Even voor het einde van de voorstelling stapt één van de muzikanten naar voren, waarna een collega vertelt: hij sterft binnenkort, uitgezaaide blaaskanker. Waarop het slachtoffer de onheilstijding zelf bevestigt.
Wie er mag tekenen voor deze apotheose laten we vanwege de spoiler in het midden. Het gekke is, er gaat na deze mededeling geen vreselijke schokgolf door de goed gevulde Leidse Schouwburg op deze zondagmiddag. Het hoort erbij, lijkt het, hoe serieus ook.
Want we hebben dan net anderhalf uur geluisterd naar verhalen over ontsnappingen aan een wisse dood door zes oude muzikanten en theatermakers: vijfvoudige hartaanval (Toon Agterberg), val van de trap met gebroken nek (Rob Boonzajer Flaes), ongeneeslijke leukemie (Eddie Wahr), een levercirrose na junkiebestaan (Kees van der Vooren), tot zelfs een val in ravijn met coma en bevriezing tot gevolg (pianist Paul Rhenen). Met als ‘dissonant’, tenslotte, accordeonist Terts Brinkhoff die zich drie keer een ambulance alarmeerde voor wat slechts hyperventilatie bleek te zijn.
Onregelmatig
Het bonte gezelschap van vrienden die de dood in ogen hebben gezien toert onregelmatig langs theaters. ‘Tijdens de coronatijd kwam ik op het idee om dit te beginnen, we hadden toch niks te doen. We kropen bij elkaar, gingen verhalen vertellen en vooral muziek maken. Zo groeide een programma van anderhalf uur’, vertelt Rob Boonzajer na afloop van de Leidse voorstelling. Alvorens het sextet in twee busjes met hun achttien instrumenten de reis terug naar Noord-Holland ondernemen.
Voorstellingen voor een volgend seizoen boeken hebben ze maar niet gedaan, want de kans is niet zo groot om nog in deze samenstelling op toneel te staan. Tot de fatale mededeling aan het einde denk je gaandeweg dat dit gezelschap na zoveel medisch geluk het eeuwige leven aan de kont heeft hangen. Niet dus.
En dus moet dit verhaaltje er komen. Ter nagedachtenis aan deze mannen, hun verhalen, maar bovenal hun intens gespeelde muziek. Ze tonen wat we al weten van de oudjes die na een ruig leven tot op hoge leeftijd de sterren van de hemel spelen, van Keith Richards tot Dolly Parton.
300 jaar
Of, in de woorden van Adriaan van Dis over De Navertellers: ‘Klagen doen ze niet. Nee, ze zingen en spelen het gips van het plafond ondanks hun half geheelde botbreuken, chemokuren en pillen. Ik keek en luisterde met open mond, en raakte vooral ontroerd.’
Prachtige naam ook, ‘De Navertellers‘, samen goed voor ruim 300 jaar podiumervaring. ‘Overlevers’ lag zo voor de hand, maar nee, ze waren bijna dood. Dankzij het idee van Rob Boonzajer – ook gezegend met een prachtige droge humor – kunnen ze het ‘nog navertellen’.
Aan ons, die moeten weten, het einde nadert. Maak er wat van, nu het nog kan!