Swiss playwright Milo Rau created a theatrical trilogy about the demise of the European ideal. The second part The Dark Ages is now at the Holland Festival. Rau combined his actors' painful, personal life stories with themes from the works of Chekhov, Shakespeare and the Greek tragedies. With a Freudian sauce: 'Countless people who are The Dark Ages have seen ask me: 'Milo, is something wrong with your father?'
We bevinden ons momenteel een periode van grote verandering, zegt Milo Rau (Bern, 1977):
‘“Het oude Europa en het oude Duitsland zijn – misschien is dit gevoel sterker in Duitsland en Oost-Europa – veranderd in een soort keizerrijk. Een postnationaal, groeiend, continentaal machtsblok. Een fort met gesloten grenzen. De Verenigde Staten van Europa zijn too big to fail, maar ik heb idee dat we afstevenen op een moment van katarsis, waarna heel veel zal veranderen. Ik wilde dat idee een gezicht geven, aan de hand van een aantal persoonlijke verhalen gesitueerd in West-Europa (Frankrijk, België en Duitsland), Oost-Europa (Duitsland, ex-Joegoslavië en Rusland) en het Midden-Oosten (Griekenland, Roemenië, Syrië en Koerdistan).
In 2013 begon ik met het eerste deel, The Civil Wars. Ik deed veel onderzoek in de wijken van Brussel en Antwerpen. Plaatsen zoals Molenbeek, die later bekend werden als broeinesten van islamitisch radicalisme. Ik sprak mensen die naar Syrië en Noord-Irak wilden vertrekken om tegen Bashar al-Assad te vechten, en ook met mensen die weer waren teruggekeerd. Ik vroeg me af wat dit voor gevolgen zou hebben voor Europa. The Civil Wars werd een portret over West-Europa, op basis van de burgerlijke emoties uit het werk van Tsjechov. Daarna maakte ik The Dark Ages, gericht op een ander deel van Europa (ex-Joegoslavië, Rusland en Duitsland). Vervlochten met Shakespeariaanse vragen over de invloed van politiek op ons levens. Het derde deel, Empire, is nu in de maak.’
Waarom moest dit een trilogie worden?
‘“Na het eerste deel was het volstrekt duidelijk voor me dat ik hiermee moest doorgaan. In het begin had ik een instinctief gevoel dat ik er drie stukken van moest maken, maar het was geen vooropgezet plan. Het materiaal diende zich aan. Ik vond het wel belangrijk om elk stuk in dezelfde stijl te gieten. Altijd gebaseerd op de persoonlijke verhalen en waargebeurde anekdotes van de spelers. In een huiskamersetting vertellen de acteurs hun verhaal in de camera, en hun gezichten worden tegen de achterwand geprojecteerd. Het zijn allemaal monologen, maar door de volgorde lijkt er soms ook een dialoog te ontstaan. Ze zijn alleen, maar ook in gesprek. Ik vergelijk het met een fuga van Bach, waarbij je soms zes aparte stemmen hebt die zich parallel door het muziekstuk begeven. Soms kruizen ze elkaar en vallen ze samen. Soms zingen ze alleen. Maar het geheel maakt het muziekstuk. The Dark Ages heeft zo’n fuga-achtige solidariteit.”’
Vandaar die uiteenlopende speelstijlen in The Dark Ages?
‘Ja, dat was een bewuste keuze. Ik houd van die verschillende kleuren en klanken. Ik werk altijd met acteurs met zeer uiteenlopende speelstijlen en achtergronden. Vedrana Seksan is een klassieke method-actrice die heel diep graaft. Sudbin Musić is helemaal geen acteur, hij is een activist die zijn verhaal vertelt. Sanja Mitrović is een fysieke performer met een strenge, afstandelijke toon. Manfred Zapatka is dé klassieke acteur uit het Duitse staatstheater – als hij praat over een croissantje eten, dan speelt hij het als Hamlet. Hij vertelt over hoe zijn ouders hun huis kwijtraken (dat was geen feest, maar ook geen wereldramp) dan speelt hij het als een epische strijd tussen engelen en demonen. Valery Tscheplanova heeft een expressieve, warmbloedige Russische speelstijl. Het is heel tof om al die stemmen samen te brengen. Je krijgt een hele boeiende melange. Toch is daar veel discussie over ontstaan. In The Civil Wars speelde ook een method-acteur, Karim Bel Kacem. Soms ging hij zo diep dat hij écht begon te huilen. Dat vormt een interessant contrast met iemand als de Vlaamse acteur Johan Leysen – want voor hem is acteren net zo emotioneel als pizza’s bakken. Hij zei: “Dat kán toch niet? Echt huilen op de planken”. En dan zei de ander: “Ja, maar waarom VOEL jij niets?”’
Was het lastig voor de acteurs om hun eigen verhaal te doen?
