Ze is ‘stand-up filosofe’. Met die zelfbedachte term schiep ze een nieuwe vorm van theater, die het midden houdt tussen cabaret, een lezing en theater. Ze speelt met haar eigen rol, zet acteurs in of het marionetten zijn, maar blijkt uiteindelijk hun speelbal, zo goed als die van het noodlot. Kortom: Laura van Dolron is een geval apart.
Ze maakt nu bij het Nationale Toneel een voorstelling waarin ze probeert af te rekenen met de Franse filosoof Jean Paul Sartre (1905 – 1980), die een belangrijke rol speelde als inspirator en ideoloog van de (pre-facebook) studentenopstand in Parijs in mei 1968. Maar hij was meer dan dat. Met boeken als ‘l’Être et le Neant’ en toneelstukken als ‘Vuile Handen’ schiep hij een nihilistisch wereldbeeld dat het denken een hele generatie bepaalde. De stroming die hij – samen met de schrijver filosoof Albert Camus – vestigde, wordt ‘existentialisme’ genoemd.
Wijbrand Schaap interviewde Laura van Dolron tijdens een van de laatste repetities.
Het stuk speelt van 12 april t/m 21 mei in Den Haag en Amsterdam. Inlichtingen: www.nationaletoneel.nl