Nog voor het welkomstapplaus zaterdag 23 april in het Zuiderstrandtheater is verstomd, begint pianist Manuel Sanguino aan de Partita BWV 826 van Bach. Kristalhelder klinken de parelende loopjes in zijn rechterhand, terwijl hij met zijn linkerhand al even soepel de contrapuntische tegenstemmen vormgeeft. Ook de snellere passages zijn prachtig gefraseerd en noot voor noot te onderscheiden. Sanguino is een van de acht finalisten van het 49e Prinses Christina Concours.
Ondanks kleine oneffenheden laat de 17-jarige kandidaat de zon stralen over de virtuoze Sinfonia, om vervolgens meteen in de diepe melancholie te duiken van de Sarabande. Zijn fluweelzachte toucher doet je de adem inhouden, maar dan stort hij zich alweer vol overgave op de totaal andere klankwereld van Prokofjevs Sarcasmen. – Opnieuw zonder acht te slaan op het applaus.
Sanguino is zó gretig dat de nuances er ook in dit stuk weleens bij inschieten, vooral in de razendsnel herhaalde patronen in de lage registers. Maar hij is een ras performer die helemaal ín de muziek zit. Hij besluit Sarcasme nr. 3 met een triomfantelijk wegwerpgebaar: zo, die zit! Hij ademt muziek en vanwege zijn karaktervolle en eigenzinnige interpretatie vergeef je hem graag die paar slordigheden.
Als persjury – naast mij bestaande uit Aad de Been, Maartje Stokkers, Mark Brouwers en Makira Mual – zijn we er dan ook snel uit. Meteen al in het eerste stemrondje komt de Dominicaans-Nederlandse pianist als eerste uit de bus. Niet vanwege technische perfectie – daar kan immers aan gewerkt worden, hij studeert piano bij Mila Baslawskaja aan het Conservatorium van Amsterdam – maar vanwege de totale inzet waarmee hij de muziek tot leven wekt. Vier jaar geleden won hij als saxofonist al een eerste prijs en inmiddels studeert hij ook orkestdirectie. We gunnen hem de persprijs zodat hij zijn vleugels nog verder uit kan slaan.
Ook de overige zeven finalisten musiceerden op zeer hoog niveau. Verrassend dit jaar was de gevarieerde repertoirekeuze, met onder andere On Colour voor cello solo van Theo Verbey (gespeeld door Florianne Remme) en de Ballade voor fluit solo van Frank Martin (gevoelvol uitgevoerd door Teresa Costa). Dit jaar waren er slechts drie pianisten en niet één violist, ook wel eens fijn. Een fagot ontbrak weliswaar, maar daarvoor hadden we wel fluit en hobo (Maria Eugenia Pedano) én een accordeon (Johan Wiersma).
Johan Wiersma werd door de vakjury beloond met een Eerste prijs, net als de cellist Caspar Westerman, de pianist Mischa van Tijn en de cellist Alexander Warenberg. Warenberg kreeg met zijn zeer volwassen vertolking van Tsjaikovski’s Pezzo capriccioso ook de publieksprijs.
Zoals altijd werden de prijzen uitgereikt door Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Christina – door de presentator aangeduid als ‘die mevrouw hier naast mij’.
Het complete overzicht vindt u here.
De finale werd opgenomen door Omroep Max, die op dinsdag 26 april een selectie uitzendt op Radio 4.