dieptepunt kwam direct daarna, helemaal uit Canada gevlogen, en trakteerde ons op een hermetisch stuk taalwiskunde. Fijn dat er ook nog even muziek was om daarvan bij te komen. En wat voor muziek: de band Rooie Waas. Met het nummer ‘Raar’. Heel erg goed.
De avond sloot af met de oudste dichter van het festival en deze bebaarde Chileen deed wat bebaarde Chilenen moeten doen: grommend, rollend en donderend hel en verdoemenis uitroepen over een door nietsontziende kapitalisten geteisterde onderklasse. Daar hoef je het niet eens mee eens te zijn om er toch minutenlang staand voor te applaudisseren.
Alle 18 dichters van de openingsavond komen nog langs in het festival, dat dit jaar voor het eerst niet in de Rotterdamse Schouwburg, maar in het intiemere Ro Theater in de William Boothlaan plaatsvindt. Inlichtingen. Kijk de avond hier terug.