Is je relatie net op de klippen gelopen of verkeert die in zwaar weer? Gefeliciteerd! Volgens schrijver en spiritueel leraar Jan Geurtz is een flinke liefdescrisis namelijk dé kans om bevrijd te raken van alle patronen die je kwellen. Waarom dat zo is, beschrijft hij in zijn nieuwe boek Over liefde en loslaten.
Zelfs als je al jaren bezig bent met zelfontwikkeling en spiritualiteit kun je bij jezelf bepaalde vaste, belemmerende patronen over het hoofd zien. Zoals ook een therapeut soms zelf in therapie moet, zo had schrijver Jan Geurtz (66), bekend van boeken als Verslaafd aan liefde and Bevrijd door liefde, een stevige relatiecrisis nodig om tot bepaalde zelfinzichten te komen. Een levenscrisis is weliswaar niet leuk, maar wel min of meer een geschenk, schrijft hij in het boek Over liefde en loslaten. De levenscrisis als spirituele doorbraak.
Crisis als doorbraak
Je stelt dat een flinke crisis eigenlijk het beste is wat je kan overkomen. Waarom?
‘We hebben allemaal een strategie aangeleerd om te leven, om geluk te bereiken en lijden te voorkomen. Een crisis betekent dat je vastloopt in dat overlevingsmechanisme, en dat biedt inzicht in wat je verkeerd doet. Ikzelf heb een nice guy-patroon: een strategie waarbij je conflicten uit de weg gaat. Ik was de jongste in een groot gezin, en mijn broer en vier zussen waren allemaal jaren ouder dan ik. Ik verloor elk conflict; áls ik al een keer boos werd, werd ik hartelijk uitgelachen.’
‘Zo ontwikkelde ik onbewust de strategie van lief zijn en pleasen om dingen te bereiken. Ik leerde het mezelf aan om me niet de zwakkere te voelen, maar het punt van zo’n patroon is dat het juist de negatieve kernovertuiging die eraan ten grondslag ligt, in stand houdt. Doordat ik nooit voor mezelf opkwam, bleef ik me onbewust de mindere voelen. Zo zijn er tal van patronen. Perfectionisme bijvoorbeeld. Of het ‘helpaholic’-syndroom, dat veel voorkomt bij oudste kinderen; zij hebben al jong geleerd dat ze niet tot last moeten zijn, de verstandigste moeten zijn, moeten helpen in het gezin. Ze voelen zich alleen waardevol als ze nuttig zijn voor een ander.’
De crisis helpt dat gedragspatroon te doorzien?
‘Als je die gebruikt om naar jezelf te kijken wel, ja. Je kunt keer op keer een crisis meemaken en dat steeds weer aan de omstandigheden of aan anderen wijten. Maar als je voor de derde keer ontslagen bent vanwege een conflict met je baas, zou je je ook kunnen afvragen of er iets mis is met de manier waarop je met autoriteit omgaat. Als je voor de zoveelste keer op een foute man bent gevallen, is het de vraag waarom je steeds op zulke types valt. Een crisis biedt een moment om vragen te stellen over je aangeleerde identiteit.’
Egoverstrengeling
Is een liefdescrisis daarvoor ‘geschikter’ dan een ander soort crisis?
‘Elke crisis is goed, maar de ene raakt je wel dieper dan de andere. Een relatiecrisis is voor de meeste mensen heftiger dan het kwijtraken van een baan. Een relatie drukt op knoppen van diepe liefde, en daarmee ook op knoppen van diepe angst. In een relatie heb je bovendien te maken met een intense vergroeiing van twee ego’s, zoals ik ons aangeleerde zelfbeeld noem waartoe ook die onjuiste overtuigingen behoren. Overigens is niet zozeer het ego het probleem. Je kunt niet zonder ego, en het is daarom niet iets wat je hoeft af te leren. Het probleem is de volledige identificatie ermee. De misvatting dat die overtuigingen wáár zijn.’
Je boek Bevrijd door liefde draaide om de vraag hoe je een liefdesrelatie kunt aangaan die niet verzandt in een crisis. Dat is jou dus niet gelukt?
‘In de meeste relaties stellen mensen de ander verantwoordelijk voor hun geluk of ongeluk. Mijn vriendin en ik hebben wat ik noem een spirituele relatie: we proberen geen claim te leggen op elkaars liefde en aanwezigheid. We proberen te blijven erkennen dat de ander een volwassen mens is, geen verlengstuk van jouzelf, en dat je ieder verantwoordelijk bent voor je eigen lijden en geluk. Toch was er ook bij ons een egoverstrengeling ontstaan. Toen we verschillen van mening kregen over een aantal zaken, wekte dat bij ons beiden een grote verlatingsangst op. Help, we groeien uit elkaar, dit gaat fout!’
