Met een vijfhonderd miljoen jaar oud steentje begon Jonathan Harris zijn lezing. IDFA presenteert het eerste internationale retrospectief van deze kunstenaar. Als hoofdgast van IDFA gaf Harris vrijdag de ‘Master Talk’, over zijn leven en werk. Zijn opmerkelijk analoge visie vormde ook de rode draad tijdens de drukbezochte DocLab conferentie van zondag.
Analogique fondamental
Harris, die ooit begon met computerwetenschappen aan Princeton, hield een persoonlijk verhaal, in klassieke ‘coming of age’-stijl. Hij schetst zichzelf als dromerig kind, dat graag notitieboekjes vol tekende en veel tijd in de natuur doorbracht. Later begon hij een steeds groter contrast tussen zijn studie en werk, en zijn menselijkheid te ervaren. In de toelichtingen op zijn kunst werkte Harris langzaam maar zeker naar een punt toe dat je ‘fundamenteel analoog’ kunt noemen.
La sérendipité en danger
Harris noemde het woord nergens, maar serendipiteit is volgens hem een cruciaal onderdeel van wat het betekent om mens te zijn. En juist dat staat nu door oprukkende technologie onder zware druk. Serendipiteit, oftewel: onverwacht iets bruikbaars vinden wat je niet zocht, moet wel voor de uitvinders in Silicon Valley aartsvijand nummer 1 zijn. Heel het streven van de bedrijven die ons leven zo indringend bepalen is er immers op gericht de gebruiker zo efficiënt mogelijk naar de gewenste informatie te leiden.
De persoonlijke gegevens die mensen bereid zijn hiervoor te geven bereikt inmiddels een onbevattelijke omvang. Zowel kwalitatief als kwantitatief weten Facebook en Google beangstigend veel. Data zijn het nieuwe goud, terwijl die investeerders die van een anonieme start-up een grootmacht kunnen maken veelal gewoon bestaan uit oud geld. (Tekst gaat door onder video.)
Charles Eames & Ray Eames, Powers of ten (V.S., 1977, 9 minuten). Uit de top 10 van Jonathan Harris die hij op verzoek van IDFA heeft samengesteld.
De onderliggende kritiek die Harris’ verhaal tot een ronduit zinderende belevenis maakte – Tuschinski hing aan zijn lippen – ligt in lijn met de steeds luidere kritiek op bedrijven zoals Google en Facebook. Met een verhelderende analogie (‘aandacht is een natuurlijke hulpbron, en eindig’) signaleert Harris een grote bedreiging. Als we de almacht van ’the big five’ (Alphabet/Google, Amazon, Apple, Facebook en Microsoft) niet reguleren, dan is de mensheid gedoemd. Met een dataset en een algoritme kun je iedere deeleconomie omver werpen. Noem het ‘disruptie’ en sommige economen juichen je nog toe ook.
Remarquablement spirituel
Harris klonk als een bekeerde profeet, die niet meer begrijpt waar zijn oorspronkelijke enthousiasme voor technologie vandaan kwam. ‘Het menselijk lichaam is de ultieme VR-machine,’ observeerde hij aan het einde van zijn lezing. Voor een kunstenaar die internationaal doorbrak met digitale kunst gaf Harris een opmerkelijk spirituele voordracht. In het nagesprek benadrukte hij geenszins een ultieme uitspraak te willen doen over techniek, natuur of leven. Ieder goeroegedrag is hem gelukkig vreemd. Net zoals je hem ook niet kon betrappen op enig moralisme.
Technologie et mélancolie ?
Met de lezing van Harris nog nagonzend in het achterhoofd woonde ik zondag de jaarlijkse IDFA DocLab conferentie bij. Een dag gevuld met presentaties uit de voorhoede van digitale verhalenvertellers en mediakunstenaars. Opmerkelijk genoeg ontbrak ieder gejuich dat je vaak wel onder techneuten kunt beluisteren. Eerder was er ook hier sprake van een zekere melancholie op het podium.
De artistieke anarchie en het politieke vooruitgangsgeloof uit de vroege jaren van internet is helemaal verdwenen. Die anarchie is kapot gemonopoliseerd door Google en Facebook. Het internet als democratiserend wapen kreeg een sinister gezicht met de mislukte Arabische revolutie, de Brexit en de verkiezing van Trump.
Au bas du cycle de l'engouement
De gespreksleider meende dat veel van de voormalige profeten van internet en technologie nu in de ’trog der teleurstelling’ zitten. Maar voor iedereen die geïnteresseerd is in een mogelijke toekomst voor journalistiek als subgenre binnen ‘storytelling’ bood het panelgesprek toch wel interessante inzichten. Weliswaar heerste ook hier, vooral bij de gespreksleider, de desillusie, maar vanuit de redactie van The Guardian klinkt een opbeurend geluid.
