Ga, ergens in 2022, als het weer kan, alsjeblieft naar een theater waar je ‘Verdriet is het ding met veren’ kunt zien. Je kunt daar kijken en luisteren naar het fenomenale talent van Jesse Mensah – als hij niet voor die tijd het Songfestival gewonnen heeft – en de magie die aan Jacob Derwig kleeft, ervaren. Vergeet, voor de tijd daartussen, de stream. Al dan niet live. Want magie blijkt niet te streamen.
Van Hugo de Jonge, crisisminister van Volksgezondheid die zelf natuurlijk helemaal niet snapt waarom mensen nu smachten naar kunst, kunnen we een DVD opzetten om in die luxebehoefte te voorzien, terwijl hij de wereld redt. Logisch dat hij dat denkt, er zijn inderdaad dwingender zaken aan de hand dan een avondje theater. We kunnen hem zelfs vergeven dat hij niet weet dat de DVD-speler in de meeste huizen al jaren ligt te verstoffen. Corona bracht ons de gestreamde kunst. Beter dan niks? Sinds gisteren stel ik me die vraag hardop.
Geluksvogels
Vooropgesteld: Verdriet is het ding met veren is prachtig. Alle recensenten die je dat lieten weten, hebben dat in een exclusief theatermoment een maand geleden mee kunnen maken, lucky bastards. Daarom was ik, als zovelen, blij dat er een stream beschikbaar zou komen. Ik had het niet live meegemaakt en hoopte op een wonder. Op eerste pinksterdag zat ik dus klaar met de laptop, hopend op de heilige geest. Ik ervoer vrijwel direct het verschil tussen de zaal en het beeldscherm.
Jacob Derwig is een van de allergrootste acteurs die we hebben. Ik kan het weten, want ik volg zijn carrière al sinds 1987. Wat Derwig zo groot maakt, is zijn vermogen tot transformeren. En wat dat transformeren inhoudt, is dus alleen echt goed te ervaren als je er live bij bent, in dezelfde ruimte als hij. Het gaat namelijk om de grijpbaarheid van het ongrijpbare, de persoon in de kamer die opeens iemand anders is geworden, of iets anders. Terwijl er niets veranderd is. Derwig kan voor je ogen veranderen van een schuchtere schrijver in een psychopaat, of van een rouwende vader in een kraai. Je moet er bij zijn geweest om het na te kunnen vertellen.
Extra stap
Op mijn computerscherm zag ik een afbeelding van de transformatieve kracht van Derwig, en omdat ik hem vaak live heb meegemaakt, kon ik me een voorstelling maken van hoe het in het echt zou zijn. Dat zijn een paar extra stappen die ik als ervaren, professionele kijker kan maken, maar die je van een gewone toeschouwer niet kunt vragen.
Die extra stappen zijn in alle streams die ik de afgelopen maanden bekeek, nodig geweest. Hoe prachtig ook in beeld gebracht, hoe goed het geluid ook is, het blijven plaatjes zonder dat essentiële ingrediënt dat mensen al 2500 jaar naar theaters trekt. Het is dat live element dat film en televisie alleen kunnen compenseren door een overdaad aan realisme, technische trucs als CGI en 3D, maar waar je in een theaterruimte alleen een acteur en een toeschouwer voor nodig hebt.
Afhaalmenu
Is streamen daarom zinloos? Zeker niet, het is een nuttige aanvulling, een fijn extra surrogaatproduct, zoals een afhaalmenu van een toprestaurant een uiterst bevredigend alternatief kan zijn voor het echte ding. Streams zullen blijven, zoals af te halen topmenu’s zullen blijven en daar ben ik blij om. Ze vervangen echter op geen enkele manier de echte ervaring, en kunnen zelfs potentieel publiek doen afhaken, omdat ze geen enkele referentie hebben met de echte ervaring.
Dat geldt zowel voor toprestaurants, als voor toptheater.
Dank voor het mooi verwoorden van wat er aan een live-voorstelling uniek is. Blijft ongrijpbaar, maar de reacties over en weer in de zaal, en wat de uitvoerende teweeg brengt in zichzelf en ons, dat is magisch.
Comments are closed.