In de doorlopende serie interviews met kopstukken uit de Amersfoortse cultuursector interviewde ik D66-wethouder Fatma Koser Kaya. Het werd een geanimeerd gesprek. Vreemd genoeg mag De Stadsbron, de lokale journalistieke site van Amersfoort, het interview niet promoten van Facebook, zo liet de redactie gisteren weten. Onduidelijk is waarom. Hier een fragment, het hele verhaal uiteraard op De Stadsbron:
‘Ik geloof niet in van bovenaf opleggen. Dan wordt het niet gedragen en dan wordt het ook ingewikkelder om te kiezen. Je uiteindelijke keuze moet wel gedragen worden. Dat vind ik heel belangrijk. ik ben ingehuurd door Amersfoort en ik wil dat Amersfoort een brede culturele sector heeft die gedragen en gezien wordt door de samenleving, en die past bij een groeiende stad.’
Hoeveel tijd heeft u daarvoor afgesproken? Vier jaar, acht jaar?
(Ze lacht luid) ‘Daar kan je niets over zeggen, want dat kan democratisch niet. Eerst wordt een Raad gekozen en daarna kom jij aan bod. Je gaan daar niet een voorschot op nemen. Dat vind ik echt niet kunnen, dus uw vraag aan mij is een hele foute!’
Die moet je zo nu en dan stellen. Maar er staat dus wel een stip aan de horizon voor over vier jaar?
Ja, daar ben ik voor ingehuurd.’
Dat er dan meer staat dan er nu staat?
‘Er staat nu al heel veel, alleen moet het versterkt worden, verbreed worden, en de toekomst invulling geven, zodat, of ik hier nu over vier jaar nog ben of niet, die trein wel op de rails is gezet, en dat het begint te rijden, en je weet waar je wilt uitkomen.’
De burgemeester heeft deze stad de meest gemiddelde…
(Slaat op tafel) ‘O, God…’
…stad van Nederland genoemd.
‘Jullie zijn ook niet vernieuwend, he.’
Ik hoorde hem pas net woensdag…
‘Wij zijn buitengewoon in gewoon zijn. We willen voorkomen dat je straks zelf weer iets als bestuur verzint wat helemaal niet gedragen wordt door de bevolking. Misschien zit dat in mijn DNA. Ik zit in een heel andere manier van politiek bedrijven. Het is niet: ‘Wij vragen, u draait’, maar ‘Hoe gaan we datgene wat de stad nodig vindt mogelijk maken’ en daar is inhoud altijd leidend in.’