Illusie
‘Normaal zou je elkaar dan geruststellen, maar wij lieten elkaar juist meer vrij. We hebben die diepste angst niet toegedekt met seks of allerlei beloftes, waardoor onze patronen en verstrengelingen boven tafel zijn gekomen. Onze ego’s zijn als het ware uit elkaar, terwijl de liefde is overgebleven. Dat geeft een gevoel van onzekerheid, maar ook van ruimte.’
Is je verlatingsangst minder geworden?
‘Ja, en daarom zie ik dit ook als een fantastische ontwikkeling. Verlatingsangst, iets waar bijna iedereen diep vanbinnen last van heeft, is een van de eerste emoties die een mens meemaakt: al vlak na de geboorte, wanneer we volledig afhankelijk zijn van iemand anders. Dat gevoel zit heel diep, maar ervaar je meestal niet bewust. Totdat iemand aan wie je je hebt gehecht, je dreigt te ontvallen. Het gevoel dat je niet zonder die ander kunt leven, slaat echter nergens op. Je bent een volwassen mens en kunt voor jezelf zorgen. Daarmee zeg ik niet: stel je niet zo aan. Maar door die gevoelens ten diepste te ervaren en onderzoeken, ontdek je dat het lijden dat ze voortbrengen een illusie is.’
Is alle lijden een illusie?
‘Ja, in principe wel. Daarbij moet je wel onderscheid maken tussen fysieke of geestelijke pijn en fysiek of geestelijk lijden. Pijn is reëel, maar je verzet tegen de situatie – ik wil dit niet meemaken, dit is klote, ik wil dat het weggaat – is wat lijden veroorzaakt. Lijden ontstaat doordat je de strijd aangaat met wat je op dat moment ervaart, omdat je het niet wílt ervaren. Dat geeft stresshormonen in het lichaam.
Loslaten
Het opgeven van verzet betekent dus niet dat je geen pijn of verdriet meer hebt, dat er geen rouwproces zou zijn. Het betekent alleen dat je de pijn ervaart zonder er lijden aan toe te voegen. Het betekent ook niet dat je nooit iets aan een ervaring zou mogen proberen te veranderen. In die valkuil trappen boeddhisten soms weleens: dat je álles maar zou moeten aanvaarden. Zo heb ik zelf ook jarenlang over me heen laten lopen. Nee, het gaat om het loslaten van verzet tegen situaties waaraan je niets meer kúnt veranderen.’
Hoe komt het dat je nu pas tot deze inzichten bent gekomen?
‘Als er al zoiets bestaat als definitieve verlichting, dan heb ik die nog niet bereikt. Leven is een groeiproces, en op elk moment krijg je weer nieuwe uitdagingen die je bewuster maken en verder helpen. Of om de prachtige uitspraak van de Boeddha te gebruiken: “Er zijn geen obstakels op het pad, obstakels zíjn het pad”.’
Over liefde en loslaten. De levenscrisis als spirituele doorbraak verschijnt op 23 maart bij AmboAnthos, €19,99
Jan Geurtz (1950) geeft opleidingen op het gebied van meditatie en spiritualiteit, en is schrijver van zeven boeken, waaronder De opluchting (1997), Verslaafd aan liefde (2009) en Bevrijd door liefde (2014).
Eerste liefde: ‘Maartje, in de brugklas, een geheime liefde. Mijn eerste vriendinnetje had ik toen ik zeventien was. In mijn leven heb ik vijf echte relaties gehad, maar tussen die relaties door verdoofde ik mezelf lange tijd met middelen en met vrijblijvende seks. Dat doe ik niet meer, maar ik ben wel om de haverklap verliefd. Mijn hart gaat zo gemakkelijk open tegenwoordig. Ik hoef en doe daar alleen niets mee.’
Grootste liefdesblunder: ‘Mijn relatie met de moeder van mijn kinderen begon met een buitengewoon heftige verliefdheid en eindigde in een langdurig pijnlijke scheiding. Maar dat zou ik geen fout willen noemen, al had ik wel gewild dat ik toen de wijsheid had die ik nu heb. Dan had ik me minder laten leiden door angst.’
Misvatting over de liefde: ‘Dat het voor altijd zou moeten zijn. Als mensen uit elkaar gaan, wordt dat vaak gezien als falen. Waarom? Als je tien jaar bij elkaar bent geweest en elkaar hebt liefgehad en spiritueel bent gegroeid, is dat fantastisch.’
Grootste liefde: ‘Mijn huidige vriendin. Als ik het vergelijk met mijn vorige relaties, zie ik een stijgende lijn. Dat heeft natuurlijk vooral te maken met mijn eigen ontwikkeling: ik durf me meer open te stellen en ben minder bang om afgewezen te worden. Liefhebben en loslaten gaat me steeds beter af.’