In het jaar dat schrijver en rapper Pepijn Lanen (38) voor de derde keer vader werd, hield hij een dagboek bij. Vad3r is het verslag van een bewogen én bevlogen tijd. ‘Ik vind álles aan het vaderschap leuk.’
Nieuw terrein
Een dagboek over het aankomende vaderschap – dat zou je misschien eerder verwachten bij de komst van een eerste kind. Maar Pepijn Lanen, bij het grote publiek ook bekend van rapformatie De Jeugd van Tegenwoordig, had al een zoon en een dochter toen hij in 2019 hoorde dat zijn vrouw in verwachting was van de derde.
‘Toch voelde dat als nieuw terrein, alsof het een grote verandering teweeg zou brengen in ons leven,’ vertelt Lanen. ‘In 2016, toen mijn zoontje net was geboren, woonden we in Amerika. Ik schreef geen letter, omdat ik in ons coconnetje wilde blijven. Het was een gek jaar, mede omdat Trump toen tot president werd verkozen – het einde van de ‘oude’ wereld en het begin van de chaos waar we nu nog steeds in zitten.
Achteraf vind ik het jammer dat ik al die tijd niets heb geschreven; al waren het maar honderd woorden per dag geweest, dan was het al een boeiend document geworden over een bijzondere periode. Daarover nadenkend kwam ik op het idee voor Vad3r. Ik besefte dat zo’n zwangerschap ook een mooi, op zichzelf staand narratief vormde. Daar werd ik als schrijver én aankomend drievoudig vader enthousiast van.’
Veranderd
‘Ik ben zo ver verwijderd van wie ik was voordat we ouders werden’, schrijf je. Op welke manier heeft het vaderschap jou veranderd?
‘Dat zit ‘m niet in één ding; ik ben gewoon niet meer dezelfde persoon. Voordat ik kinderen had, haalde ik bevrediging uit kortetermijnpleziertjes, zoals een groot feest of een dure jas. Ik heb lang tegen verantwoordelijkheid aangehikt. Nu staan de doelen die ik wil bereiken in dienst van mijn gezin, om te kunnen zorgen voor wat zij nodig hebben. Ik ben veel meer rekening gaan houden met anderen, maar voel me daardoor ook meer met anderen verbonden. Ik ben me bewuster geworden van mijn plek in de samenleving.
Als ouder word je via je kinderen constant geconfronteerd met karaktertrekken en gedragingen van jezelf, waar je hen ’t liefst voor wilt behoeden. Mijn ongeduld bijvoorbeeld. Een kind is geneigd snel op te geven als iets niet meteen lukt. Het is lastig om ze te leren juist niet op te geven, en dat zelf ook niet te doen. Want als het veters strikken na de zoveelste keer nog niet lukt, denk ik ook weleens: laat maar, we gaan morgen wel verder. Ik probeer geduldiger te zijn.
Dat ik van rol ben veranderd, vertaalt zich ook naar de omgang met anderen. Als ik bijvoorbeeld met jonge of minder ervaren artiesten werk, stel ik me onbewust op dezelfde manier alsof wanneer ik met mijn kinderen communiceer: ‘Maar je lúístert ook gewoon niet, dat is niet wat ik heb gezegd. We beginnen opnieuw.’ Niet dat ik overal nu de vader loop uit te hangen, maar het is een illustratie van het feit dat het ouderschap ook doorsijpelt in de rest van je leven.’
Oergevoel
Wat vind je zo leuk aan vader zijn?
‘Zodra je je baby’tje aankijkt en ruikt, ervaar je een oergevoel – dat valt niet te beschrijven met door mensen bedachte woorden. Vader zijn geeft me grond; ik voel me veel meer verbonden met het verleden én de toekomst. Kinderen grootbrengen voelt heel concreet en logisch; het is voor mij het juiste om mee bezig te zijn. Zelfs de moeilijke momenten vind ik mooi, ook als ik wéér een nacht slecht geslapen heb. Mijn leven draait nu niet meer alleen om mezelf; ik sta ten dienste aan anderen. Dat is een rijk gevoel.’
In je boek lijkt het alsof je drukke gezin zelfs extra focus en drive geven voor je werk.
‘Zeker. Ik ben een luie workaholic. Mijn gezin dwingt me meer structuur aan te brengen in mijn werkdag. Ik probeer mijn creatieve uitingen zo te kiezen dat ik mijn werk zoveel mogelijk thuis of tussen de bedrijven door kan doen. Dit boek bijvoorbeeld heb ik heel vroeg in de ochtend geschreven, voordat mijn vrouw en kinderen wakker werden. Zo hoeft mijn werk niet ten koste te gaan van mijn verplichtingen aan mijn gezin.’
Nieuwe normen
Heeft het ouderschap ook de maker in jou veranderd?
‘Ja, er sluipen nieuwe normen en waarden in mijn werk, doordat ik meer nadenk over in wat voor samenleving mijn kinderen straks leven. Van de opgeheven vinger ben ik niet, ik vind het belangrijk dat mensen in mijn werk kunnen ontsnappen aan de dagelijkse realiteit. Maar ik wil ook maatschappelijke kwesties aankaarten, zoals de ongelijkheid in onze samenleving. Zo schrijf ik bijvoorbeeld in mijn boek over mijn zoektocht naar een ander huis, wat haast onmogelijk lijkt, omdat het huisvesting zó duur is geworden dat je bijna niet meer in staat bent om te leven – en dan verkeer ik nog in de luxepositie dat ik meer verdien dan het minimumloon. Ook van maatschappelijke ongelijkheid op grond van sekse ben ik me de laatste paar jaar bewuster geworden. Neem nou het feit dat aanvankelijk het betaalde mannenvoetbal in coronatijd wel mocht doorgaan, maar betaald vrouwenvoetbal niet. Zó gênant. Ik zou willen dat voor mijn dochters die gelijkheid vanzelfsprekend is.’
Onzekerheid
Hoop je andere jonge vaders laten zien hoe leuk het is om voor kinderen te zorgen?
‘Dat zou zeker mooi zijn, maar ik begon met dit boek vooral omdat ik over mijn eigen angsten en onzekerheden als vader wilde schrijven. Net als veel andere werkende ouders heb ik last van een voortdurend schuldgevoel. Mijn grootste angst is tekort te schieten als ouder, of het nou gaat om het faciliteren van een huis tot het te laat komen op school om mijn kind af te halen. Dat hoort nu eenmaal bij het ouderschap, denk ik, door erover te schrijven kan ik die onzekerheid een beetje loslaten. En ik hoop andere vaders te laten zien dat het oké is om als man over zulke gevoelens te praten.’