Er is onrust in de podiumkunsten. Minister van Cultuur Jet Bussemaker heeft namelijk een paar moties uitgevoerd van de oppositie. De minister heeft ook de adviezen van de Raad voor Cultuur voor een evenwichtiger budgetverdeling naast zich neergelegd. Na veel onrust op sociale media kregen we vrijdag 28 augustus 2015 dus een brief binnen. Van de festivals, gericht aan de minister, met een heftige smeekbede: verhoog het budget voor cultuur. Een desperate stap, deze reactie op de wel heel chagrijnige brief van cultuurminister aan de Tweede Kamer een week daarvoor.
Wat stond er in die brief? Niet zo heel veel nieuws, vandaar dat we er ook geen aandacht aan gaven. Het enige nieuws was eigenlijk de toon waarop de minister in die brief vertelde dat ze de moties van de tweede kamer zou gaan uitvoeren. Ze zou de wens van D66 en SP uitvoeren en het wegbezuinigen van één jeugdtheatergezelschap ongedaan maken, en daarnaast het Festival Oude Muziek (of eigenlijk ‘een’ Festival Oude Muziek) aan de culturele basisinfrastructuur toevoegen.
Bussemaker vertelt ook zeer onomwonden wie daarvoor gaat betalen: de sector zelf. Niets nieuws, want de sector betaalt al drie jaar zelf voor elk cadeautje van Bussemaker, maar nu gaat het wel van heel erg dik hout. Alle miljoenen die Bussemaker nodig heeft haalt ze weg bij het Fonds Podiumkunsten, en daardoor krijgt dat fonds de komende tijd nog meer moeite om de schade van de bezuinigingen op te vangen. Terwijl het al bijna door zijn reserves heen is.
Het chagrijn van de minister is vooral ook zo groot omdat ze niet langer haar positieve toon kan volhouden. Kon iedereen tot een week geleden haar nog welwillend geloven als ze zei dat ze echt echt! écht! positieve dingen zag, vanaf de komende subsidieperiode zal de sector er slechter aan toe zijn dan bij het begin van haar ambtstermijn. Bussemaker legt de schuld daarvoor nu bij de kamer en bij de sector zelf, terwijl ze natuurlijk de hand in eigen PvdA-boezem zou moeten steken.
De PvdA heeft de cultuur uitgeruild tegen een paar rechtse hobby’s van de VVD en heeft dat zo goed gedaan dat de lobby van de kunstsector zich tegen de sector zelf gekeerd heeft. In december wil Bussemaker graag goede cijfers presenteren, in weerwil van de tik op de vingers die de Algemene Rekenkamer haar gaf, en waarop ze een antwoord heeft gegeven waar Lehman Brothers zich nog voor zou schamen. Het gaat nu echt niet meer lukken om die goede cijfers geloofwaardig aan het volk mee te delen.
Het kasschuiven is definitief fictie gebleken. Je kunt zonder geld geen geld maken. Aan het begin van het laatste seizoen van Bussemakers kunstenplan kan de sector dus niets anders doen dan wanhopen. Beter gaat het niet worden. Slechter wel.
Tenzij er een wonder gebeurt.