Het theaterproject ‘Snorder‘ begon ooit als de soap waarmee de lange avonden op het festival Hollandse Nieuwe werden afgesloten. Een festival voor nieuwe toneelschrijvers, eerst in theater Cosmic, later in MC. Beide Amsterdamse theaters bestaan intussen niet meer, Hollandse Nieuwe ook niet. Maar regisseur John Leerdam en zijn crew hebben nu de ruimte gekregen voor een revival in de Balie te Amsterdam.
Je krijgt wat je verwacht. De setting – een illegaal taxibedrijf in de Bijlmer – straalt al slapstick uit voordat er een woord is gezegd. Scherpe teksten van Jenny Mijnheimer, Manoushka Zeegelaar-Breeveld, Paulette Smit en Robert Vuijsje. Een bijna griezelig soepele soundtrack van DJ Love Supreme. En een kakafonie van Surinaamse, Antilliaanse, Hollandse, Indische en andere acteurs. Een echte soap dus. Vakkundig en op tempo. Met een verhaallijn die alles en iedereen in beweging houdt maar die er eigenlijk totaal niet toe doet. Grappen, dansjes, kostuums, gooi- en smijtwerk – je wil het, je krijgt het.
Maar je krijgt nog meer. Nog veel meer. Deze acteurs weten allemaal hoe je de karikatuur van een typetje moet spelen terwijl je laat zien dat je weet hoe je de karikatuur van een typetje moet spelen. En daarmee wordt het gevaarlijk, want dit is een soap vol stereotypen over een stad vol stereotypen. En die worden stuk voor stuk breed lachend ontmaskerd en aan gort gespeeld: Snorders zijn zwartwerkers; zwartwerkers zijn Polen; dus is er ook een Poolse snorder. Die vrolijk meedraait tussen de voluptueuze dames, nichten op hoge hakken, militante strijdsters en macho’s met bling-bling en een klein hartje.
Maar de zwarte Pool heeft een vriendin. Die uit Polen op bezoek komt en geschokt is dat hij moet werken voor zwarten. Waarop die haar uitmaken voor racist. En haar voor de voeten werpen dat blanken nooit worden gediscrimineerd. Waarna zij ze fijntjes herinnert aan de Tweede Wereldoorlog en alle blanken die toen de discriminatie van Nazi’s en Sovjets niet overleefden.
Snorders en Nazi’s, Polen en Black Power? Dit is een soap op het scherpst van de snede. Die in een uurtje alle brandende kwesties bij elkaar veegt die we normaal gesproken liever elk in hun eigen vakje bewaren, als salades in de supermarkt, om de zaak in godsnaam overzichtelijk te houden.
Maar het leven in een stad is niet overzichtelijk. Zeker in de schaduw van het dagelijks leven, waar de stereotypen pijn doen, houdt de ene discriminatie de andere in stand. Wil je die ontmantelen, dan moet je de categorieën ontstijgen en het geheel overzien: een stad waarin alles met alles en iedereen met iedereen te maken heeft.
In afwachting van de werkelijk grote geesten die dat kunnen hebben we Snorder. Kom naar Amsterdam, ga kijken. Nog één keer in de Balie, op 25 april, want daarna is het over. Deze instantproductie met telkens zeker vijftien betrokken toptalenten werd met weinig geld gemaakt. Totdat iemand serieus wil honoreren dat zoiets als Snorder de stad uit zijn eigen kakafonie tevoorschijn kan toveren moeten we wachten op een vervolg.
nog te zien: 25 april, de Balie