Mijn verhaal over culturele grootverdieners bleek de talk of the town in de cultuursector. Niet publiekelijk, dus vooral achter de schermen, werd ik benaderd. Een van de weinige mensen die zich wel in het openbaar uitte was Henk Scholten. Op Facebook reageerde hij op een column van journalist Aukje van Roessel over de vragen die de Haagse gemeenteraad had gesteld over die grootverdieners, naar aanleiding van dit artikel.
Henk Scholten on Facebook
Henk Scholten ‘Weten jullie hoeveel de directeur van de NS verdient? Ruim 550.000 euro. Ik heb al eerder indirect op de ‘onthulling’ van Ingrid gereageerd, toen richting raadslid Peter Bos. Wat mij in dit hele verhaal het meest verbaast is dat het als onthulling of erger nog onderzoeksjournalistiek wordt gepresenteerd, terwijl in kranten als NRC en Volkskrant regelmatig lijstjes gepubliceerd worden over directiesalarissen van goede doelen, musea, orkesten etc. Wie herinnert zich niet de ophef nav zo’n lijstje dat toenmalig KCO-directeur Jan Raes meer verdiende dan de Balkenende-norm. Het is dus helemaal geen nieuws. Door het in Corona-tijd te presenteren, terwijl de bedragen allemaal over 2018 en 2019 gaan, krijgt het eerlijk gezegd een nogal populistisch tintje.’
‘Wek niet de indruk dat de jaarlijkse loonsom hetzelfde is als een bruto maandsalaris. Zeg niet te gemakkelijk dat directiesalarissen in de cultuur worden betaald door de overheid: zeker bij podia is de overheidsbijdrage gemiddeld lager dan 50% van de begroting. Verwijs niet naar de CAO Theater en Dans als het over podiumdirecteuren gaat want die vallen daar niet onder. Maak geen populistische vergelijkingen met Booking of KLM want die directies verdienen, net.als bij de NS of in andere (semi)publieke sectoren als de zorg, het WO en HBO, de omroep etc (heel) veel meer dan directeuren in de cultuur.’
‘Of mensen een deel van hun salaris (of in mijn geval aow/pensioen) beschikbaar stellen in deze situatie is hun eigen afweging. Ik heb mijn gepensioneerde collega’s opgeroepen dat te doen, maar het is hun eigen keuze. En nogmaals, een debat beginnen over de hoogte van (directie)salarissen in (bijvoorbeeld) de cultuur is natuurlijk volstrekt legitiem, maar of je er juist deze Corona-periode voor moet gebruiken (als je tenminste een debat wilt en geen makkelijk succes) vraag ik me af. Overigens even goede vrienden Ingrid (want daar was je geloof ik bang voor) en als Willemstad te ver is zijn jullie ook welkom in Italie.’
Mijn antwoord aan Henk Scholten
Ik presenteer het nergens als een gedegen onderzoek: ik heb immers geen hoor en wederhoor toegepast. De kop was van Wijbrand Schaap, zoals je weet gaan journalisten niet over koppen. De vergelijking met de KLM of Booking vind ik ook niet heel relevant, behalve als het gaat om het mechanisme van een financieel onbeweeglijke top.
De schroom om publiekelijk te reageren is wel een thema, want ik was bezig met een nieuw verhaal en de journalistieke vragen die ik stelde aan bijvoorbeeld het Nederlands Dans Theater blijven onbeantwoord of komen in de vorm van één ontwijkende zin. Ik schrik (nou ja) wel van het gebrek aan transparantie, meer dan in andere sectoren waarin ik vaak werk. Dat Paul Lightfoot naast zijn artistiek directeurschap van meer dan 100.000 euro met zijn eigen bedrijf ook nog verdient aan het opvoeren van zijn werk en daardoor net onder Balkenende blijft, is ook via andere bronnen op te sporen.
Het gaat me niet zozeer om de getallen maar wel om de verhoudingen tussen overheidsgeld en verdiensten. Benno Tempel van het Kunstmuseum (die met 150.000 euro in de lijst past), wordt in zijn fulltime functie ook nog ‘gedetacheerd’ bij het Escher Museum voor bijna 60.000 euro (2017). Dat geld vloeit terug naar het Kunstmuseum waarmee hij in feite anderhalve baan in 1 baan doet.
