Het is altijd fijn om te weten dat er iemand op je wacht. Bedrijven die zeldzame dingen aanbieden, ambtenaren die zeer gewilde stempels te zetten hebben, allemaal hebben ze hun geluk en hun inkomen te danken aan mensen die op hen willen wachten. Het wachten zelf is natuurlijk ook iets waar je een leven omheen kunt bouwen. Er zijn mensen wier huwelijk zou stranden als ze niet hun dagelijkse uurtje file in de avondspits zouden hebben als afkoelingsperiode tussen werk en thuis.
Marleen Scholten is een begenadigd actrice, en nu ook een bekroond toneelauteur. In Milaan, waar ze inmiddels de Italiaanse divisie van de internationaal opererende acteursgroep Wunderbaum vormt, won ze een toneelschrijfprijs voor haar tekst La Codista, gebaseerd op het levensverhaal van een man die van het namens anderen in de rij staan zijn werk maakte. De monoloog is nu te zien in het Holland Festival, en het is een aangenaam uurtje lichte vervreemding.
Vertrouwen
De ‘rijstaander’ die Scholten speelt, gedijt bij de bureaucratie die in Italië nog net wat meer tot volkskunst is verheven dan hier, waar het nodeloos wachten tot je de verkeerde papieren bij je blijkt te hebben vooral weggelegd is voor mensen die van buiten komen. Ze vertelt hoe het na de kredietcrisis een beroep werd dat ze voor zichzelf schiep, en hoe dat werk inmiddels door vele honderden Italianen beoefend wordt. Dit is allemaal gebaseerd op de realiteit, waarin de echte uitvinder van het rijstaan ook regels opstelde voor de beroepsgroep, die vooral gaan over vertrouwen.
De vrouw die Marleen Scholten neerzet, doet haar best dat vertrouwen gestand te doen, maar iets in haar toon, houding en gestiek vertelt je dat ze daar best veel moeite mee heeft. Het is een subtiele onderlaag in het stuk, die het wachten op de climax draaglijk maakt.
Wat die climax is, is niet leuk om weg te geven. Hier volstaat te zeggen dat de wereld door al dat wachten en al dat vertrouwen mogelijk niet echt veiliger wordt.