De 62e Berlinale opende vanavond met Les adieux à la reine van Benoït Jacquot, een Frans kostuumstuk dat zich niet aan de regels houdt. De jurken die de bedienden van koningin Marie Antoinette dragen worden vies en een van de hoofdpersonen struikelt in haar haast en gaat tweemaal languit. Als de film begint schrijven we 14 juli 1789, en de Bastille is zojuist bestormd. Berichten over het volk dat tot schrik van Lodewijk XVI en zijn gevolg niet meer genoegen neemt met brood maar macht wil en een lijst van 283 af te hakken hoofden heeft gepubliceerd sijpelen langzaam die wereldvreemde werkelijkheid van Versailles binnen. Het hof raakt in chaos en het decorum brokkelt zienderogen af.
Op de eerste persconferentie had juryvoorzitter Mike Leigh gesteld dat je op dit festival geen films kan zien zonder te denken aan wat er vandaag in de wereld gebeurt. Daarmee doelde hij ongetwijfeld op de politieke kleuring die de Berlijnse selectie soms heeft, maar je kan ook overdrijven. Na de persvoorstelling van Les adieux bracht een van de vraagstellers gelijk maar de Arabische Lente ter tafel, maar daar konden regisseur Jacquot en hoofdrolspeelster Diane Kruger (Marie Antoinette) toch niet zo veel mee. Natuurlijk is machtsmisbruik altijd een slechte zaak en blijven we door de geschiedenis heen dezelfde fouten maken, aldus een beleefde Kruger, maar je begint niet aan de film met zo’n bedoeling in je achterhoofd.
Vooral dus een onorthodoxe uitbeelding van de paniek in Versailles, met een energieke cameravoering en een acteerstijl zonder formaliteiten, inderdaad alsof het mensen van vandaag zijn die door Jacquot worden betrapt. Alles voor een belangrijk deel gezien door de ogen van de jonge vrouwelijke bediende die de taak heeft de koningin voor te lezen. Het is apart en met verve neergezet, maar is het ook genoeg? Les adieux is een openingsfilm waar niemand zich een buil aan kan vallen, maar die ook niet veel tongen los zal maken. Zelfs niet de suggestie dat Marie Antoinette mogelijk lesbisch was, toch wel een aardig nieuwtje. Als hoofdpersoon had ze sterker kunnen zijn, en dat geldt ook voor de voorlezende dienster.
Wel een sprekende illustratie van de opmerking van Mike Leigh is In the Land of Blood and Honey – volgende week in de Nederlandse bioscoop. Het is het grimmige regiedebuut van blockbusteractrice Angelina Jolie. Niet het makkelijkste debuut, want een fel protest tegen het feit dat de wereld nog niet zolang geleden vier jaar lang wegkeek van de gruwelijkheden in voormalig Joegoslavië. Moedig mag je het zelfs wel noemen, al valt er op deze als speciale voorstelling geprogrammeerde film nog wel het een en ander af te dingen. De horror wordt zo rechtlijnig geëtaleerd dat het zijn doel voorbij dreigt te schieten en hetzelfde kan gezegd worden van de etnisch gemengde love-story waarbij bedoelingen en geloofwaardigheid elkaar nogal in de weg zitten. Maar goed, Angelina Jolie komt de film persoonlijk aan het publiek presenteren en daarmee heeft Berlijn de eerste Amerikaanse ster al binnen.
Met ieder vier films zijn zowel Frankrijk als Duitsland dit jaar stevig vertegenwoordigd in de competitie om de Gouden Beer. Zou Mike Leigh hier een analogie kunnen bespeuren met de dominante rol van die landen in de Europese politiek? De Frankfurter Allgemeine greep intussen het festival aan om de vraag op te werpen of de Duitse film nog wel radicaal genoeg is. Allicht valt daar over enkele dagen meer over te zeggen.
Leo Bankersen