La compagnie Dood Paard, basée à Amsterdam, a elle-même traduit "Othello" de Shakespeare et fait ses adieux au barde avec "Bye Bye". Le collectif excentrique interprète pendant une heure et demie un sketch moral d'actualité et un miroir de l'âme, dans lequel le fait de pointer du doigt "l'autre" est central.
Shakespeare’s stukken worden nogal eens heel eerbiedig opgevoerd. . De bewierookte ‘bard’ uit Stratford-upon-Avon heeft de Engelse taal bovendien talloze uitdrukkingen geschonken die tot op de dag van vandaag in zwang zijn. Sommige van zijn tragedies kunnen op de hedendaagse toeschouwer wel eens plat en soapachtig overkomen. Wat mij betreft geldt dat ook voor Othello. Geen enkel diep-menselijk gevoelen van liefde en jaloezie, ambitie en wraak, blijft de personages in die klassieke jaloezietragedie bespaard en dat wordt ook nog eens breed uitgemeten. Zelf zie ik dan ook weinig verschil met de bordkartonnen figuren uit soapseries als As the World Turns of Goede Tijden, Slechte Tijden.
Kuno Bakker en Gilles Biesheuvel van Dood Paard lijken met hun vertaling van ‘Othello’ die ze samen met Chaib Massaoudi ten tonele voeren, die visie te onderschrijven. De verhandeling over hoe animaal de nobelste mens is, is in hun handen een middel om niet voor de zoveelste keer de grote thema’s van liefde en jaloezie te benadrukken. Hun Othello gaat niet ambitie en wraak, maar concentreert zich op ‘het wijzen naar De Ander’.
Dood Paard laat ‘Bye Bye’ beginnen met de Marokkaanse acteur Chaib Massaoudi. Hij komt op met een overheadprojector en stoel, alsof hij een hulpje of roadie is. Hij steekt de stekker in het stopcontact, arrangeert de sheets en steekt plotseling in het Arabisch (of Berbers?) van wal. Hij vertelt hoe een kamermeisje in een hotelkamer het toegetakelde lijk van een vrouw vindt: anoniem en ontdaan van iedere persoonlijkheid. Daarna komt Biesheuvel binnen. Hij steekt in gezwollen Nederlands van wal en degradeert Massaoudi letterlijk tot zijfiguur: hij blijft tegen een zijwand zitten en neemt geen deel aan de handeling. Soms wisselt hij een sheet op de overheadprojector en hij mag (of moet) de muziek aansturen. Massaoudi is nog net goed als arbiter tussen Biesheuvel en Bakker wanneer ze er niet uitkomen wie Othello mag spelen. Hij, de buitenstaander, ‘De Ander’, bepaalt hun identiteit.
Bij Dood Paard gaat het niet over de intriges van een vermeend overspelige vrouw en manipulaties om de zwarte edelman Othello heen. Het zijn menselijke identiteits- en vooral raciale kwesties die de hoofdrol opeisen. Heel ‘Bye Bye’ is de Nederlander van Marokkaanse komaf Massaoudi de gekleurde buitenstaander, terwijl Gilles Biesbeuvel, zwart geschminckt als Moor van Venetië de rol van ‘nobele’ speelt. Die zwarte nobele discrimineert zijn adjudant Iago, schoffeert zijn liefhebbende vrouw, behandelt Massaoudi als uitschot en maakt zichzelf belachelijk: extreem cynisme is immers een boemerang. Bieheuvels Othello wordt ook steevast ‘De Berber’ genoemd in het stuk en dat is niet bepaald bedoeld als compliment. Waar de echte Berber dus naast het speelvlak genegeerd, genegerd wordt, miskent de geverfde Othello ‘De Berber’ in zijn eigen pretentieuze nobele inborst.
‘Bye Bye’ zit vol humor en knipogen en neemt Shakespeare niet erg serieus, maar zichzelf wel. Biesheuvel en Bakker spelen alle personages uit Shakespeare’s origineel, aangeduid door wisselende sjaaltjes, op niet passende schoenen. Zo staan Bakker en Biesheuvel letterlijk wankel als ze zich een rol aanmeten. Zo staan ze ook overdrachtelijk wankel omdat ze hun identiteit ontlenen aan het manipuleren van elkaar. Hoe stevig is dat fundament als je vooral wijst naar ‘De Ander’ en je je eigen rol niet onder ogen ziet? In de finale kan Othello zelfs schone handen houden: Massaoudi moet de moord waarmee het stuk afloopt komen volvoeren. Die krijgt hij dus letterlijk in de schoenen geschoven.
Het is de kern van het wijzen naar ‘De Ander’ die in ‘Bye Bye’ letterlijk en figuurlijk buiten Shakespeare’s ‘Othello’ ligt. Dood Paard zwaait Shakespeare dus uit door het oorspronkelijke stuk op een instortend ‘eiland’ te plaatsen; een reliek uit vervlogen tijden.
Tot zover de literaire kiss-and-ride. Dood Paard presenteert met ‘Bye Bye’ tegelijk een hedendaagse zedenschets en zielenspiegel. Klassieke thema’s van Shakespeare zijn gesneuveld. De voorstelling is geheel gericht op de raciale en multiculturele kwesties in het oorspronkelijke stuk. Zo is de zeventiende-eeuwse bard Shakespeare in Dood Paard’s ver- en hertaling toch weer hoogst actueel.
‘Bye Bye’ door Dood Paard. Theater Frascati, Amsterdam, 11 t/m 26 maart. Daarna in Theater Kikker, Utrecht, 30 maart t/m 2 april. www.doodpaard.nl