Viktorien van Hulst (Boulevard): ‘De drempels zijn laag maar de lat ligt hoog’ #TFBoulevard

Overal in Den Bosch wapperen Boulevardvlaggen in de zon. Het kantoor van het 32 jaar jonge Theaterfestival Boulevard op de Sint Josephstraat is een kluwen van mensen die in en uit lopen. De stralende directeur, Viktorien van Hulst, heeft wallen onder haar ogen zoals een festivaldirecteur die drie dagen voor de opening hoort te hebben.

Theaterfestival Boulevard is een van de gelukkige winnaars van subsidie in de vierjaarlijkse ronde van het Fonds Podiumkunsten. Een mooie opsteker, die pas drie dagen voor de opening van deze editie bekend werd. Tijdens ons gesprek was nog niet bekend of Theaterfestival Boulevard dat geld zou krijgen van het Fonds Podiumkunsten. (NB: Als u dit leest wel!) Daarom had de directeur voor haar openingsspeech donderdag 4 augustus een A- en een B- versie in de la liggen. Het is iets wat erbij hoort, in dit vak.

Even juichen

”Boulevard werd voor het afgelopen kunstenplan positief beoordeeld maar viel nét onder de ‘zaaglijn’. Wij hebben het gered dankzij het nieuwe Brabantse fonds Brabants C, het Jheronimus Bosch jaar en de eenmalige reparatie-budgetten van de Tweede Kamer. Maar de festivals zijn vier jaar geleden onevenredig hard gekort. Natuurlijk zal ik even juichen als wij het nu redden, maar ook weer niet. Want dat betekent dat een ander goed functionerend festival uit het bestel wordt geduwd.

Als festivals overleggen we met elkaar en zijn we niet concurrerend. De collega’s doen het ook heel goed. Ieder festival is geworteld in een andere omgeving en legt haar eigen accenten. Sommige voorstellingen wisselen we uit. Maar het meeste is nergens anders te zien. De grote kracht van festivals in het algemeen is hoe wij publiek en makers met elkaar in contact brengen. Mensen proberen makkelijk iets nieuws, ze zien vaak meerdere voorstellingen. Makers zijn blij met de publieksinteractie, die op een festival heel anders is dan bijvoorbeeld in een schouwburg.”

Wat is Boulevard voor festival?

‘“Wij zijn breed en toegankelijk. Wat iets anders is dan makkelijk. Er is voor een groot publiek een heel divers aanbod. We hebben aparte brochures voor jeugdtheater, laagdrempelige voorstellingen, ‘complexe’ voorstellingen en ook een programma voor mensen die niets te besteden hebben. Er is ook aandacht voor doven en blinden en mensen die in een rolstoel hebben. Sowieso vind ik het gastheerschap dat je als festival hebt heel belangrijk.

Welkomstzin

Wij zorgen graag goed voor ons publiek. Samen met onze 300 vrijwilligers hebben we pas nog een welkomstzin in gebarentaal geoefend. Wat de inhoud betreft: we hebben voorkeur voor zinnelijk werk en sterke visuele beeldtaal, dat klopt in zo’n van oudsher katholieke omgeving. Zuidelijke en Vlaamse makers voelen zich hier ook echt thuis. En verder heb ik een voorliefde voor makers die de grenzen van de theaterdiscipline onderzoeken.’

Naar welke voorstelling kijk je het meeste uit?

‘“Ik kijk uit naar al die geweldige voorstellingen die het publiek hier kan gaan zien, bijvoorbeeld Zvizdal van Berlin in coproductie met het Zuidelijk Toneel. Ik kijk uit naar ons tweede festivalhart en persoonlijk heb ik ook heel veel zin in de slotdag. Dan gaan we met de Franse kunstenaar Olivier Grossetête de in 1584 afgebrande toren van de Sint Jan herbouwen op de Markt met kartonnen dozen”.’

Je doet dit nu anderhalf jaar, heb je al een eigen stempel op het festival kunnen drukken?

‘“Dit is mijn tweede editie. Mijn voorganger Geert Overdam heeft me alle ruimte gegeven door geen erfenis van lange termijn afspraken achter te laten. Dat tweede festivalhart, dit jaar niet in het Mariapaviljoen maar hier in het Sint Josephkwartier, dat is echt iets van mij. In iedere ruimte en gang staan voorstellingen die een actieve publiekshouding van bezoekers vragen. De ontmoeting tussen maker en toeschouwer staat centraal. Lotte van den Berg gaat weer in gesprek met publiek, met een nieuwe techniek. Anna van der Kruis vraagt individuele bezoekers naar hun kunstervaringen. Dit festival is een ontmoeting, een uitwisseling met alle partijen.”’