De Pizza Napolitana gaat niet meer hetzelfde smaken. Mozzarella kan immers van alles zijn. Die verrijking van ons leven hebben we te danken aan De Warme Winkel, het anarchistische theatergezelschap dat door Het Nederlands Kamerkoor werd ingehuurd om hun Holland Festival programma kracht bij te zetten. Dat hebben we geweten. En dat kun je zelf gaan checken, want na die paar – schielijk uitverkochte – optredens op het Holland Festival komt het vast nog elders terug. Op Festival Boulevard, bijvoorbeeld.
Het Nederlands Kamerkoor is wereldklasse, en dat moeten we inmiddels ook constateren van De Warme Winkel. Maar dan anders. Hun twee werelden kunnen niet verder uit elkaar liggen. Die van de klassieke recital en die van de soms wat krakkemikkige tribunes op locaties en in kleine zalen. Dat ze elkaar ontmoeten via de Madrigalen van Carlo Gesualdo is welbeschouwd een match made in heaven. Of in de hel, eigenlijk.
Monster
Carlo Gesualdo (1566 – 1613) was een monster. Maar dan wel een monster dat ons de mooist denkbare muziek heeft nagelaten. Muziek, zo blijkt, die niet eens voor onze oren bestemd was. Hij hield die, net als zijn gruweldaden, graag privé. En wat waren die gruweldaden? Een passiemoord die met iets te veel passie werd uitgevoerd op zijn echtgenote en haar minnaar, plus iets met een baby. En, voor de natuurliefhebbers onder ons, iets met een bos, dat te luid ruiste, en hem daarom stoorde bij zijn heilige componeerwerk. Al schijnt dat laatste dan weer genuanceerd te liggen: hij was vooral bang dat wraaklustige vijanden daar konden schuilen.
Allemaal wikipediafeiten, die we nu opgediend krijgen in de krap twee uur durende voorstelling met de eenvoudige titel Gesualdo. Want dat is natuurlijk wel een beetje het probleem met een historisch fetenverhaal: je kunt de feiten vertellen, de muziek laten horen en dan ben je er wel zo’n beetje. Je kunt de feiten ook uitbeelden, en dat zou in dit geval dus een dracula-achtige horrorfilm opleveren. Je kunt het ook aan De Warme Winkel overlaten en dan krijg je een nachtmerrie.
Afwisseling
Maar dus wel een prachtige nachtmerrie, waarom zowaar nog wat te lachen valt, ook. Het begint een beetje zoals je zou vrezen. We zien Ward Weemhoff, als acteur perfect gecast voor de rol van het doordraaiende genie Gesualdo, een drumsolo geven op een drumset van billen en buiken, die al naar gelang de manier waarop hij ze beroert, lekker kletsen of ‘au!’ roepen. De vrolijke SM-drumsolo wordt weggereden en het koor komt op, doet zijn – onwerelds mooie – ding, koor weg, scene met de acteurs (en veel vleselijkheid).
Deze afwisseling gaat een tijdje door. Zo lang dat je gaat denken dat de acteurs en de zangers elkaar in real life, en zelfs achter de coulissen, nooit zijn tegengekomen, en dat de koorleden zelfs niet eens weten wat die acteurs op dat toneel allemaal staan te doen tussen hun hemelse muziek door. Tot het moment, later in de voorstelling, waarop alles prachtig samenkomt en de banale gruwel van de acteurs moeiteloos aansluit bij de ijselijke goddelijkheid van de zangers.
Ultieme schoonheid
De voorstelling is opgebouwd als een nachtmerrie, waarin beelden terugkomen, herhaald worden, ontaarden. Er zit humor in, en dat is nodig omdat de gruwel en de ook live voelbare pijn anders te erg zou worden. De heilige muziek wordt ontheiligd, maar blijft overeind, net als sommige vleselijke ingrediënten van de voorstelling (iets met pizza’s dus).
Wat ook overeind blijft is het raadsel. Ultieme schoonheid ervaren we vaak op het randje van de dood. Of dat nou de grote dood is, of de kleine, spreekwoordelijke dood, die van het seksuele orgasme. Vinden we Gesualdo’s composities mooi omdat de muziek onmiskenbaar de gejaagde waanzin laat voelen van een monsterachtige moordenaar? Waarschijnlijk. Zoals we ook aan de rand van een peilloze afgrond gaan staan om het mooiste uitzicht te hebben.
Le vent l’emportera
Of waarom ik nog steeds elk werk van Bertrand Cantat (Le vent l’emportera) gruwelijk mooi vindt, misschien zelfs wel mooier omdat je weet dat die gejaagde gekte in zijn muziek ooit leidde tot de moord op zijn vriendin.
We zitten raar in elkaar, en dat laat deze voorstelling, juist door die extreme combinatie van mensen en stijlen, prachtig zien.
Gesualdo is nog te zien: tot 25 juni in het Holland Festival en in augustus in Den Bosch, tijdens Festival Boulevard.