Je auto verkopen om je kinderen te kunnen voeden
De onthulling van de salariscijfers had misschien geen intrinsieke nieuwswaarde maar in tijden van corona vind ik het wel degelijk publicatiewaardig en relevant. Ik hoor verhalen over muzikanten die hun instrumenten moeten verkopen, acteurs die hun auto noodgedwongen de deur uitdoen om hun kinderen te kunnen voeden en hun huur te kunnen betalen. Ze vallen onder geen enkele corona-regeling door ‘verkeerde’ criteria. Dus er is iets grondig mis in het hele neoliberale systeem in de cultuur. En er is een hele laag van bestuurders en directies die het systeem mede heeft opgetuigd (ik begreep uit een reactie die ik kreeg dat er instellingen zijn die zich fel hebben verzet tegen de fair practice/pay).
Hoe schrijnend ook: corona is een – door omstandigheden afgedwongen – kans om alles wat niet goed gaat onder de loep te nemen en systemen die niet meer kunnen werken met een lege portemonnee, aan te pakken. Het zou van kracht en leiderschap getuigen om onszelf in de spiegel aan te kijken om te zien wat we zélf kunnen doen voor een gezonde sector. Crisis betekent tijd voor zelfreflectie: wat kunnen we van binnenuit veranderen om als sector te overleven en te blijven floreren?
Willekeurige pech
Ik merk dat er twee reacties van de sector zijn: er moet meer geld bij van de overheid en wij zijn van alle corona-slachtoffers het zieligste slachtoffer. Alle directeuren die ik in het verhaal noem – ze hadden de willekeurige pech om hun jaarverslagen openbaar te maken – zullen hun hypotheken en auto kunnen blijven betalen. De directeur van de NS ook en ja, zijn salaris vind ik pervers (ik geloof trouwens dat ie aan de 4 ton zit). Alleen de reflex dat híj pas veel verdient lijkt verdacht veel op andere grootverdieners als bankiers die zichzelf vergelijken met hun collega’s in het buitenland.
Die argumentatie die menig cultuurmens abject vindt (er gaan hele toneelstukken over), is ook in de cultuursector gaande: waarom mag je geen Balkenende-salaris verdienen als een directeur uit een andere sector hetzelfde verdient? Cultuur noemt zichzelf progressief maar eenmaal aan de top slaat het salonsocialisme toe. Er wordt goed verdiend to de kunst maar niet at de kunst. Het verschil met een gemiddelde bank is echter dat ook een bankmedewerker een goed salaris verdient. In de cultuursector zijn weinig mensen met behoorlijk betaalde banen (en als ze er zijn blijven ze jarenlang hangen in de managerslaag).
Waterhoofd aan belangen- en breancheverenigingen
Zo vond ik het opvallend dat er maar liefst 111 belangen- en brancheverenigingen, koepelorganisaties en federaties bestaan in de cultuursector, al dan niet door externen als ministeries gefinancierd. Er is dus een enorme schil c.q. waterhoofd aan bestuurders die het maken van kunst faciliteert en er vaak een heel goed inkomen aan overhoudt. Zie het als een kerstboom (makers) die wordt opgetuigd met de mooiste kerstballen, engelenhaar en andere versiersels, maar de boom zelf sterft. Die kerstspullen blijven. Voor volgend jaar.
Nestbevuiler
We reageren niet transparant op financiële kwesties of op #metoo-kwesties: we houden op de apenrots de taboes voor onszelf en dat zorgt voor een aantal onfrisse zaken die gelukkig steeds vaker komen bovendrijven.
Ik ben voor nestbevuiler uitgemaakt. Dat ben ik op een bepaalde manier ook en ik kan het me ‘veroorloven’ want net als jij ben ik niet (meer) afhankelijk van de sector. Tegelijkertijd denk ik: het zou van echt leiderschap getuigen als je een dialoog aangaat met mensen die aan de bel trekken. In de cultuursector heb ik nog geen enkele systeembeweging gezien voor een doorstart. Ik vind het een gemiste kans. Van alles bedrijfstakken en sectoren waarin ik me door de aard van mijn werk begeef, is de cultuursector een van de meest sektarische. Vol taboes over geld en over macht.
