Antony Hegarty geeft met zijn pianist en het Metropole Orkest de gelaagde en emotioneel geladen show Cut the World weg. Hij laat zien dat het geen punt hoeft te zijn om meer van hetzelfde te presenteren. Het publiek waant zich ondertussen in het sprookjesbos en eet uit zijn hand.
Het is niet de eerste keer dat de androgyne kindman Antony op het Holland Festival staat. In 2009 gaf hij al een gedenkwaardig concert in Carré, ook met het Metropole Orkest, dat in een mum van tijd was uitverkocht. Na wat opgeruimde mededelingen komt Hegarty onder luid gejuich op. Gekleed in een beige gewaad en zwart tuniek lijkt hij weggelopen uit een negentiende eeuwse gothic novel.
Het emotioneel gedragen stemgeluid en de presentatie van de zanger zijn niets nieuws voor het publiek, maar Hegarty laat zien dat dat geen probleem is. Meer van hetzelfde is in zijn geval niet erg. Hij is zeer goed bij stem, heeft een groot bereik, en zijn timing is perfect. Antony en het Metropole orkest schieten van Johnsons-klassiekers via soms wat geintjes naar nieuw werk.
Na een tintelende cover van Beyonce’s Crazy in Love, waarbij het felgroene laserlicht het toneel in een Efteling-attractie verandert, neemt hij plaats achter de piano. De sprookjesachtige sfeer blijft, en de vrouw met hippe bril achter mij snikt luid. Dat die sfeer zo goed werkt, is overigens ook voor een groot deel de verdienste van het orkest, dat goed op Hegarty ingespeeld is.
Antony maakt een paar keer een valse start of vergeet een stukje tekst. Dat is charmant, omdat hij dan van de gelegenheid gebruik maakt een babbeltje met het publiek te maken. Hij moppert over bezuinigingen, vraagt of er nog wat interessants in de Amsterdamse gemeenteraad is gebeurd en deelt uitvoerig mee dat hij heeft gehoord dat koning Elizabeth van paarden houdt.
De intermezzo’s duren soms vrij lang. Vooral zijn verhaal over paarden, dat ontspoort in een Freestyle zang over paarden die van koninginnen houden en andersom. Het maakt allemaal niks uit, de mensen eten uit zijn hand.
Logischerwijs lijken de bekende nummers als Hope there’s someone de meeste handen op elkaar te krijgen. Maar Hegarty oogst ook veel bijval met een nummer uit The Life and Death of Marina Abramović , een voorstelling die ook te zien is op het Holland Festival en waarvoor hij een aantal nummers schreef. Het lied is nog zwaarder georkestreerd dan de rest, heeft nog meer emotionele lading en komt erg goed over.
Als het tijd is voor het slotapplaus veert het publiek vrijwel meteen als één man op. Antony en de zijnen moeten tot drie keer terugkomen voor een buiging. En terecht, het was een ontroerend optreden.
Reacties zijn gesloten.