Ga naar de inhoud

Een regio, een liefde: De politieke liefdesverklaring van Oeds Westerhof

Je las hier al gratis berichten. Doe daarom nu ook mee met Cultuurpers. We hebben meer dan 400 trouwe leden. Mensen die betrokken zijn bij de kunst, erin werken, het beleid bepalen. Mensen die een onafhankelijke kijk op kunstjournalistiek waarderen. Net als jij.

Word NU lid om Cultuurpers door te laten gaan!

In Zutphen bezocht ik het sympathieke kleinschalige cellofestival van Jeroen den Herder. Daar gaven twee jonge Portugese studenten een lezing/recital over hun onderzoeksproject naar de muziek van de fadozanger en componist José Zeca Afonso, een belangrijke stem in de Portugese Revolutie van 1974. Thuis zocht ik die muziek op. Het bleek de perfecte achtergrond bij het lezen van “Friesland, mijn liefde” van Oeds Westerhof.1 De mengeling van nostalgie, sentiment, Heimatgevoel, politieke agitatie, tegendraadsheid, weloverwogen klanken. Boek en muziek liepen dooreen.

De uitgever prijst het boek aan als een ode aan Friesland, een politiek manifest en een liefdesverklaring in één. Inderdaad, een roman is het niet. De ‘Liefde voor het leven’ is louter een aangeroepen Muze die op het laatst terugroept. Niet een vrouw van vlees en bloed met wie zich een geschiedenis ontwikkelt. Maar zulke boeken zijn er al genoeg.

Pars pro toto

Alleen maar een politiek manifest is het ook niet. Westerhof pakt de boodschap in, in liefdevolle herinneringen aan zijn ouders, in terugblik op zijn eigen coming of age, in politieke bespiegelingen, en in veel Fries landschap, cultuur en eigenaardigheid. Waarbij Friesland toch ook een pars pro toto blijkt, een voorbeeld. Want de schrijver wil naar een bestuurlijke schaal van regio’s en naar een politiek die saamhorigheid kansen geeft. Hij pakt zijn politieke beschouwingen bovendien in in taal: in weliswaar lange, maar effectieve en vaak mooie zinnen met een twist.

Oeds Westerhof is een einzelgänger met een sterk gemeenschapsgevoel. Hij was en is bestuurder, directeur, adviseur van vooral culturele organisaties. Met gezag en uitstraling, maar zoals hij zelf ook schrijft, met te veel eigenheid/eigenzinnigheid, wat maakt dat hij door de meer regenteske bestuurders niet gepruimd wordt. Daardoor kwam bijvoorbeeld te vroeg een einde aan zijn periode als creatief directeur van Friesland Culturele Hoofdstad. Veel eerder was hij directeur – en heel erg op zijn plaats – bij Keunstwurk Fryslan. Waarna hij adviseur werd bij een consultancybureau.

Winnaars en verliezers

Een Fries kind, nakomelingetje in een sociaal ingesteld gezin van een timmerman en zijn vrouw, samen ook koster in de kerk waarnaast ze woonden. Muziek was hen nabij. Beiden hadden door omstandigheden, zoals veel generatiegenoten, niet de kans gekregen ‘door te leren’, terwijl ze dat in zich hadden. Het leven van de vader zou in een roman beschreven kunnen worden. Of beter nog: in een film; de Friese filmcultuur komt in het boek veel terug.

Vader Westerhof was getekend – en won wellicht ook aan karakter- door de oorlog en gedwongen uitzending naar Nederlands-Indië. Eenmaal met een gezin pakte hij werk aan waar het zich voordeed; hij was niet alleen bouwvakker en koster, maar ook orkestbediende bij het Frysk Orkest. “Mijn vader behoorde niet tot de notabelen, hij was meer een stamhoofd, dat over heel verschillende kwesties werd geraadpleegd door wat toen nog de gewone man heette, wiens vrouw ook vaak bij mijn moeder te rade ging.”

Kapitalistische bazen

Wat hebben we in de voorbije decennia veel gewonnen; wat hebben we veel verloren. Wat zijn we tegenwoordig rijk; wat zijn we arm geworden. Vaak gehoorde verzuchtingen over economische, politieke en maatschappelijke processen. Oeds Westerhof vertaalt ze concreet in individuele ervaringen. Soms met ingehouden woede over de kapitalistische bazen in de jaren 50/60, over de graaiers van nu en de politici van het doorgeschoten marktdenken. (“De markt is voor boodschappen, bij alles wat daar niet op lijkt past de markt niet.”). Terechte boosheid, gelukkig dikwijls geuit in tongue-in-cheek humor en in rake, zo niet vileine, geestige zinnen.

Er komen veel gewone mensen voorbij – ooms, tantes, buren, plaatselijke middenstanders – die de processen over zich heen zagen komen. Wat werden ze rijk en vrij: men kon op vakantie naar het buitenland, je kon naar elders verhuizen, buiten geboorteplaats en regio. Maar wat werden ze beroofd van sociale samenhang, invloed op hun omgeving, van collectieve zorgzaamheid. De schrijver komt ook zelf veel voorbij, niet alleen als kind en puber, maar ook later als cultuurdirecteur, als adviseur. De consultant komt vaak in veel gemeenten in het hele land, je ziet nog eens wat, je leert het land kennen, ook al die andere regio’s dan Friesland, met hún eigenaardigheden.

