Vandaag heeft het International Film Festival Rotterdam bekend gemaakt dat directeur Rutger Wolfson na de editie 2015 het stokje overdraagt.
Over zijn besluit zegt Wolfson in het persbericht: “Acht jaar is lang om een belangrijk filmfestival te leiden en met de 44ste editie, die heel sterk wordt, heb ik alles bereikt wat ik wilde bereiken. Samen met mijn gezin heb ik besloten dat het dan het juiste moment is om mij terug te trekken en een ander de unieke kans te geven het festival verder de toekomst in te leiden.”
Op zoek dus naar een opvolger, wat in het verleden niet altijd eenvoudig bleek te zijn. Hier alvast drie puzzels waar de nieuwe vaandeldrager zich het hoofd over kan breken.
1. Aantrekkingskracht
Het festival zit ingeklemd tussen Sundance en Berlijn, geen benijdenswaardige positie. Heeft het nog wel genoeg aantrekkingskracht om filmmakers voor Rotterdam te laten kiezen als premièreplaats, in plaats van een van die andere twee? Ik heb sterk de indruk van niet. De klacht dat er te weinig bekende filmmakers opduiken horen we steeds vaker. Deels niet terecht. Zo had ik er vorig jaar nog een één op éen interview met het Koreaanse fenomeen Park Chan-wook naar aanleiding van zijn eerste Amerikaanse film Stoker. Maar of we op het volgend festival Tim Burton tegenkomen betwijfel ik.
2. Overvloed of overdaad
IFFR is het grootste culturele evenement van Nederland, maar is het daarmee ook het meest spraakmakende? Een bekende klacht is dat je in die overvloed aan films verdrinkt. Dat is waar. Ook is het waar dat er zoveel draait dat er altijd wel iets verrassends opduikt. En ook veel dat teleurstelt. Eigenlijk kan je met Rotterdam te veel kanten op. Is er wel een brutale visie die uitnodigt tot discussie en controverse? Vorig jaar luchtte de Britse filmjournalist Neil Young over een en ander op gemotiveerde wijze zijn hart in een artikel in het webtijdschrift Indiewire.
3. Tijd voor nieuwe brutaliteit
De eerste titels die het festival onlangs onthulde waren onder andere Timbuktu van Abderrahmane Sissako, Big Eyes van Tim Burton en Phoenix van Christian Petzold. Veelbelovend. Maar wel allemaal titels die al een Nederlandse distributeur hebben en binnenkort worden uitgebracht. Is dat het spraakmakende nieuws waarmee het festival ons wakker wil schudden?
Zulke voorpremières waren er altijd al, en nu heeft Rotterdam aan dat onderdeel een naam gegeven: Limelight. Maar zitten we op zulke cosmetische veranderingen te wachten, of snakken we naar cinema die echt nieuw is en opzien baart?
Ik herinner me de tijd (lang geleden) dat het Rotterdams festival nog klein en handzaam was. Maar wel keek je daar ademloos naar de opwindende nieuwe Duitse cinema, en kon je in het voorbijgaan Fassbinder, Wenders en Herzog tegenkomen. Ik pleit niet voor nostalgie, maar dat gevoel zou ik graag terugzien.