Al in 2006 begon men daar met een laboratorium voor nieuwe manieren van verhalen vertellen. In eerste instantie vooral podcasts, maar inmiddels hebben ze daar zes Virtual Reality producties gemaakt. Waarbij wel werd toegegeven dat het vooral een ontwikkeltak is. Maar een kwaliteitsmedium van nota bene papieren oorsprong dat zo actief en gul met innovatie bezig is, dat verdient applaus. En navolging.
Un virus informatique comme moi
Yasmin Elayat gaf een aantal indringende voorbeelden van de manier waarop men in haar bedrijf de tanden zet in nieuwe, digitale vertelvormen. Zoals een documentaire in ontwikkeling over Amerikaanse veiligheidsdiensten die Iraanse nucleaire installaties met een computervirus onklaar hebben gemaakt. Gebaseerd op feiten. Die documentaire wordt verteld vanuit het oogpunt van dat virus. Ik kan niet wachten totdat deze film te zien zal zijn.
De Chinese kunstenaar Qi Zhao gaf bij alle fraaie presentaties van zijn voorgangers één welgemikt commentaar. De digitale muur om zijn land maakt tal van vanzelfsprekendheden zoals wij die kennen in China onbereikbaar. Geen Instagram, Facebook, Twitter, Dropbox. Gezien de grondtoon van de conferentie is dit misschien wel een zegening in vermomming. Zhao ziet wel veel financiering voor onderzoek naar digital storytelling in China. Het zijn echter geen cultuurfondsen, maar veelal private investeerders, die snel rendement willen zien. Vandaar dat momenteel de voorhoede van Virtual Reality-ontwikkelaars in China zich bezig houdt met VR-applicaties voor restaurants en de makelaardij. Daar zijn snel commerciële toepassingen te realiseren.
Jeu de puissance
Harris is, zoals ook al uit zijn hoofdlezing bleek, ‘sadder but wiser’ teruggekeerd naar analoge expressiemiddelen. Met zijn zeer goed invoelbaar gemaakte desillusie over de koers die internet heeft genomen, wist Harris een rode draad te weven tussen expositie en conferentie. Harris memoreerde aan het moment waarop hij zijn succesvolle blog Cowbird besloot stop te zetten. Vier fnuikende krachten ziet hij werkzaam: Compressie, Inwisselbaarheid, Cureren en Zelfpromotie. Daartegenover zet hij Verdieping, Tijdloosheid, Creëeren en Zelfreflectie als mogelijke antwoorden. Het is maar de vraag of we in dit krachtenveld tussen aandacht en techniek nog op tijd zijn. Een criticus als Evgeny Morozov, onlangs op bezoek in de Balie, meent stellig van niet.
Dat er te vroeg is gejuicht over de zegeningen van internet en verwante technologie wordt steeds meer mensen duidelijk. The Guardian zit hier bovenop, zoals begin oktober, toen men enkele insiders uit Silicon Valley sprak over een naderend ‘smartphone dystopia’.
Pierres se référant à un tout
Gelukkig weet IDFA’s DocLab als curator ieder simplificerend activisme te vermijden: kunst steekt scherper dan politiek. Een razendslimme kunstenaar als Memo Akten weet met zijn installatie en zijn lezing onbehaaglijk genoeg op de verborgen normen en waarden van Silicon Valley te wijzen. Engagement is best served cold.
Onder de vlag ‘efficiëntie’ genieten we van de goedkoopste taxirit en thuisbezorgdienst, en het goedkoopste leenappartement. Terwijl de enorme winst van de verantwoordelijke bedrijven nauwelijks belast naar een steeds selecter gezelschap van superrijken gaat. En de bijbehorende ambachtelijke werelden weggevaagd worden waar we bij staan.
En dat steentje? Als kind verzamelde Harris steentjes met een wit lijntje erop. Die waren ooit onderdeel van grotere stenen, maar zijn door erosie versplinterd tot kleintjes. Harris had er 750 stuk voor stuk uitgeteld voor zijn publiek in Tuschinski. Op zoek naar een zinvol verband, zonder versplinterende internettechnologie. Eentje ligt hier voor me en geeft te denken.
Order, Chaos and Everything door Jonathan Harris, dinsdag 21 november om 20u tijdens DocLab Live in de Brakke Grond, Nes 45, Amsterdam. Tot en met zondag 26 november is aldaar de expositie Uncharted Rituals te zien. Dagelijks van 9u tot 23u, gratis toegang.