Over de hele

In 22 hoofdstukken reflecteert Oeds Westerhof, becommentarieert hij, maar vooral: denkt hij na over hoe het anders kan. Nogal moedig, én overmoedig en ook wel een tikkeltje megalomaan (schrijft hij ook zelf). Noem een onderwerp en hij geeft er zijn visie op: de bestuurlijke indeling en inrichting van ons land, het zorgstelsel, onderwijs, cultuurbeleid, bestaanszekerheid, belastingen, woonbeleid, de landbouw, openbaar vervoer, erfgoed. Alleen defensie en buitenlandse zaken komen er wat bekaaid vanaf.

Het is dus wel veel, misschien had hij iets minder hooi op de vork moeten nemen. Maar dat zeg ík, die dit niet aangedurfd zou hebben. Had hij bedeesd wat hooi laten liggen, was hij minder zichzelf geweest. Wel had hij dan zijn frisse schrijfstijl consequenter kunnen volhouden, nu wordt het geleidelijk aan soms wat statiger taal.

Vleugjes Omtzigt

De kracht van “Friesland mijn liefde” is dat het niet alleen bekritiseert waar het mis ging, – hoe God verdween uit Jorwerd, hoe de samenleving de zorgzaamheid voor elkaar, via de overheid, verloor. (Overigens, wel geestig dat hij constateert dat niet alles wat eerder verdween ook is weg gebleven. De bezorgsamenleving van nu bijvoorbeeld had een voorganger in de tijd dat de bakker, slager en kruidenier de boodschappen aan huis bezorgden.)

Het kan niet anders dan dat het onvermijdelijk vleugjes Pieter Omtzigt of Caroline van der Plas ademt. Maar Westerhof schetst ook hoe het beter kan, met vergezichten of concrete ideeën, creatiever en aanmerkelijk minder behoudend dan dit vanuit het CDA 2.0 (Omtzigt) of de Boerenpartij 2.0 (Plas) gebeurt.

Bestaanszekerheid? Stimuleer en verwacht dat mensen zelf in beweging komen (en minimaal 1500 uur per jaar werken), maar realiseer voor wie dat niet lukt een royaal algemeen waarborginkomen. Geen basisinkomen, maar ook geen woud aan toeslagenregelingen meer.

Basisinkomen

Cultuurbeleid? Ook gebureaucratiseerd. “Ik ben heel benieuwd wat er gebeurt als we het vrijstellen van mensen omwille van de toekomst en de lange termijn weer als leidend principe nemen in de subsidiëring van kunst, wetenschap en filosofie.” Hij pleit daarom ook hier voor een waarborginkomen, waarvan ik echter vermoed dat hij nu wél een soort basisinkomen bedoelt en daarmee pleit voor terugkeer en uitbreiding van de Wet Werk en Inkomensvorming Kunstenaars (WWIK). Hiermee hebben de cultuurinstellingen hun belangrijkste personeelslasten gedekt en kunnen ze verder uit de voeten met hun publieksinkomsten.

Scholen? Onderwijsinstellingen van elk niveau kunnen samen per regio in één organisatie worden ondergebracht. Daarmee verdwijnt veel bureaucratie en komt er een einde aan de verzuiling en het risico van opgroeien in een bubbel.

23 korte punten

Wees niet verbaasd dat het boek uiteindelijk uitmondt in een verkiezingsprogramma dat in 23 korte punten zegt waar het heen moet. Want zijn ‘Liefde voor het leven’ dan wel zijn alter ego geeft hem op het laatst kritiek: “die omhaal van woorden, dat kan echt niet meer in deze tijd. Je legt jezelf veel te veel uit.” Dat is waar, maar als lezer ben je wel lekker aan het denken gezet, soms uitroepend: “precies, zo zie ik dat ook” en soms al mopperend in de oppositie met praktische bezwaren tegen voorgestelde oplossingen. Het zijn wél de gesprekken die we moeten voeren. Zoals de betreurde Clairy Polak steevast het tv-programma Filosofisch Kwintet opende: “…waarin luisteren minstens even belangrijk is als spreken en doorgronden het motto”.

“Friesland, mijn liefde” is niet in het Fries. Dat maakt (lezend) luisteren en doorgronden voor niet-Friezen wel zo gemakkelijk.

ERIK AKKERMANS is bestuurder, adviseur en publicist op het gebied van cultuur. In de periode 2001-2011 werkte hij bij het bureau BMC. In de jaren ’70 was hij landelijk bestuurslid van de Politieke Partij Radikalen PPR, een voorloper van GroenLinks. Voor D66 was hij van 2010 tot 2012 lid van de Gemeenteraad Groningen.

Erik Akkermans

Bestuurder, adviseur en publicist.View Author posts

Klein Lidmaatschap
175 / 12 Maanden
Speciaal voor organisaties met een omzet  of subsidie van minder dan 250.000 per jaar.
Geen storende banners
Een premium nieuwsbrief
5 proefabonnementen op de nieuwsbrief
Al onze podcasts
Meepraten over ons beleid
Inzage in de financiën
Exclusieve archieven
Zelf persberichten (laten) plaatsen
Eigen mastodon account op onze instance
Cultureel Lidmaatschap
360 / Jaar
Voor culturele organisaties
Geen storende banners
Een premium Nieuwsbrief
10 proefabonnementen op de nieuwsbrief
Al onze podcasts
Meepraten
Inzage in financiën
Exclusieve archieven
Zelf persberichten (laten) plaatsen
Eigen mastodon-account op onze instance
Samenwerking
Privé Lidmaatschap
50 / Jaar
Voor natuurlijke personen en zzp’ers.
Geen storende banners
Een premium nieuwsbrief
Al onze podcasts
Meepraten over ons beleid
Inzage in de financiën
Exclusieve archieven
Eigen mastodon account op onze instance
nl_NLNederlands