Nou is er wel hoop voor een post-corona culturele sector. Vandaar hier wat systeem-overwegingen.
Overheidsingrijpen
Hoe lossen we de financiële ongelijkheid in de sector op? De sector zelf blijkt geen krimp te geven. We denken allemaal in bestaande structuren. De top die aan de Balkenende-norm zit, is dat noodzakelijk? Hoe onrechtvaardig is het dat de instellingen die verhoudingsgewijs het meeste zelf verdienen buiten subsidies om (denk aan een filmhuis), eerder zullen sneuvelen dan een zwaar gesubsidieerd gezelschap als Het Nationale Theater?
#metoo en ondermijning
Jong geleerd is oud gedaan dus een vaak ongezonde bedrijfscultuur gaat generaties mee. Niemand die iemand een spiegel voorhoudt of durft voor te houden. Je krijgt geen goede voorbeelden. Ik hoorde een verhaal over een danser die eindelijk de moed verzameld had om een brief te schrijven naar de Raad van Toezicht over ondermijning en handtastelijkheden. Waarop een lid van de RvT zei: ja maar als ik die danseres zie wil je haar toch ook gewoon knuffelen? Ik hoorde een verhaal over een studente die niet in haar eentje over de gang wilde lopen om naar de wc te gaan omdat ze bang was ‘diegene’ tegen te komen die zei: als je niet doet wat ik van je verlang weet ik niet of je je diploma wel haalt.
Een van de manieren om ongezonde macht te breken is doorschuiven. Bij ministeries is het bijvoorbeeld gebruikelijk om ambtenaren te rouleren in het 3-5-7-model. Daarin worden ze gestimuleerd om na drie jaar na te denken over een nieuwe functie en na vijf jaar van functie te veranderen, en uiterlijk na zeven jaar de functie te verlaten. Bij de grote instituten zou die flexibilisering van de managerslaag (soms zitten ze er al tientallen jaren), die ongezonde machtsbubbel kunnen doorbreken. Er komt ruimte voor nieuwe prikkels van ‘buitenaf’. Dit voorkomt een hoop #metoo-perikelen, misstanden en carrières die in de kiem gesmoord worden door ondermijning en een angstcultuur.
Verkokering en tunnelvisie
Om verkokering en tunnelvisie te voorkomen, zou iedereen op een leidinggevende positie verplicht een kijkje buiten de sector moeten nemen. Niet met andere cultuurmanagers samen op leiderschapscursus maar juist buiten de deur kijken. Het werkt altijd heilzaam om te zien hoe het er in andere werelden aan toegaat: loop een traject, een bedrijven-uitwisselingsprogramma mee, volg een cursus buiten je blikveld o.i.d. om van een compleet andere (organisatie)cultuur te leren. Precies zoals een reis maken door een vreemd land je blik verruimt.
We hebben helden nodig die het voortouw nemen. We worden door populisten elitair genoemd, we maken randstadkunst voor de happy few en zoals in elk cliché: er zit een kern van waarheid in. De geest moet open voor nieuwe verhalen en bijbehorende leiders. We mogen niet meer onbeweeglijk zijn.
Supervisory Board
Ik hoop oprecht dat corona een blessing in disguise is voor het systeem waarin we zitten. Gooi structuren om want het geld is er toch niet meer en de makers hebben zich noodgedwongen allemaal omgeschoold. Hou niet alleen maar vast aan wat er was. Grootverdieners: jump eens door het karma van het eigen geldelijk belang.
Ten slotte, Henk. Met die vrienden valt het gelukkig allemaal erg mee hoor. Ze vinden het wel grappig dat ik wat tegen zere schenen schop, vooral mijn vrienden uit de cultuursector. De meesten hebben geen huis in Italië. Veel van hen kunnen het woord pensioen niet eens spellen. Of hebben geen auto om er te komen. Dat gaat me aan mijn hart.