Aanrandingen en tenslotte verkrachting van een 14-jarig meisje door een bonkige veearts. Een gezellig avondje schouwburg is anders, tot het applaus van deze wellicht (wederom) beste Nederlandse toneelvoorstelling van het jaar je verlost van de barre worsteling.
Auteur Marieke Lucas Rijneveld en regisseur Ivo van Hove benadrukken dat zowel de 49-jarige veearts Kurt en zijn gunsteling, de boerendochter, zwaar getraumatiseerd zijn. Beiden hunkeren naar liefde en zijn aanvankelijk en lange tijd niet te bestempelen als dader en slachtoffer.
Het boek Mijn lieve gunsteling heb ik niet kunnen uitlezen, noch m’n tienerdochter die zondag mee toog naar de Stadsschouwburg in Amsterdam om de middagvoorstelling te genieten. Bijna drie uur aaneen zittend op de te nauw bemeten zitplaats in de Rabozaal is er geen ontkomen aan. Normaliter bezorgt een kwaaltje me na een uur pijn, nu niets.
Geweldige acteurs
De oorzaak: een fenomenaal goed toneelstuk van Internationaal Toneel Amsterdam. Ondertussen passeerden al loftuitingen aan het adres van ITA-debutant Eefje Paddenburg (23): ‘voortreffelijk’ (in Trouw), ‘glansrol (in Volkskrant) en ‘een klein wonder’ (in NRC). Fenomenaal is Eefje inderdaad, van uitbundig hunkerend naar liefde en geborgenheid tot vertwijfeld zoekend naar een uitweg uit het trauma van haar overleden broertje. De sprankelende, nog nooit in een Nederlands toneelstuk gehoorde slotzang verraadt haar jeugd bij het lokaal florerende Kleynkoor en theateropvoeding in Noordwijk en creatief gezin Paddenburg met de eveneens acterende broer Joep en zus Ilke.
In Ilke Paddenburg, 12 jaar ouder en steeds sterker acterend in topstukken van ITA, vindt Eefje een mentor. Ook is ze nu door een intimiteitscoördinator ondersteund. Tevoren stuurde ITA aan bezoekers een waarschuwing over de aard van de voorstelling met verwijzing naar het Centrum Seksueel Geweld. Niemand bleef of liep weg zondag, evenmin schreeuwen van ontzetting; louter door de snijdende stilte heen was er hier en daar gelach hoorbaar van toeschouwers die zich met hun ongemakkelijke gevoel geen raad wisten.
En Hans Kesting als veearts Kurt (koosnaam van het meisje, van Kurt Cobain van de door haar bewonderde club van 27) is opnieuw magistraal, heb m’n bewondering voor hem hier eerder geuit als ‘ongeëvenaard acteur’. (‘Beste’ is een kwestie van smaak, rol en regie.) De diepe pijn van een jeugd met misbruik en mishandeling door moeder draagt Kurt zo krachtig over in zijn pedofiele lusten dat je als toeschouwer behalve afschuw begrip krijgt; wat je niet wilt, evenmin als je kennis bevestigd zien dat misbruik onuitroeibaar is door overdracht van generatie op generatie.
Van tederheid naar misbruik
Mijn Lieve Gunsteling is geschreven vanuit de veearts. Marieke Lucas Rijneveld: “Tijdens het schrijven werd ik die man voor mijn gevoel… Ik heb geen misbruikverhaal willen schrijven, omdat de situatie ingewikkelder is. Hij moet beter weten als volwassene, maar die liefde is zeker wederzijds. Hij is niet alleen maar een nare man, een dader; dat heb ik willen laten zien. Ik wilde dat je van beide kanten kan begrijpen wat hen drijft. Hun verlangens, het onvoorwaardelijk van elkaar houden. Over goed en kwaad. Het is niet zwart-wit.”
Beiden zijn op zoek naar een uitweg uit hun hel: het meisje van de boerderij waar ze met haar intense gevoelens en verlangens geen kant op kan; de veearts uit een vals leven van een verkeerd huwelijk, weggestopte jeugd en de nare kanten van zijn beroep zoals geruimde veestapels en zelfmoord van boeren.
Van Hove daarover: “Het pijnlijke is dat wat oorspronkelijk, zowel voor het meisje als voor Kurt, een intieme, tedere en helende band lijkt, een seksuele en destructieve obsessie wordt, die niemand in de directe omgeving wil zien. Marieke Lucas Rijneveld laat deze geheime, verboden liefdesgeschiedenis in ongelofelijke, kleine stapjes ontsporen. Pas naar het eind van het verhaal wordt duidelijk hoe totaal en misdadig de grensoverschrijding is.”
Kritiek op Van Hove
Of Ivo van Hove en scenarist Jan Versweyveld de worstelingen van beiden gulzig en uitputtend tonen in intense erotiek vanaf het eerst moment of in ‘kleine stapjes’, is aan het oog van de individuele kijker. Hun wederom prachtige decor biedt stro over de hele vloer, levende koeien Dora en Trix, wolkendekken, spiegels; effecten variëren van kletterende regens tot vallende pek. Dat laatste overspoelt de moeder van Kurt, een prachtige rol van Katelijne Damen die ook Kurts echtgenote Camilla speelt. Idem dito voor Bart Slegers als boerende vader die het verlies van zijn zoontje drenkt in zwijgen, louter onderbroken door godsdienstwaanzin en waarderend gemompel van weg gelepelde ‘aardolpols’.
In feite zijn deze bijrollen een soort hoofdrollen gezien de diepe betekenis van het doorgegeven lijden in onmacht; dat verleden van Kurt en moeder komt uitbundig in beeld, dat van de vader van zijn ‘verloren’ dochter slechts beperkt. Evenzeer is de zoon van Kurt, ook zijn ‘concurrent’ als tijdelijk lief van de boerendochter (Achraf Koutet) een rol met minder betekenis dan in het boek.
Slegers past in zijn tweede rol als Freud in het geheel. Hem als Hitler laten opdraven is een door sommigen wellicht gewaardeerde grap. Net als het opzichtige dwepen van het meisje met 9/11 en een filmpje daarover de meeste kijkers niet zullen storen. Fraai passend vond ik wel gitarist Roos van Tuil op het toneel; met bekende popliedjes en tekstfragmenten uit de jaren zeventig.
De barokke theatrale stijl van Van Hove, Versweyveld en dramaturg Bart Van den Eynde krijgt de nodige kritiek. Die deel ik niet, vind dit een weergaloos goede uitputtend theatrale voorstelling. Waarvan ik hoop dat die naar het buitenland gaat en daar wellicht wel discussie losmaakt die in Nederland achterwege blijft. Geen “moet-dat-nou?” debat hier, hooguit wat gemor over de hoeveelheid bloed bij de verkrachting. Terwijl het fantaseren over pedoseksualiteit wettelijk verboden is, evenals de pedoclub Martijn. Eerder verkende Het Nationale Theater deze grenzen.
Maar debat is bijzaak, we rationaliseren toch al gruwelijk veel. Mijn lieve gunsteling maakt een onuitwisbare indruk op je gemoed, doet je bloed tenminste stokken en wellicht koken; Eefje Paddenburg en Hans Kesting vergeten we nooit meer in hun minnespel.