Op een klein eiland spoelen drie zwarte mannen aan. Dat dreigt roet in het eten te gooien van de bewoners en hun economische plannen. Dus doet iedereen liever alsof er niets is gebeurd. Archipel van de hond, de nieuwe roman van Philippe Claudel, is een beklemmend boek waar soms lichtheid doorheen kiert. De Franse bestsellerauteur maakt zich zorgen: ‘Ooit vormden nucleaire wapens het grootste gevaar, maar als je het mij vraagt is het gedrag van de mens op dit moment het gevaarlijkst.’
Grensperikelen
Vroeger, als klein jongetje, begreep Philippe Claudel (56) er niets van. Vanwege de Eerste en Tweede Wereldoorlog háátten zijn grootouders en ouders alle Duitsers in de nabije omgeving. Maar als ze in het weekend even de grens over gingen – vanuit zijn woonplaats Dombasle-sur-Meurthe in Lotharingen ben je zo in de Elzas – hoorde hij hen verzuchten hoe mooi en schoon het daar toch was, en hoe vriendelijk en beleefd de mensen. ‘Dat zeiden dezelfde volwassenen die een week eerder nog riepen dat die barbaarse Duitsers hun vijanden waren. Voor mij als kind was dat haast schizofreen.’
Claudel besefte al vroeg dat buren van de ene op de andere dag vijanden konden worden, en hoe complex en kwetsbaar zaken als nationaliteit, saamhorigheid en broederschap zijn. Dat zijn ook thema’s in zijn nieuwe roman Archipel van de hond, waarin Claudel zijn zorgen over de afbrokkelende saamhorigheid tussen mensen, volkeren en landen op een prachtige manier heeft verbeeld. Het verhaal doet niet alleen denken aan zijn bestseller Grijze zielen maar ook aan zijn huiveringwekkende maar magistrale roman Het verslag van Brodeck, waarin een gemeenschap zich keert tegen een onschuldige.
In Archipel van de hond worden op een ochtend drie donkere mannen levenloos op het strand aangetroffen. De Burgemeester, de Dokter, de Pastoor en enkele dorpsbewoners willen de zaak in de doofpot stoppen; negatieve berichten veroorzaken alleen maar onrust onder de bevolking en brengen bovendien een vurig gewenst Thermenproject in gevaar – de economische belangen voor het eiland zijn groot. Alleen de Onderwijzer, een man van de waarheid, kan zich er niet bij neerleggen en gaat op onderzoek uit naar de herkomst en identiteit van de mannen. De gevolgen van zijn speurtocht zijn vérstrekkend.
De opmars van egoïsme
Claudel herinnert zich een verhaal over een vluchtelingenfamilie die naar Frankrijk was gevlucht vanwege oorlog. ‘Ik vroeg me af hoe het mogelijk was om een nieuw bestaan op te bouwen als alles wat je kent is verwoest. Zes jaar geleden begon ik aan dit boek, omdat er een kentering begon op te treden. Er stonden steeds meer mensen op die een muur wilden bouwen om het vreedzame, rijke land waar we in leven, die grenzen wilden dichtgooien, geen andere mensen meer tot ons land wilden toelaten. Belachelijk, dat is helemaal niet mogelijk in de wereld van vandaag. We moeten onze medemensen helpen, zeker als het gaat om vluchtelingen die ten gevolge van oorlog alles zijn kwijtgeraakt.’
‘Het grootste probleem van onze huidige tijd is de opmars van egoïsme. Ik maak me zorgen over de ontwikkelingen in Europa, de verdwijnende samenhang. Het lijkt vrijwel onmogelijk om de principes van een samenleving te behouden. Een samenleving betekent: samen leven. Ik denk dat de meeste mensen eigenlijk liever alleen leven, of met mensen die precies dezelfde smaak, religie en dezelfde hoeveelheid geld hebben. In Frankrijk stemde bij de laatste verkiezingen 33 procent voor de extremistische partij van Marine le Pen. En als je ziet wat er gebeurt in Noord-Italië, Catalonië, Hongarije of Slovenië…’
Als iedereen op zijn eigen eiland wil leven, verdwijnt uiteindelijk alle sociale cohesie.
‘Daarom wilde ik voor deze roman ook graag de metafoor van een eiland gebruiken: het is een droombeeld van de hedendaagse bevolking. We willen ons welvarende, bevoorrechte bestaan behouden en weigeren een beetje van het geluk te delen met anderen. Vroeger vormden nucleaire wapens het grootste gevaar, maar als je het mij vraagt vormt is het gedrag van de mens op dit moment het grootste gevaar.’
Waarom zijn we zoveel egoïstischer geworden?