‘”Ja, soms was het verschrikkelijk moeilijk. Ik heb ze op een aantal momenten echt moeten pushen. Elke speler vertelt een persoonlijk verhaal, maar in de voorstelling zijn ze gewoon personages, en kunnen ze zichzelf niet analyseren. Bijvoorbeeld, als een Servische speler zegt: “Ik werd gebombardeerd en dat was afschuwelijk”, dan was dat de waarheid van het moment. Twintig jaar later (nu) kan die persoon zeggen: we werden gebombardeerd omdat we Bosnië hadden aangevallen. Nu is er meer historische context, duiding en misschien ook wel begrip. Maar de herinneringen zélf zijn heel puur en primair. Die spiegeling was heel lastig voor de spelers. Want die hedendaagse nuances passen niet bij wat het personage in het stuk vertelt.
Ik moest dus steeds weer zeggen: vértel je verhaal gewoon. Ga jezelf niet analyseren. Het publiek zal je analyseren. Het is ontzettend lastig om daarop te vertrouwen. Het gevaar van teveel zelfkritiek lag steeds op de loer, want het zijn allemaal ontzettend intelligente, kritische en analytische acteurs. Ze weten precies wat ze doen en waar hun grenzen liggen. In het stuk moeten ze met die grenzen spelen, met hun eigen naïviteit. Dat is heel weird. Doordat ze in de camera spelen en behulp van projectie en archiefbeelden, wordt dat gevoel van historische afstand en analyse vergroot. Tegelijkertijd zit het héél dicht op de huid.’
Het is opvallend dat bijna alle spelers in The Dark Ages daddy issues hebben.
‘“In Parijs had ik een grappig gesprek met een ex-vriend van Michel Foucault. Hij had The Civil Wars and The Dark Ages gezien. Hij zei: “Je bent écht een Freudiaanse trilogie aan het maken. In het eerste deel zijn de vaders sterk, vervolgens sterven ze of worden ze gek. In het tweede deel zie je dode, stervende of afwezige vaders en de opkomst van de sterke moederfiguur.” Het derde deel zal draaien om het verlies van de moeder. En ja, er wordt me vaak gevraagd of ik mot heb met mijn eigen vader. Maar ik vind het verlies van ouders gewoon een universeel, aangrijpend thema. De Europeaan is een weeskind, dat er helemaal alleen voorstaat.”’
Wat trekt je aan tot dit soort documentair theater?
‘“Ik heb de laatste tien jaar heel veel soorten theater gemaakt. Installaties, nagespeelde rechtszaken, maar ook klassiekere werken, en andere re-enactments. Het zijn allemaal experimenten om de biografische of politieke achtergrond en het onderbewustzijn van de acteurs te verbinden met iets heel échts, gebeurtenissen die historisch gedocumenteerd zijn. Dat heeft iets heel dwingends, onontkoombaars. Bijvoorbeeld dat je een radiostation met een boodschap van massamoord laat uitspelen door acteurs die zélf allemaal overlevenden zijn van die slachtpartij (Hate Radio, 2011).’
‘Of je nodigt acteurs uit om te vertellen over het verlies van huis en haard – niet met een tekst van Shakespeare, maar met een zelfgeschreven tekst over hun persoonlijk leven, zoals in The Dark Ages. Mijn werk gaat altijd over dat kruispunt. Ik meen me een quote van Jan-Luc Godard te herinneren, die ook op mijn werk slaat: “Realisme betekent niet dat je de waarheid herhaalt, maar dat de herhaling zelf écht wordt.” Het moment van opvoering moet echt worden en echt voelen.”’
Waarom is The Dark Ages een theaterstuk, en geen documentairefilm?
‘“Ik houd ervan als beide dimensies aanwezig zijn, acteurs die fysiek aanwezig zijn op het podium en tegelijkertijd gefilmd worden. Ik heb vaker documentairefilms gemaakt, maar binnen de theatermuren heb ik een rituele benadering. Ik zoek naar een meditatieve vorm, een situatie die bijna statisch is. Een ruimte waarin het publiek en de spelers tijd en ruimte opofferen voor het moment. Als ik zelf naar theater ga heb ik zeker veertig, vijftig minuten nodig om er écht in op te gaan. Een voorstelling waar elke paar minuten een scènewisseling is – dat snap ik niet. Waarom maken ze dan geen televisie? Begrijp me niet verkeerd. Ik gebruik graag snelle cuts, maar dan wel voor muziekvideoclips of zo. Neem de tijd in het theater. Misschien vind je de eerste dertig minuten wel vreselijk, en denk je: “Fúck! Nog anderhalf uur!” – maar daarna ontstaat er iets en vergeet je de tijd. Hopelijk.’
The Dark Ages van Milo Rau/International Institute of Political Murder, Residenztheater speelt op 17 en 18 juni in Theater Frascati (20:30 uur). De voorstellingen zijn uitverkocht, maar er is een wachtlijst. Meer informatie: http://www.hollandfestival.nl/nl/programma/2016/the-dark-ages/