This way from row nine, it is like being knee-deep in carnations yourself. The heads of the audience in front of me merge silently into a forest of stems crowned with pink, through which dancers carefully step back and forth like leggy chickens.
The find is great: Nelken by Pina Bausch depicts paradise as a place where you have to be careful or things will go wrong. The carnations force the dancers to be careful. As a spectator, you go along with them, without all the underlying thoughts immediately coming through to you.
Pina Bausch (1940-2009) is niet voor niets wereldberoemd geworden. Haar manier van werken is standaard geworden in de theaterpraktijk: materiaal verzamelen samen met de dansers, elke beweging kan dans zijn, multidisciplinaire inzet van middelen en mensen, associatieve edoch strakke montage, minimalisme om te focussen op details, maximalisme in het opblazen van die details door herhaling. In de jaren zeventig, toen Bausch haar ideeën ontwikkelde, was het ongekend, en stond niet alleen het publiek in Wuppertal op z’n kop.
Nelken (1982) is wel een van de bravere stukken uit het oeuvre van Bausch en misschien daarom ook zo populair. In het oogverblindende decor met de roze anjers, naar verluid geïnspireerd door Nederlandse bollenvelden, gaat het over kinderspel en doorgeslagen toezicht. Vier herdershonden, beveiligers die zich van stijgers gooien: het zijn duidelijke signalen, maar zij evenaren niet de kilte die performer Andrey Berezin in zijn lichaam legt. Berezin, die sinds 1994 bij het Wuppertaler Tanztheater werkt, brengt met zijn lijf en onbeholpen Russische accent een bepaalde hardheid teweeg, die in de rest van het stuk eigenlijk ontbreekt.
Bausch maakte Nelken toen ze 10 jaar in Wuppertal werkte. Ze werd in die eerste jaren van het Tanztheater Wuppertal op heel veel verzet getrakteerd, van publiek én pers. 1982 was ook het jaar dat ze haar eerste en enige kind kreeg, met haar nieuwe levenspartner Donald Kay, niet lang nadat haar eerdere liefde en decor-ontwerper Rolf Borzik in 1980 was gestorven.
Nieuwe liefde boezemt angst in. Maar Nelken gaat behalve over het verlangen naar overrompelend geluk toch vooral over de blindheid van vaders en moeders, en over vadertje staat die met controle en betutteling het echte verkeer tussen burgers en buitenlui in de weg zit. Die thematiek komt goed uit de verf wanneer Berezin weer eens om een paspoort vraagt, maar vaak ook doet het stuk machinel aan, alsof vijfendertig jaar na dato de juiste context voor dit stuk ontbreekt.
Mannen die in jurken rondlopen en iemand die tijdens het bidden onder z’n voeten wordt gekieteld – wie kijkt daar nu nog van op? Hele volksstammen kennelijk, gezien de internationale discussies over sluiers, vrouwenrechten en de invloed van rabiate gelovigen op het openbare leven. Zelf zou ik misschien liever een wat ruiger stuk terugzien, zoals Blaubart or Walzer, en misschien zou ik ook graag een herschrijving zien, in plaats van een ‘reenactment’. Hoe zou een hedendaagse maker de even precieze als subversieve gestes van Bausch heropvoeren? Hoe zou een kunstenaar van een jongere generatie de wereld van nu willen onderbreken? Die noodzaak ontbreekt nogal aan Nelken, al is het natuurlijk geweldig dat het stuk door deze tournee een heel nieuw en niet alleen een nostalgisch publiek bereikt.
Ondanks dat het rollenspel tussen man en vrouw gedateerd aandoet, en ik op een gegeven moment behoefte krijg aan iemand op sneakers of met een mobiele telefoon in zijn handen, blijft Nelken indruk maken. Het trage tempo, de stiltes, de doeltreffende eenvoud van het bouwen met losse elementen, de ongekunstelde en vanzelfsprekende vorm van publieksparticipatie en ook het verlangen naar echte liefde: het is onmiskenbaar Bausch. Met haar werk legde zij de basis voor vele kunstenaars na haar. Voor wie Waltz, De Keersmaeker, Greco & Scholten, Truus Bronkhorst of Jan Martens graag ziet, dit is “back to the roots”.
De Pina Bausch Foundation is begonnen met een participatie-project: The Nelken Line. En dat dat aanslaat was gisteren goed te merken aan het einde van de voorstelling in de Stadsschouwburg:
Hier een mooi interview met Pina Bausch door Eva-Elisabeth Fischer und Frieder Käsmann, Bayerischer Rundfunk, 1994.