Paul McCartney had – zo blijkt uit Philip Normans biografie (2016) – als ondernemende muzikant een mooie extra inkomstenbron ontdekt: de muziekrechten van collega’s. Hij kocht de rechten van anderen op en het geld stroomde binnen. Vriendschappelijk en naïef tipte hij Michael Jackson om hetzelfde te doen en jawel, tot zijn schrik waren enkele jaren later muziekrechten van The Beatles eigendom van Jackson. De sociale en charitatieve verdiensten van McCartney komen in de biografie goed uit de verf. Maar bij biograaf en muzikant lijkt er een blinde vlek voor de bedenkelijke kanten van handel in rechten.
Diezelfde blinde vlek maakt de maar liefst twee artikelen (achter betaalmuur) van Mark Koster over de business in muziekrechten in NRC van 6 augustus 2022 onevenwichtig. Hij beschrijft een geweldige handel: goede perspectieven, miljoenen in het verschiet, een kwestie van opkopen en incasseren. Misschien nog een of meer investeerders erbij halen. En even later je winst uittellen. Alsof de oorspronkelijke creatieve bron van deze handelswaar niet meetelt. Alsof de immateriële waarde van het verhandelde in het niet verdwijnt bij de waarde in euro’s of dollars. Alsof er geen codes in ontwikkeling zijn voor fair practice, fair share en fair pay. Alsof niet alle werkers in de keten wel wat extra zouden mogen delen in megawinsten. Alsof er niemand in de afgelopen tijd heeft gewezen op de grenzen van het superkapitalisme dat zich ontwikkeld heeft.
De goede uitgevers namen en nemen altijd hun verantwoordelijkheid: zij financieren inhoudelijk sterke, maar commercieel minder succesvolle producties met de winst van successen. Voor deze ondernemers in muziekrechten zou dat zeker ook de leidraad moeten zijn. Financier er muziek mee!
Het verhandelen van auteursrechten hoeft geen taboe te zijn. Maar houdt durfinvesteerders op afstand. Laat in je gedrag zien dat het om cultuurproducten gaat. Houd inkomens- en vermogensverschillen tussen de oorspronkelijke auteurs, de medewerkenden aan de productie, andere – minder succesvolle – auteurs en de eigenaar van de rechten binnen de perken. Betaal vanuit de winsten mee aan een economisch gezonde en inhoudelijk sterke creatieve sector.
De weg hierheen is ongetwijfeld – zoals de Beatles zongen – ‘a long and winding road’. Zo nodig moet wetgeving deze weg maar asfalteren en de artiestenwereld tegen zichzelf beschermen.