Nederlands Dans Theater 1 opent het seizoen met Stage One. Een drieluik zonder huischoreografen Léon & Lightfoot, maar met drie merendeels jonge, avontuurlijke dansmakers.
Muziek is een belangrijke factor in alle drie de balletten. De avond opent met Thin Skin, de ode van choreograaf Marco Goecke aan punkicoon Patti Smith. Cultuurpers recenseerde het stuk vorig jaar (€). De nu flemende, dan schreeuwende zang contrasteert wonderlijk maar fascinerend met het perfecte, razendsnelle danswerk. Jorge Nozal won er de Zwaan voor ‘meest indrukwekkende dansprestatie 2015’ mee.
Walerski’s Hof van Eden
Een ballet zonder verhaal boeiend houden is moeilijk, maar Medhi Walerski slaagt er in Garden uitstekend in. Walerski sloot pas recent een jarenlange carrière als NDT-danser af en hoewel het erfgoed daarvan in zijn werk zichtbaar is, weet hij een eigen, pure vormentaal te treffen. De bedoelde tuin is wellicht de Hof van Eden. In kostuums die naaktheid suggereren, belichamen de dansers pure schoonheid met afwisselende solo’s, duetten en groepswerk. Walerski volgt het romantische Pianokwintet op.14 van Camille Saint-Saëns, maar niet op een voorspelbare manier. Subtiele verrassingen zitten in de dans zelf, in de lichteffecten en in het decor, een eenvoudig doek dat vanaf het toneel als een muur op te trekken of neer te laten is. Met zijn commedia dell’arte-achtige sfeer is Garden danstheater op zijn best.
Shaman
De verwachtingen voor Salt Womb van Sharon Eyal & Gai Behar zijn hooggespannen na hun eerdere, bijna hypnotiserende werken voor het NDT. Salt Womb stelt echter teleur. In het streven naar een ‘overweldigende totaalervaring’ (citaat programmablad) kiezen de choreografen bij de club-beatachtige soundtrack van Ori Lichtik voor volumecategorie ‘gehoorbeschadiging’. De helft van het publiek beleeft de ’totaalervaring’ door het filter van gratis verstrekte oordoppen heen, de andere helft met oorpijn.
De dans boeit helaas onvoldoende om deze irritatiefactor te compenseren. We zien een groep die 26 minuten lang ritmisch op de beats een soort ritueel uitvoert (vrijwillig of gevangen?) en in repeterende bewegingen heel langzaam van vorm verandert. Af en toe treedt een individu buiten de groep. Indrukwekkend zijn Imre van Opstal met haar demonische en toch sensuele moves en Prince Credell, die aanvankelijk als een soort sjamaan de groep lijkt te dirigeren. Na dit veelbelovende begin gebeurt er helaas te weinig meer, ook op psychologisch vlak.
NDT 1 toont zich in Stage One in topvorm en grote verscheidenheid. Jammer dat de afsluiter de eerdere twee stukken zo overschreeuwt.
Gezien: 28 september, Zuiderstrandtheater Den Haag. Tournee tot en met 22 december.