‘De belangrijkste reden is dat we op dit moment met 7,6 miljard mensen op aarde zijn. Vijftig jaar geleden was dat nog maar de helft. In 1930 stond de teller op 2 miljard. Aan het begin van de jaartelling was dat zelfs maar 200 miljoen. In vijftig jaar tijd zijn er net zo veel mensen bij gekomen als in de eerste tweeduizend jaar bij elkaar. Binnen een of twee eeuwen zitten we op 15 miljard. Dat levert een gigantisch agrarisch en ecologisch probleem op. Het grote vraagstuk is hoe we met zoveel mensen in harmonie en met gelijkheid en rechtvaardigheid kunnen samenleven. Zoals we nu bezig zijn, betwijfel ik of we deze problemen op tijd weten op te lossen. Ik vrees dat zich een catastrofe gaat voltrekken.’
Pikken lezers uw waarschuwing op?
‘Ik hoop het. De roman is al uit in Frankrijk en ik heb net een tournee achter de rug van 40 evenementen. Ik sprak mensen die zich door het lezen van de roman bewuster waren geworden van de urgentie van het probleem dan door het lezen van de krant. Misschien komt dat door het voortdurende bombardement van nieuws op internet, televisie, in de kranten, de sociale media. Mensen worden over-geïnformeerd, maar het effect is nihil.’
Ontregelen
‘Literatuur heeft de kracht ons diep te raken, omdat je tijdens het lezen van een boek heel even uit de snelheid van het dagelijks leven stapt en ruimte neemt voor reflectie. Om na te denken heb je namelijk tijd en ruimte nodig, en stilte. Daarin ligt ook de waarde van kunst. Niet alleen literatuur, maar ook de andere vormen van kunst bieden de mogelijkheid om te reflecteren op politiek en economie, maar vooral op onszelf en de complexiteit van het mens-zijn in de huidige tijd.’
Dat geeft kunstenaars en schrijvers ook een grote verantwoordelijkheid.
‘Toen ik twintig jaar geleden begon, dacht ik er nog niet zo over, maar tegenwoordig voel ik inderdaad een sterke behoefte sociale structuren te onderzoeken. Ik heb een missie, hoe bescheiden ook, om iets groters te belichten voor mijn lezer. Dat is geen makkelijke taak in de huidige tijd, want zoals in zoveel landen willen ook Franse lezers vooral ‘lichte’ literatuur. In de boekwinkel vragen mensen om makkelijk verteerbare boeken, omdat ze willen ontsnappen aan hun eigen leven en problemen. Er is niets mis mee om een roman te lezen die ervoor zorgt dat je en paar uur lang nergens aan denkt. Maar naar mijn mening heeft literatuur een andere functie: ontregelen en aan het denken zetten.’
De weerstand tegen de zoektocht van de Onderwijzer maakt duidelijk dat mensen dat liever niet doen.
‘Dat klopt. Herinner je je nog dat de vreemdeling in Het verslag van Brodeck een expositie maakt met portretten die hij heeft geschilderd van de dorpsbewoners? Plotseling toont een ander hen hun ware gezicht. Wat ze zien is lelijk. Ze kunnen het niet aan om zichzelf te zien, diep in hun ziel te kijken. Ze vernietigen zowel de portretten als de schilder. Veel mensen blijven liever onwetend of blind voor de waarheid. Ik hoor lezers soms zeggen dat ze van het boek hebben genoten, maar de sfeer ook duister vonden. Sommigen zouden liever zien dat mijn boeken meer ‘roze’ zouden kleuren; ze vinden de confrontatie met het kwaad lastig.’
Licht en humor
Toch zit er ook lichtheid in deze roman.
‘Dat vind ik ook! Tragiek kan prima samengaan met humor. Archipel van de hond bevat, vind ik, echt grappige momenten en scènes. Ik hou erg van Italiaanse komedie. Tussen 1958 en 1973 wisten Italiaanse schrijvers en regisseurs als Dino Risi, Ettore Scola en Fellini natuurlijk een geweldige combinatie te maken van tragedie, komedie en sociale bewogenheid. Die balans heb ik zelf ook nagestreefd.’
Hoewel het over de wereld van vandaag gaat, is uw roman eerder een fabel.
‘Ik wilde inderdaad geen realistisch boek schrijven, maar een duister sprookje met archetypische personages die ergens voor staan: wetenschap, religie, autoriteit, enzovoorts. Het eiland, de zee en de lichamen van die arme mannen roepen de Odyssee van Homerus en De goddelijke komedie van Dante in herinnering; werken die aan de basis lagen van onze beschaving. Europa is het resultaat van een mengeling van allerlei beschavingen, zoals die van de oude Grieken, Romeinen en Egyptenaren.’
‘Je kunt mijn boek lezen als een spannend verhaal over een actueel onderwerp. Maar ik vind het ook belangrijk dat mijn roman op een ander niveau onze beschaving en samenleving reflecteert. Wat ik vooral hoop, is dat het een opening biedt voor een andere manier van kijken naar hedendaagse problemen. Zonder al te veel woorden wilde ik laten zien hoe belangrijk deze gedeelde cultuur is. En dat onze Mare Nostrum verworden is tot een begraafplaats.’