Hoeveel vrouwelijke choreografen ken jij die een avondvullend ballet maken voor een klassiek topballetgezelschap? – Dat dacht ik al.
Voordat ik naar Frida ga, krijg ik bericht dat een Latijns-Amerikaans jonge vrouw is opgenomen in het ziekenhuis. Verlies van veel bloed, en ongeboren kind. Het blijmoedige meisje dat ik ken steekt op WhatsApp zwakjes een duim omhoog vanuit het ziekenhuisbed. Haar man is bij haar en ondersteunt haar. Dat was blijkbaar anders met Diego Rivera, kunstenaar en de man van Frida Kahlo. Die liet het qua huwelijkse trouw nogal afweten. Deze twee thema’s, miskraam en ontrouw, lopen als een rode draad door Frida.
Vrouwen en grote balletten
Grote klassieke balletten maken is iets wat vooral mannen doen. Dat moet vrouwen ook lukken, dacht de pittige artistiek leider van English National Ballet, Tamara Rojo. Zij nodigde Annabelle Lopez Ochoa uit een werk te maken over een bijzondere vrouw. Vervolgens was het de beurt aan artistiek leider Ted Brandsen, maker van het ballet Mata Hari, Annabelle te vragen haar Broken Wings uit te bouwen naar een avondvullende voorstelling.
Het Annabelle-effect.
Dat kan Annabelle. Wereldwijd wordt ze opgetrommeld om succesvolle producties op te voeren. Ze is inmiddels van vele markten thuis, van het prijswinnende A Streetcar Named Desire tot het populaire Last Resistance (review here) met zangeres Wende bij Het Nationale Ballet. Het houdt ook in dat ze een jong publiek weet te trekken. Een bezoekster die in de pauze weg moest in verband met de babysitter, liet weten dat ze hoe dan ook de eerste helft van Frida wilde zien, alleen al om een indruk te krijgen. Het Annabelle-effect.
Liever geen grote verhalen.
Een verhalend avondvullend ballet maken voor een klassiek gezelschap is iets wat veel grote choreografen graag aan zich voorbij laten gaan. Dat het extra moedig is dat Lopez Ochoa de uitdaging aanneemt, wil niet zeggen dat de missie is geslaagd. Wel positief is dat in een klassiek ballet uitgebreid aandacht kan worden besteed aan zoiets als een miskraam. Ik kan als man daar weinig over zeggen maar ik begrijp nu dat een periode na zo’n ervaring, of na plotse invaliditeit, heel donker kan zijn.
Wat beklemmend werkt is dat de voorstelling over het tumultueuze leven van Frida Kahlo in een korset is geperst. De ondertoon is grimmig en gecontroleerd en leest als een infographic in 18 stappen waarin een rijdende box als illustratie fungeert. De persoon waar ik juist sympathie voor opbreng is, of all people, Diego, een verrassende rol van Artur Shesterikov. Hij is de enige die zichzelf is, losjes en ongedwongen. Zelfs hem kun je niets kwalijk nemen, want de arme drommel worstelt ook met verleiding, dat is wat we zien.
De dood en het meisje
Net zo min kun je De Dood hier iets kwalijk nemen. De dansers met skelettenkostuums zijn niet, zoals in De Groene Tafel, de op de loer liggende onvermijdelijke vijand. Ook een politiek statement, zoals in het treffende Ghost Dances met verdwenen slachtoffers van een onderdrukkend regime, ontbreekt in Frida. Waar geklaagd wordt over het weggepoetste politieke leven bij Frida-tentoonstellingen in musea, kan dat klagen hier ook.
Wat overblijft is een balletdrama met mooie muziek van Peter Salem (bekend van onder andere BBC-drama’s), een ritmisch Het Balletorkest, zang van Chavela Vargas op band, en fraaie kostuums, waarbij alles tot aan de laatste gestrekte teen toe is gestileerd. Met een grote veeg had de voorstelling best eens doorbroken mogen worden en hier komt de beperking van klassiek ballet als moderne taal toch naar voren.
Tot slot.
Salome. Of ze vernoemd is naar de Bijbelse danseres weet ik niet, maar de jonge Salome Leverashvili (22) die de rol van Frida met verve vertolkt, kan mannen in vervoering brengen. Net als Floor Eimers, die prikkelend een met hertengewei getooid alter ego van de hoofdpersoon danst. Frida gaat daarentegen helemaal niet over mannen, maar over sterke vrouwen. Tenzij het een met het ander te maken heeft.